week 2 (deel 2) - vruchtbaarheidsstoornissen bij de man Flashcards

1
Q

wat is de functie van LH op cellen?

A

zorgt ervoor dat de Leydigcellen in de testis zich ontwikkelen -> testosteronproductie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is de functie van FSH op cellen?

A

zorgt ervoor dat de sertolicellen in de testis inhibine B maken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat is de WHO-criteria op semen?
- volume (ml)
- pH
- aantal cellen
- beweeglijk progressief (%)
- normale morfologie (%)

A
  • 1,5 ml
  • > 7.1
  • > 15 miljoen cellen/ml
  • > 32%
  • 4%
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is azoöspermie?

A

zaadloos ejaculaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat is een obstructieve azoöspermie?

A

er is zaadcelaanmaak maar dit komt niet in het ejaculaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is non-obstructieve azoöspermie?

A

er is geen aanmaak van zaadcellen door een probleem in de testis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

wat is de behandeling van een non-obstructieve azoöspermie?

A
  • vasovasostomie
  • PESA
  • MESA
  • TESE
    (SRR = 100%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is TESE?

A

een aantal tubuli worden uit de testis gehaald en hier wordt een preparaat van gemaakt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is microTESE?

A

de buisjesstructuur van de testis wordt in detail bekeken en er worden hierna selectief bepaalde buisjes aangeprikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat is oncoTESE?

A

een TESE ten tijden van een radicale orchidectomie. het wordt toegepast voor of na een oncologische behandeling om te kijken of er nog spermatogenese is. Bij testiscarcinoom worden spermacellen geoogst en ingevroren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is de behandeling van een obstructieve azoöspermie?

A
  • TESE
  • microTESE
  • oncoTESE
    (SRR = 50-60%)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is aspermie?

A

geen ejaculaat (droog orgasme) met als oorzaak anorgasmie (kan ‘s nachts komen), retrograde ejaculatie (zaad komt in de blaas), of anejaculatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat is de behandeling van een hypogonadisme - primair en secundair

A

primair met TRT, secundair met TRT (zonder kinderwens) of LH/FSH-therapie bij een kinderwens - na 1-1,5j is de spermatogenese meestal optimaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat gebeurt als je testosteron geeft bij secundaire hypogonadotroop hypogonadisme?

A

de spermatogenese komt plat te liggen, dus dit geef je niet bij een kinderwens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een varicocelectomie

A

doorsnijden testis spataderen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe heet de regio die zorgt vanaf week 7-12 voor de ontwikkeling van de testes?

A

sex-determining regio op het Y-chromosoom (SRY)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

wat doet het anti-müller hormoon (AMH)?

A

het vernietigt de gangen van Müller, en wist de vrouwelijke kenmerken uit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

wat doet testosteron bij de ontwikkeling van mannelijke kenmerken van de foetus

A

ontwikkelen van gangen van Wolff

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

heeft elke foetus van nature een mannelijke of vrouwelijke anatomische aanleg?

A

vrouwelijk, SRY zorgt voor ontwikkeling van man

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

welke onderdelen van het mannelijk lichaam ontstaan uit de gangen van Wolff?

A

epididymis, vas deferens, vesiculae seminales

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

welk hormoon zorgt voor de ontwikkelen van de externe genitalia?

A

dihydrotestosteron (DHT), ontstaan uit testosteron

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

door de aanwezigheid van de gangen van Müller zijn op twee plaatsen nog kenmerken van de vrouwelijke aanleg, waar is dit?

A
  • appendix epididymis
  • ductus ejaculatorius
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

op welke 4 manieren kan je het geslacht van iemand indelen?

A
  • chromosomale sekse
  • gonadale sekse
  • fenotypische sekse
  • gedragsmatige sekse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

hoeveel sperma komt vrij bij zaadlozing?

A

0,5 ml

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

wat is de functie van de testis?

A

aanmaak zaadcellen

26
Q

wat is de functie van de tubuli seminiferi?

A

opslag zaadcellen

27
Q

hoeveel procent van het ejaculaatvolume bevatten de tubuli seminiferi?

A

2-5%

28
Q

wat is de spermatogenese?

A

het proces waarbij mannelijke spermatogonia zich ontwikkelen tot volwassen spermatozoa (70dgn)

29
Q

wat is de spermiogenese?

A

ontwikkeling van een spermatide tot een uiteindelijke spermacel, hierbij krijgt de cel zijn uiteindelijke vorm (kop en flagel) (20 dgn)

30
Q

wat is de Johnsen-score?

A

het is een pathologie classificatie van de spermatogenese (10 is normaal) - deze score kan variëren tussen de verschillende delen

31
Q

wat is het effect van testosteron en inhibine B?

A

negatieve feedback op de hypofyse (om minder LH en FSH te maken)

32
Q

wat is de functie van de epididymis? (bijbal)

A

transport, opslag en rijping van de zaadcellen

33
Q

hoeveel procent van het ejaculaatvolume komt van de bijbal?

A

10% (zorgt hier ook voor concentratieverlaging caput -> cauda)

34
Q

wat gebeurt er met de zaadcellen in de epididymis?

