Urinaire infecties Flashcards

1
Q

Wat is asymptotische bacteriurie?

A

Beschermingsmechanisme voor ontwikkelen van symptomatische urineweginfectie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Behandeling asymptotische UTI?

A

GEEN –> kan symptomatische UTI veroorzaken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer mag je asymptomatische UTI wel behandelen?

A

Indien je zeker bent dat het een nut heeft –> zwangeren!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Kliniek symptomatische UTI?

A

4 P’s:

  • Pijn
  • Pyurie (wbc in urine)
  • Pollakisurie
  • Positieve kweken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Definitie pyurie?

A

Aanwezigheid van pus, en daarmee witte bloedcellen, als vlokken in urine.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Definitie pollakisurie?

A
  • Frequentie plassen < 2 uur

- > 8 uur plassen / 24 uur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Definitie nycturie?

A

Aandrang om per nacht 1 of meer keer te gaan plassen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom behandelen we asymptomatisch UTI in zwangeren?

A
  • Kans op symptomatisch te worden
  • Geeft aanleiding tot verlaagd geboortegewicht
  • Geeft aanleiding tot preterme geboort
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wanneer spreken we van ongecompliceerde UTI?

A
  • Jonge vrouwen
  • Niet zwanger
  • Geen functionele of anatomische afwijkingen

–> laag risico op urosepsis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer spreken we van een gecompliceerde UTI?

A
  • Mannen
  • Zwangeren
  • oudere vrouwen
  • Functionele of anatomische afwijkingen
  • Diabetes mellitus
  • Verminderde immuniteit
  • recente instrumentatie
  • -> dus iedereen die niet behoort tot de groep van ongecompliceerde UTIs
  • -> hoog risico op urosepsis
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarom wordt er een onderscheid gemaakt tussen gecompliceerde en ongecompliceerde UTI’s?

A

Om de kans op urosepsis in te schatten en deze complicatie te vermijden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Definitie urosepsis?

A

levensbedreigende orgaan dysfunctie veroorzaakt door een ontregelde gastheer respons op een infectie die komt van de urinaire tractus en/of van de mannelijke genitale organen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Verwekkers van UTI’s

A
  • Escherichia Coli (80%)
  • Staphylococcus saprophyticus
  • Klebsielle pneumonie
  • Proteus mirabilis
  • Nosocomiale bacteriën: enterococcen, pseudomonas aeruginosa
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

definitie van asymptomatische UTI?

A

Significatne bacteriurie zonder klachten van UTI.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Definitie van UTI?

A

Bacteriurie + klachten van UTI

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Synoniem blaasontsteking?

A

Cystitis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Kliniek cystitis?

A
  • dysurie

- Pollakisurie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Definitie dysurie?

A

Pijnlijke en/of branderige urinelozing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

BO cystitis?

A
  • Urine dipstick
  • urinalyse
  • MUO (urinekweek)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Afkorting MUO?

A

Microbiologisch urineonderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Aflezen urine dipstick bij cystitis?

A
  • Nitriet

- Leukocyten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Afwijkingen op urinalyse bij cystitis?

A
  • Pyurie: aanwezigheid van WBC in urine –> positieve leukocyten esterase, > 5 wbc/ HPF
  • bacteriurie –> aanwezigheid nitriet
    (- pH > 8)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Waarop wijst aanwezigheid van nitriet in urine?

A

Aanwezigheid van bacteriën die nitraten omzetten in nitriet –> meestal gram-negatieven zoals E. Coli

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Waarop wijst de aanwezigheid van pH > 8 in urine?

A

Aanwezigheid van urease-producerende organismen –> proteus, klebsiella, staphylococcus saprophyticus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Behandeling ongecompliceerde cystitis?

A

Nitrofurantoine 100mg 2/dag gedurende 5 dagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Behandeling gecompliceerde cystitis?

A

Nitrofurantoine 100mg 2/dag gedurende 7 dagen

27
Q

Synoniem infectie van nieren en ureters?

A

Pyelonefritis

28
Q

Kliniek pyelonefritis?

A
  • Tekens LUTS
  • Flankpijn
  • Hoge koorts: 39-40°C
  • Zeer zieke patiënten
29
Q

BO pyelonefritis?

A
  • Urinalyse: wbc
  • MUO: kweek bacteriën
  • Echo nieren ( <72u)
  • CT contrast (> 72 uur)
30
Q

Behandeling ongecompliceerde pyelonefritis?

A

Ciprofloxacine 500 mg 2x/dag gedurende 7 dagen

31
Q

Waarop wordt er voornamelijk gelet bij beeldvorming in kader van pyelonefritis?

A

Er wordt gelet of de urine nog vlot kan aflopen.

Indien dit niet het geval is spreken we van een gecompliceerde pyelonefritis

32
Q

Oorzaken van recidiverende UTI bij premenopauzale vrouwen?

