Week 1: Hoofdstuk 2 Flashcards
The mind-body problem
The mind-body problem
Hoe kan subjectieve ervaring (bewustzijn) voortkomen uit hersenen (fysieke deel van het lichaam)?
Westphal:
1. Het lichaam is een fysiek ding.
2. De geest is een niet-fysiek ding.
3. Er is een wisselwerking tussen lichaam en geest.
4. Fysieke en niet-fysieke dingen kunnen niet op elkaar inwerken.
Intuitie pomp / intuition pump
Een vorm van gedachtenexperimenten die onze gedachten richten op de belangrijkste aspecten van een probleem en het vereenvoudigen van ons denken door irrelevante details te vermijden. Het doel is om een argument te verduidelijken, niet op te lossen, aangezien onze intuities het vaak bij het verkeerde eind hebben.
Wat is de geest
Omvat alles over ons mentale leven, zowel binnen als buiten het bewustzijn: de cognitieve processen die ons perceptie, denken en geheugen geven.
Mereologische denkfout
De hersenen beschouwen alsof ze hetzelfde zijn als de geest.
Qualia
De elementen waaruit een subjectieve ervaring bestaat. Qualia vormen onze ervaring.
Herformuleren van the hard problem met qualia
Welke objectieve fysische processen zijn verantwoordlijk voor de puur mentale en volledig subjectieve qualia?
Monisme
Het idee dat er alleen een fysieke wereld is. Gaat tegen het dualisme in. De geest komt voort uit materie.
Substantiedualisme / Cartesiaans dualisme
De geest en materie zijn verschillende soorten substantie. Geest en lichaam interacteren in de pijnappelklier.
2 problemen met het substantiedualisme
- Het mentale domein valt buiten het domein van de fysica: we hebben geen idee waar het uit bestaat en het kan niet onderzocht worden.
- Hoe werken de geest en materie op elkaar in?
Parallellisme
Fysieke en mentale werelden zijn perfect op elkaar ingesteld.
Occasionalisme
Elke keer als er iets gebeurd in de fysieke wereld zorgt god ervoor dat de corresponderende gedachte / gevoel in ieders mentale wereld plaatsvindt.
Dualisme van eigenschappen
Er is maar 1 soort substatie: de fysieke substantie. Er zijn 2 soorten eigenschappen: fysieke en mentale eigenschappen.
Bijvoorbeeld het emergentisme.
Emergentisme
Wanneer materie op een complexe manier wordt georganiseerd, kunnen er nieuw eigenschappen ontstaan, zoals mentale eigenschappen. Mentale fenomenen kunnen niet worden gereduceerd tot fysieke fenomenen, toch bestaat er maar 1 soort substantie (fysieke substatie).
Monisme
Idee dat er maar 1 soort substantie is in de wereld.
Idealisme (monisme)
De wereld is fundamenteel mentaal. Materiele objecten bestaan alleen in de geest van de waarnemer.
Materialisme / fysicalisme
De enige substantie die er bestaat is fysieke materie.
Neutraal monisme
Er is maar 1 soort substatie, geest nog materie.
Anomaal monisme
Mentale toestanden zijn gelijk zijn aan hersentoestanden, maar ze worden desondanks niet geleid door strikte fysische wetten.
Het Mary kleuren gedachte-experiment (kennisargument)
Mary heeft haar hele leven nog nooit kleur gezien, maar weet wel alles over kleur. Als ze opeens iets in kleur ziet, leert ze dan iets nieuws door haar perceptie?
Als dit wel zo is dan zouden mentale staten (zoals kleurperceptie) niet volledig worden verklaard door fysieke feiten.
Het omgekeerde kleurenspectrum (spectruminversie)
Het zien van kleuren is privekennis, omdat we nooit echt zeker kunnen weten wat iemand anders ervaart. Perceptie van kleuren tussen mensen kan systematisch veranderen en niemand kan dit zien.
Het pijnprobleem
Pijn is een prive ervaring en je kunt de pijn van iemand anders niet voelen.
Noniceptieve pijn
Pijn door schade aan een lichaamsdeel dat wordt doorgestuurd via A=vezels en C-vezels. Pijn heeft ook een groot mentaal aspect.
P-zombies
Een P-zombie is iemand die precies hetzelfde is als wij, maar geen bewustzijn heeft. Hij vertoont wel pijngedrag, maar heeft geen bewuste ervaring van de pijn.
Kunnen p-zombies bestaan?
- Wel: als p-zombies zouden kunnen bestaan zou het dus betekenen dat bewustzijn niet-fysiek is (gaat tegen het fysicalisme in).
- Niet: als p-zombies niet zouden kunnen bestaan, dan zou bewustzijn een essentiele functie hebben: iemand kan zich niet als een bewust persoon gedragen als die geen bewustzijn heeft.
- Het is zinloos om erover na te denken, omdat het niet denkbaar is.