Testinstrumenten Flashcards

1
Q

AVL

A

ADHD Vragenlijst: wordt ingevuld door ouders, hulpverleners en leerkrachten en is bedoeld om ADHD-symptomen bij kinderen van 4-18 jaar te meten. De 18 items zijn onderverdeeld in drie subschalen: aandachtstekort, hyperactiviteit en impulsiviteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

AKGL

A

Amsterdamse KinderGedragsLijst: is bedoeld om gedrags- en emotionele problemen bij kinderen op de basisschool vast te stellen. De vragenlijst wordt ingevuld door de leerkracht over kinderen uit groep 6 van het basisonderwijs. Schalen: aandachtstekort, rusteloosheid, agressie en angst/onzekerheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

AUTI-R schaal

A

Kan door verschillende informanten ingevuld worden, zoals leerkrachten, groepsleiders, wijkverpleegsters, orthopedagogen en psychologen. Voorwaarde is dat ze het kind goed kennen. De doelgroep is de algemene bevolking van 1-12 jaar. De bedoeling van de vragenlijst is de onderkenning van vroegkinderlijk autisme. De items van de beide varianten vragen naar de frequentie van gedragsverschijnselen die kenmerkend zijn voor autisme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

AVZ-R

A

Autisme- en Verwante Stoornissenschaal voor Zwakzinnigen, Revisie: kan ingevuld worden door psychologen, orthopedagogen, psychiaters, ervaren groepsleiders, leerkrachten en maatschappelijk werkers over mensen met een verstandelijke beperking van alle niveaus van 2-70 jaar. Het doel is onderkenning van autisme en aan autisme verwante stoornissen (pervasieve ontwikkelingsstoornissen). Schalen: contact met volwassene, contact met leeftijd-/niveaugenoten, taal en spraak en overig gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

CDI

A

Childhood Depression Inventory: kan worden ingevuld door 8- tot 17-jarigen. De meetpretentie van deze vragenlijst is het vaststellen van een depressieve stemming. De items van de vragenlijst beschrijven in opklimmende ernst een symptoom (afwezigheid van een duidelijk symptoom – mild symptoom – duidelijk symptoom) en de persoon moet dan kiezen welke beschrijving op hem van toepassing is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

GvK

A

Gedragsvragenlijst voor Kleuters: wordt ingevuld door ouders en leerkrachten of groepsleiders. De meetpretentie ervan is het meten van specifieke gedragskenmerken van ADHD en ODD/CD bij kinderen van 3-6 jaar. Schalen: totaalschaal externaliserend gedrag, aandachtstekort, hyperactiviteit, impulsiviteit en ODD/CD.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

SVLK

A

SchokVerwerkingsLijst voor Kinderen: meet posttraumatische stressreacties bij kinderen van 4-18 jaar die een schokkende gebeurtenis hebben meegemaakt, waarbij zowel symptomen van een posttraumatische stressstoornis (PTSS) als andere reacties aan de orde komen. De vragenlijst kan door kinderen van 8-18 jaar zelf worden ingevuld en voor kinderen en jeugdigen van 4-18 jaar door hun ouders. Schalen: herbeleving, vermijding, verhoogde prikkelbaarheid en overige kindspecifieke reacties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

SCHOBL-R

A

SCHoolgedragBeoordelingsLijst, gereviseerde versie: wordt ingevuld door de leerkracht. Het instrument onderzoekt het sociaal-emotioneel functioneren in de schoolklas bij leerlingen van 4-11 jaar. Schalen: extraversie, werkhouding, aangenaam gedrag en emotionele stabiliteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

SCARED-NL

A

Screen for Child Anxiety Related Emotional Disorders: meet symptomen van angststoornissen volgens de criteria van DSM-IV-TR bij kinderen en jongeren van 7-19 jaar. De vragenlijst wordt door het kind zelf ingevuld of door ouders. Voor de ouderversie zijn er echter geen normen. Schalen: separatieangststoornis, paniekstoornis, specifieke fobie, sociale fobie, obsessief-compulsieve stoornis, posttraumatische en acute stressstoornis en gegeneraliseerde angststoornis.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