A
  • Seksueel contact
  • Gebruik van spermicide
  • Nieuwe seksuele partner
  • familiale voorgeschiedenis
  • Persoonlijke voorgeschiedenis van UTI tijdens kindertijd
33
Q

Oorzaak van recidiverende UTI’s bij post-menopauzale vrouwen?

A
  • persoonlijke voorgeschiedenis van UTI’s voor menopauze
  • Urinaire incontinentie
  • Atrofische vaginitis door oestrogeen deficiëntie
  • Cystocoele
  • Verhoogde post-fictie urine volume
  • Katheterisatie
34
Q

Behandeling recidiverende ongecompliceerde UTIs?

A
  • Gedragsmodificatie: meer drinken, geen zeep gebruiken, plassen na seks, …
  • niet-antibiotische profylaxe: probiotica, cranberry, D-mannose
  • Antibiotische profylaxe: nitrofurantoine 50 mg 1x/dag dagelijks of enkel na seksueel contact
35
Q

Behandeling van UTI’s bij zwangeren?

A

Amoxicilline/clavulaanzuur 500/125mg 3x/dag gedurende 5 dagen

36
Q

Mogen we nitrofurantoine geven tijdens zwangerschap?

A

JA, maar ENKEL in 1e en 2e trimester

37
Q

Wanneer zijn urineculturen positief?

A

Significante bacteriurie = > 10E5 CFU/ml

38
Q

Wat zien we bij obstructie van ureters?

A

Hydronefrose

39
Q

Wat zien we op deze echo van de nieren?

A

Hydronefrose

40
Q

Behandeling hydronefrose?

A

Drainage:

  • Nefrostomie
  • Stenting (dubbel J katheter)
41
Q

Behandeling gecompliceerde pyelonefritis?

A

Ciprofloxacine 500 mg 2x/dag gedurende 7 dagen

42
Q

Hoe noemt deze techniek?

A

Nefrostomie

43
Q

Hoe noemt deze techniek?

A

Dubbel-J stenting

44
Q

Synoniem prostaat ontsteking?

A

Prostatitis

45
Q

Verwekkers prostatitis?

A
  • E. Coli
  • Neisseria gonorroe
  • Chlamydia trachomatis
  • Nonbacterieel
46
Q

Kliniek prostatitis?

A
  • Hoge koorts, rillingen, malaise
  • Tekens van UTI
  • Cloudy urine
  • Pijnlijke prostaat –> wandelen met benen open
47
Q

Klinisch onderzoek prostatitis?

A

Rectaal toucher: pijnlijke en gezwollen prostaat

48
Q

BO prostatitis?

A
  • Urinalyse: gestegen WBC
  • MUO: kweken
  • Echo blaas
49
Q

Behandeling prostatitis?

A

Ciprofloxacine 500 mg 2x/dag, 7 dagen

50
Q

Waarom doen we een echo van de blaas bij prostatitis?

A

Door de druk van prostaat kan er urineretentie ontstaan!

51
Q

Behandeling urineretentie bij prostatitis?

A

Suprapubische drainage
reden: bij prostatitis zijn omliggende urinewegen ook geïnfecteerd –> we willen infectie niet hogerop brengen in de urinaire tractus.

52
Q

Synoniem voor ontsteking van plaskanaal?

A

Urethritis

53
Q

Verwekker urethritis?

A
  • Neisseria Gonorroe
  • Chlamydia trachomatis
  • mycoplasma genitale
  • trichomonas vaginalis
  • Ureaplasma urealyticum

–> Co-infectie veelvoorkomend

54
Q

Belangrijk onderscheid in urethritis?

A

Gonokokken vs. Niet-gonokokken infectie

55
Q

RF urethritis?

A
  • Onbeschermde seks
  • Meerdere seksuele partners
  • Voorgeschiedenis van SOA
56
Q

Kliniek urethritis?

A
  • Dysurie
  • Jeuk en branderig gevoel in urethrae meatus
  • Purulente afscheiding

!!! In geval van constitutionele klachten –> waarschijnlijk complicatie!

57
Q

Diagnose urethritis?

A
  • Urethrale wisser
  • urinalyse op eerste straal –> PCR gonorroe en chlamydia
  • Urinalyse midstream: positieve leukocyten esterase
58
Q

R gonokokken urethritis?

A

Ceftriaxone 1g IM 1 dosis

59
Q

R non-gonokokken urethritis?

A

Azithromycine 1 - 1,5 g PO 1 dosis

60
Q

R trichomonas vaginalis?

A

Metronidazole 2g po

61
Q

Complicaties urethritis?

A
  • Pelvic inflammatory disease (PID)
  • gedissemineerde gonococcen infectie
  • Infertiliteit
  • Reactieve artritis
62
Q

Synoniem ontsteking bijbal?

A

Epididymitis

63
Q

Welke alternatief bestaat er indien er een contra-indicatie is voor contraststof bij renaal onderzoek?

A

DMSA scan