A

fertiliserend vermogen van de zaadcellen neemt toe;
- motiliteit van de cellen neemt toe door het vocht en omdat ze kunnen bewegen
- DNA wordt gestabiliseerd
- het eiwit dat zorgt voor de binding aan de zona pellucida wordt toegevoegd

35
Q

wat is de functie van PSA en wat vormt PSA?

A

de prostaat, PSA zorgt voor de liquefactie (vloeibaar worden) van het sperma

36
Q

hoeveel procent van het ejaculaatvolume vormt de prostaat?

A

20-30%

37
Q

wat is de normale pH van prostaatvloeistof?

A

lager dan 5

38
Q

hoeveel procent van het ejaculaatvolume vormen de vesicula seminalis?

A

65-75%

39
Q

wat is de pH van het ejaculaatvolume?

A

hoger dan 8

40
Q

wat is de energiebron voor spermatozoa?

A

fructose

41
Q

wat is oligoastenotarotozoöspermie? (OAT)

A

minder dan 1 miljoen zaadcellen per ml

42
Q

wat is het syndroom van Klinefelter?

A

een X of Y teveel (47XXY), zorgt voor kleine ballen, en is 10% van de azoöspermie

43
Q

in welke fasen is de ejaculatie opgedeeld?

A

emissie en expulsie

44
Q

hoe verloopt de emissie?

A

zaad gemaakt in de testis -> opgeslagen in de epididymis -> door samentrekking van zaadleider bij de prostaat -> + prostaatvloeistof van de vesiculae seminalis -> blaashals en sphincter urethrae worden dichtgeknepen en depositie van vloeistof in de urethra prostatica (UP)

45
Q

hoe verloopt de expulsie?

A

m. bulbocavernosus, m. ischiocavernosus en bekkenbodemspieren trekken samen -> sphincter urethrae opent en werkt ejaculaat naar buiten

46
Q

hoelang overleven de spermatozoa in de baarmoeder?

A

3 dagen

47
Q

hoelang overleeft de oöcyt in de baarmoeder?

A

24 uur

48
Q

wanneer is het beste moment om geslachtsgemeenschap te hebben voor effectieve bevruchting?

A

voor de ovulatie, zodat de spermatozoa hun weg kunnen afleggen

49
Q

wat zijn de processen voor bevruchting?

A
  • capacitatie (aanhaken)
  • chemoattractie
  • acrosoomreactie (versmelting kop van zaadcel met de eicel)
50
Q

wanneer kan er onderzoek worden gedaan na het uitblijven van zwangerschap?

A

na 1 jaar, per jaar dat je wacht is kans op natuurlijke zwangerschap kleiner

51
Q

wat is er aan de hand bij testiculaire insufficiëntie?

A

de zaadcellen worden niet goed of niet in voldoende mate aangemaakt door de testis

52
Q

wat is een varicocele?

A

spatader in de testis, dit leidt tot een wekere testis en tot een verminderde spermatogenese, vaak bij linker testis en er kan schade ontstaan omdat hier dan vaak een hogere temperatuur aanwezig is

53
Q

wat is een torsio testis?

A

een gedraaide bal, deze krijgt dan geen zuurstof. de operatie moet binnen 6 uur plaatsvinden, anders kan het de functie verliezen

54
Q

wat is een cryptorchisme?

A

niet ingedaalde ballen; testis komt uit de nier-regio, wordt naar het scrotum getrokken door regressie (onder invloed van INSL-3) van het gubernaculum (verbinding tussen testis en scrotum)

55
Q

wat is een hypogonadotroop hypogonadisme?

A

LH en FSH zijn verlaagd (daardoor ook testosteron afwezig), er is disfunctie van de hypofyse voorkwab of van de hypothalamus

56
Q

wat is een hypergonadotroop hypogonadisme?

A

LH en FSH zijn verhoogd, er is disfunctie van de testis

57
Q

wat is congenitale bilaterale agenesie vas deferens? (CBAVD)

A

de vesiculae seminales en distale deel van de epididymis en vas deferens zijn niet aangelegd; laag ejaculaatvolume en lage pH
Dit gebeurt bij een mutatie op het CFTR-gen (chromosoom 7)

58
Q

wat is primaire hypogonadisme?

A

verminderde testosteronaanmaak door probleem in de testis

59
Q

wat is secundaire hypogonadisme?

A

verminderde testosteronaanmaak (maar ook laag FSH en LH) door disfunctie hypofyse/hypothalamus of anabolen, waardoor voortdurend negatieve terugkoppeling

60
Q

wat is pre-testiculaire azoöspermie?

A

probleem ligt in de hormonale aansturing van de spermatogenen; hypogonadotroop hypogonadisme, hierbij wordt behandeld door middel van suppletie

61
Q

wat testiculaire azoöspermie?

A

hierbij is er non-obstructieve azoöspermie en hypergonadotroop hypogonadisme (LH en FSH hoger)

62
Q

wat is post-testiculaire azoöspermie?

A

obstructieve azoöspermie