vraag 21-25 Flashcards

1
Q

virale gastro-enteritis

A

Rota, Rhino en Norovirus

Er is sprake van een infectie van de mcuosa van de maag/darmen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

symptomen virale gastro-enteritis

A

diarree, koorts, misselijkheid, braken, buikkrampen en verminderde eetlust

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

behandeling gastro-enteritis

A

ORS (water en glucose) bij dehydratatie

hygiëne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

bacteriële gastro-enteritis

A

minder waarschijnlijk bij kinderen. Campylobacter, Salmonella, Shigella, Yersinia, E. coli, Vibrio cholerae en Clostridium. Het heeft een acuut beloop

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

stages of change model

A

precontemplatie: onbewust van probleem
contemplatie: realisatie probleem
preparatie: concrete plannen
actie: uitvoering plannen
volhouden: automatiseren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

health belief model

A

voorspellen en bevorderen van gezondheidsgedrag Factoren zijn individual perception, modifying facotrs en external factors

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

theory of planned behaviour

A

mensen tonen alleen gedrag als ze dat willen. De houding, subjectieve norm en ervaren van persoonlijke controle over het gedrag zijn belangrijke factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

determinanten van gezondheid model

A
  • persoonlijke karakteristieken
  • individuele leefstijl
  • sociale netwerk
  • leef en arbeidomstandigheden
  • algemeen sociale-economische, culturele en omgevingsfactoren
  • de virtuele wereld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

diagnostiek spanningspneumothorax

A

afwezig eenzijdig ademgeruis, verschoven trachea, acuut ontstane ademnood, subcutaan emfyseem, hoogstaande thorax en hypotensie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

behandeling spanningspneumothorax

A

naald/vingerdecompressie en daarna thoraxdrain

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

hematothorax

A

bloeding in de thorax door truama. Er is gedempte percussie, verminderde ademgeruis bij auscultatie, tekenen van hypovolemische shock, ademnood en pijn op de thorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

behandeling hematothorax

A

thoraxdrain en eventueel een bloedtransfusie. Als bloeden niet stop een thoracotomie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

fladderthorax

A

ontstaat als minimaal 2 ribben op meerdere plaatsen gebroken zijn. Dit stuk rib beweegt dan tegengesteld aan de ademexcusries. Het longweefsel onder deze losse ribben is hierdoor geshunt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

behandeling fladderthorax

A

pijnstilling en zo nodig positieve druk beademing

uiteindelijke behandeling: conservatief of chirurgisch

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

open pneumothorax

A

gat in de thoraxwand. Ademnood, afwezig ademgeruis aan de aangedane kant bij auscultatie, pijn en een wond op de thorax

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

behandeling open pneumothorax

A

steriel verband af plakken aan 3 van de 4 kanten. Hierna een thoraxdrain plaatsen

17
Q

shock

A

bewustzijnsdaling, snelle en oppervlakkige ademhaling, snelle circulatie maar hypotensief, bleke/koude huid, zweten, capillary refill >2 sec, angstig en onrustig gedrag, misselijk, braken en dalende urienproductie

18
Q

soorten shock

A

obstructief: harttamponade of spanningspneumothorax
hypovolemisch: bloedverlies
distrubitief: neurogeen letsel (vasoconstrictie middel)

19
Q

ernst brandwond afh van

A

TVLO, diepte of gradatie, locatie en besmetting.

20
Q

gradering: eerstegraads wond

A

oppervlakkig, pijnlijk, normale CR
rood, licht gezwollen
genezing binnen enkele dagen, zonder littekens

21
Q

gradering; tweedegraads oppervlakkig

A

zeer pijnlijk, normaal CR
rood/roze, egaal, glanzende huid, gezwollen, blaarvorming
genezing binnen 2 weken, vaak zonder littekens

22
Q

gradering: tweedegraafs diep

A

zeer pijnlijk, vertraagde tot afwezig CR
rood/roze, rood/wit, mottig aspect, matig stug, blaarvorming/kapotte blaren, gezwollen, matte huid
genezing binnen 3 weken vanuit wondranden en epitheelradnejs, vaak met littekens

23
Q

gradering: derdegraafs

A

verlies van volledige huid, niet pijnlijk, rondom pijnlijk, afwezige CR
wit, beige, mat-rood, verkoold, stug
geen spontane genezing vanuit wondbodem. Littekenvorming beperken en genezing bevorderen met chrirurgische behandeling en eventuele huidtransplantatie

24
Q

hypovolemische shock risico

A

TVLO > 15% bij volwassenen en bij kinderen >10%

25
Q

behandeling brandwonde

A

koelen met lauw water
schoon en snel afdekken
sierraden weg
pijnstilling