SRS

A

Social Responsiveness Scale voor kinderen: meet autistische symptomen (sociale interactie, stereotiepe gedragingen/beperkt interessegebied, en spraak/taal) bij kinderen en jongeren van 7-19 jaar. De vragenlijst wordt door de ouders ingevuld. Schalen: sociaal bewustzijn, sociale cognitie, sociale communicatie, sociale motivatie en autistische preoccupatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

SSAT

A

SituatieSpecifieke AngstTest: wordt ingevuld door kinderen van 11-16 jaar en beoogt de mate van evaluatieangst en vermijdingsgedrag in taaksituaties tijdens de les te meten. Schalen:
1. Angst voor het niet kunnen.
2. Evaluatieve gevoelens.
3. Psychofysiologische begeleidingsverschijnselen van angst.
4. Persoonlijke verantwoordelijkheid.
5. Vermijdingstendens.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

SEV

A

Sociaal-Emotionele Vragenlijst: kan ingevuld worden door ouders en leerkrachten over kinderen van 4-18 jaar. De vragenlijst is ontwikkeld om problemen in de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen en jeugdigen vast te stellen. Schalen: aandachtstekort met hyperactiviteit, sociale gedragsproblematiek, angstig en stemmingsverstoord gedrag en autistisch gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

SAS-k

A

Sociale AngstSchaal voor Kinderen: moet ingevuld worden door kinderen van 9-12 jaar. De vragenlijst meet de primaire cognitieve en affectieve angstreacties in verschillende situaties. Schalen:
1. Situaties waarin sociale vaardigheden in het geding zijn en waarin een uitzonderingspositie wordt ingenomen.
2. Situaties waarin intellectuele vaardigheden in het geding zijn.
3. Situaties waarin fysieke vaardigheden in het geding zijn.
4. Situaties waarin de uiterlijke verschijning in het geding is.
5. Cognitieve angstreacties.
6. Fysiologische en gevoelsreacties.
7. Sociale wenselijkheidsschaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

SGZ

A

StorendGedragsschaal voor Zwakzinnigen: kan ingevuld worden door de groepsleiding en leerkrachten van personen met een verstandelijke handicap vanaf drie jaar oud. Het doel is om de aard, frequentie en ernst van storend gedrag te meten. De drie schalen betreffen: agressief storend gedrag, verbaal storend gedrag en gemengd storend gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

SDQ

A

Strengths and Difficulties Questionnaire: vragenlijst die door ouders, leerkrachten en kinderen (van 11-16 jaar) ingevuld kan worden over kinderen in de leeftijd van 4-16 jaar. De vragenlijst meet de aanwezigheid van emotionele en gedragsproblemen, sociale competenties en de gevolgen van aanwezige problemen voor het dagelijkse functioneren. Schalen: emotionele problemen, gedragsproblemen, hyperactiviteit, problemen met leeftijdgenoten en prosociaal gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

TRF/6-18

A

Teacher’s Report Form: onderdeel van de ASEBA, waartoe ook de CBCL/16-8 en de YSR behoren. Deze vragenlijst wordt ingevuld door leerkrachten over kinderen van 6-18 jaar. De TRF/6-18 heeft dezelfde meetpretentie als de CBCL/6-18 en de YSR en bestaat eveneens uit een competentiedeel en een gedragsprobleemdeel. Ook de syndroom- en DSM-schalen zijn hetzelfde als bij de andere twee ASEBA vragenlijsten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

VISEON

A

Volginstrument voor Sociaal-Emotionele ONtwikkeling: vragenlijst die ingevuld kan worden door zowel leerkrachten als kinderen voor kinderen uit groep 3-8 van de basisschool (6-12 jaar). Het sociaal-emotionele functioneren van kinderen kan ermee vastgesteld en gevolgd worden. Er is een leerkrachtversie en een leerlingversie (een zelfbeoordelingslijst). Schalen: zelfvertrouwen, werkhouding, relatie met de leerkracht, relatie met andere leerlingen en schoolbeeld.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

