w8 hc.9 maagzuur waarom Flashcards
functies van zuurshock
zuurshock is de maag pH< 3
antibacterieel
denaturatie van eiwitten
pepsine uit pepsinogeen omzetten
enzymactivieit van pepsine waarborgen
cellen in de maagwand
allemaal kliercellen
hoofdcel: vormt pepsinogeen. (wordt omgezet in pepsine, kan werking van endopeptidase uitvoeren)
pariëtele cellen: produceren zuur (HCL)
mucueze cellen: produceren slijm (mucus)
bacteriële barrière
pH in bacterie wordt verlaag als hij in de maag komt. hierdoor sterven bacteriën (heet intracellulaire verzuring).
probiotica hebben intracellulaire buffering dmv. protonpompen decarboxylering en ammionium productie. omdat ze in de colon levend moeten aankomen goede bacteriën.
maagzuursecretie
zuur komt uit CO2. pariëtele cellen zetten CO2 en H2O om in H+ en HCO3-. protonen apicaal, HCO3- basolateraal (bloedbaan). dit leidt tot opname chloride ionen hierdoor onstaat HCL.
werking van muceuze cellen
slijmlaag: GAG’s die veel water vasthouden. hierdoor onstaat diffusie barrière (uitwisseling van protonen wordt verhinderd). muceuze cellen scheiden HCO3- uit waardoor bufferlaag onstaat in slijmlaag.
maagzuurremmers
super important
antacidum: direct, concentratie protonen in maagzuur. oud, buffering van de zuurgraad van de pH.
cimetidine en ranitidine: indirect, histamine receptor zodat er geen cAMP wordt afgegeven en minder protonen worden afgegeven.
vagotomie: grijpt in op nervus vagus, hierdoor vindt geen acetylcholine afgifte plaats, waardoor calciumconcentratie niet verhoogd en dus ook geen protonen afgifte plaatsvindt.
omeprazol: direct, grijpt in op proton-kaliumpomp.
nadelen maagzuurremmers
verminderde opname van eiwitten (aminozuren)
en verminderde bacteriële barrière
hoezo maagzweer
maagzweren: slijmlaag van maagepitheel is beschadigd. Dit komt door bacterie: helicobacter die hecht zich vast aan mucuslaag door lange flagellen. hij scheidt stoffen af die mucuslaag afbreken, hierdoor komt zuur in contact met cellen waardoor een ontstekingsreactie plaatsvindt.
helicobacter blijft in leven doordat het interne buffer protonen uitscheidt. dit door binding van protonen aan ureum dmv urease. hierbij komt NH3 en HCO3- vrij, HCO3- bindt aan H+ waarbij 13C2 vrijkomt deze vormt een basische omgeving.
pepsine en eiwitdenaturatie
aminozuur wordt ontvouwen door zuur (dits denaturatie) waardoor pepsine als endopeptidase kan werken en het in het midden van de keten kan knippen. in duodenum.
lading eiwit
evenveel zure - als basische + aminozuren. ongeladen en behoudt zijn vorm.
als aangezuurd dan verdwijnen de negatieve ladingen door de toevoeging van protonen, dus alleen nog maar +. dit stoot elkaar af –> ontvouwen van eiwit.
als in basische omgeving zullen positieve ladingen verdwijnen en ontvouwen.
negatief: C-terminus COO-
positief: N-terminus NH3+.
ongeladen (zoals amylase): pH optimum van 7. deze eiwitten denatureren in maag.
pepsine heeft veel negatief geladen aminzuren dus in maag evenwicht. (denatureert bij normale omstandigheden pepsine in duodenum).
relatie pH en pKa
negatief geladen in omgeving met lage pKa.
hoe lager pKa hoe sterker het zuur.
hoe dichter de pH bij de pKa des te sterker de pH-bufferende werking is.
als pH=pKa dan 1
als pH=pKa +1 dan 10, elke +1 is x10.
als pH=pKa -1 dan 0.1, elke -1 is /10.
als veel base en protonen dan zuur sterk, Ka dan hoog dus pKa laag. pKa = -logKa.
pKa waarde NH3+ = 3,4
COOH = 9,4.
iso-elektrisch punt
6,4 is normaal IEP. nettolading is 0.
hoe basischer hoe hoger IEP.
wanneer pH>IEP dan is het eiwit netto negatief geladen. dit is meestal. zo onstaat het membraanpotentiaal. (hierdoor kunnen eiwitten dus niet door het membraan)
wanneer pH<IEP dan is het positief geladen.
bij intracellulaire pH van 7,2 meeste eiwitten negatief geladen.
bij sterk neg of sterk pos: eiwitdenaturatie
zwitterion
als een groep een H+ heeft losgelaten en de ander nog 1 heeft. netto ongeladen.
powerpoint opzoeken bro
u did that?
