Verbes - Les Temps Flashcards
Le Futur Proche
Nabije toekomst
Le Futur Simple
Later in de toekomst
Le Conditionnel Present
Beleef zijn / Te spreken over onzeker nieuws / Raad te geven aan iemand
L’impératif
om raad/opdracht of bevel te geven / iemand uit te nodigen iets te doen
L’indicatif présent
Iets wat in het heden gebeurt / feiten uit drukken
Le conditionnel present
De voorwaardelijke wijs / zou-vorm
Le futur simple
De onvoltooid toekomende tijd
Le futur proche
De nabije toekomst
L’impératif
De gebiedende wijs
L’indicatif présent
De onvoltooid tegenwoordige tijd
De voorwaardelijke wijs / zou-vorm
Le conditionnel present
De onvoltooid toekomende tijd
Le futur simple
De nabije toekomst
Le futur proche
De gebiedende wijs
L’impératif
De onvoltooid tegenwoordige tijd
L’indicatif présent