VOG

A

Vragenlijst Ontwikkeling en Gedrag van Kinderen: ontwikkeld om emotionele problemen en gedragsproblemen van 6- tot 18-jarigen met een verstandelijke beperking vast te stellen. De VOG kan worden ingevuld door ouders of begeleiders en door leerkrachten. Schalen: storend en antisociaal, in zichzelf gekeerd, communicatiestoornissen, angst en sociale beperkingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

VAK4-12

A

Vragenlijst voor Angst bij Kinderen 4-12 jaar: wordt door 6- tot 12-jarige kinderen ingevuld. De bedoeling ervan is om angst te kwantificeren. Aan de hand van de scores op de schalen kan een uitspraak gedaan worden over de aard van stimuli die een angstreactie oproepen. Schalen:
1. Totaalscore.
2. Prevalentiescore: het aantal situaties en objecten die bij het kind een sterke mate van angst oproepen.
3. Angst voor falen en kritiek.
4. Angst voor het onbekende.
5. Angst voor kleine dieren/verwondingen.
6. Angst voor gevaar en dood.
7. Angst gerelateerd aan de medische situatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

VVGK6-16

A

Vragenlijst Voor Gedragsproblemen bij Kinderen 6-16 jaar: wordt ingevuld door ouders en leerkrachten om te bepalen of en in welke mate symptomen van ADHD en agressiestoornissen bij een kind van 6-16 jaar aanwezig zijn. Schalen: aandachtstekort, hyperactiviteit/impulsiviteit, ODD en CD.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

VISK

A

Vragenlijst voor Inventarisatie van Sociaal gedrag van Kinderen: dient ingevuld te worden door de ouders en is bedoeld voor jeugdigen van 4-18 jaar met milde pervasieve ontwikkelingsstoornissen. Deze vragenlijst is ontwikkeld om probleemgedrag van kinderen met (milde) varianten van pervasieve ontwikkelingsstoornissen vast te stellen. Schaalscore: niet afgestemd, neiging tot terugtrekken, oriëntatieproblemen, niet snappen, stereotiep gedrag en angst voor veranderingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

YSR

A

Youth Self Report: Onderdeel van de ASEBA, waartoe ook de TRF/6-18 en de CBCL/16-8 behoren. Deze vragenlijst wordt ingevuld door kinderen en jeugdigen van 11-18 jaar. De YSR heeft dezelfde meetpretentie als de CBCL/6-18 en de TRF/6-18 en bestaat eveneens uit een competentiedeel en een gedragsprobleemdeel. Ook de syndroom- en DSM-schalen zijn hetzelfde als bij de andere twee ASEBA vragenlijsten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

ZBV

A

Zelfbeoordelingsvragenlijst: Kan worden ingevuld door jongeren vanaf 12 jaar en volwassenen. De vragenlijst meet toestandsangst en angstdispositie. De toestandsangst betreft de emotionele reactie op een situatie die als bedreigend wordt ervaren of de anticipatie op een dergelijke situatie. De angstdispositie betreft de eigenschap om situaties als bedreigend te ervaren en daar met toestandsangst op te reageren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

ZBV-K

A

Zelfbeoordelingsvragenlijst voor Kinderen: Heeft dezelfde meetpretentie als de ZBV, maar kan ook worden ingevuld door kinderen van 10-14 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Strooptaak

A

Heeft als meetpretentie het meten van interferentie-verschijnselen in het cognitief functioneren door middel van kleur-woord benoeming. De test kan worden afgenomen bij personen vanaf 8 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Go/no go taak

A

Meten impulsiviteit.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Delay of gratification task

A

Marshmallow test. Inhouden impulsen bij onmiddelijke waardering voor een later moment.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Flanker taak

A

Reactietaak ontworpen om het vermogen tot selectief richten van visuele aandacht op een centrale ruimtelijke positie te meten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Backward digit/word span taak.

A

Voor volwassenen en kinderen om verbaal werkgeheugen te testen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

WCST

A

Wisconsin card sorting test: stoornis in cognitieve flexbiliteit op te sporen. Volwassenen/kind.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

DCCS

A

Dimensional change card sort: Stoornis in cognitieve flexbiliteit op sporen. Volwassenen/kind.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

D-KEFS

A

Trail making test (TMT): Meten mentale flexibliteit, alle leeftijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

TOLT

A

Tower of London test: planningsfunctie en probleemoplossend vermogen testen. Vanaf 6 jaar. Alle leeftijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

Dot matrix task

A

Testen visueel-spatieel werkgeheugen. Volwassenen /kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Corsi blokkentaak

A

Test nonverbale geheugenspanne, korte termijngeheugen. Alle leeftijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Visual search task

A

Testen van selectieve aandacht. Alle leeftijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

UTATE

A

Utrecht Task for Attention of Toddlers using Eye tracking. Gebruiken van eye tracking om te kijken waar een baby naar kijkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

SON-R 6-40

A

Non-verbale intelligentietest, geschikt voor 6-40 jaar. Gebruik van gesproken/geschreven taal is niet nodig. Vaststellen intelligentie bij personen die beperkt zijn in verbale communicatie (doof, taal-spraakstoornis, autisme, niet NL spreken).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

RTOS

A

Reynell Taalontwikkelingsschaal: vorderingen in taalverwerving bij Nederlandstalige kinderen 2-5 jaar. Taalbegrip en taalproductie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Schlichting Test foo Taalbegrip

A

2-7 jaar NL kinderen. Gesproken zinnen meten, niveau van taalbegripsontwikkeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

ASQ

A

Ages and Stages Questionnaires: screeningstest. Rond 24 mnd - 5jr, problemen oplossen, grove motoriek, zone van naaste ontwikkeling.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

ITSEA

A

Infant-Toddler Social and Emotional Assessment: sociaal-emotionele gedragsproblemen bij kinderen 1 - 3 jaar obv observatie van kind in natuurlijke omgeving. Temperamentsvragenlijst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Attachment Q-set

A

Gebruikt voor 1-5 jaar, beschrijft gedragsbeschrijvingen. Ouders sorteren kaartjes in hoeverre kaartje van toepassing is op kind. Thuisobservatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

EAS

A

Emotional Availability Scale: kwaliteit interactie ouder-kind relatie meten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

MACI

A

Manchester Assessment of Caregiver-Infant Interaction: kwaliteit interactie ouder-kind relatie meten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

CIB

A

Coding Interactive Behavior: kwaliteit interactie ouder-kind relatie meten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

BOS 2-30

A

Bayley Ontwikkelingsschalen 2-30. Gebruiken voor dove of slechthorende kinderen. Non-verbale schaal. Meten van algemene cognitie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
48
Q

ITVIK

A

Intelligentietest voor visueel gehandicapten kinderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
49
Q

PTI

A

Pictorial Test of Intelligence. Voor motorische problemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
50
Q

MVPT-3

A

Motor Free Visual Perception Test. Voor motorische problemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
51
Q

KID-N

A

Kent Infant Development Scale – Nederlandse versie. In beeld brengen van de ontwikkeling op verschillende terreinen. Kinderen met een ontwikkelingsleeftijd tot 15 maanden. En bij kinderen met beperkingen een chronologische leeftijd tot ongeveer 8 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
52
Q

VABS

A

De Vineland Adaptive Behavior Scales: via anderen info over ontwikkelingsniveau krijgen bij bv motorische problemen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
53
Q

Vineland-Z

A

In beeld brengen van de sociale redzaamheid van kinderen en jongeren met een verstandelijke beperking. Invullen door iemand die het kind goed kent.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
54
Q

VWO

A

Van Wiechenonderzoek: Screeningstest. Ontwikkelingsachterstanden onderkennen. Baby’s en peuters 0-54 mnd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
55
Q

Vineland-S

A

Vineland-Screener: screeningstest. Beoordelen adaptieve ontwikkeling van kinderen, adolescenten en volwassenen met ontwikkelingsniveau tot 6 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
56
Q

PDDST-II-NL

A

Pervasive Developmental Disorders Screening Test-II-NL: Screeningstest. Gericht op voregtijdige onderkenning van ASS bij kinderen 1-6 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
57
Q

SRS-P

A

Screeningslijst voor autismespectrum-stoornissen bij 3-jarigen: screeningstest. Richt op onderkenning van ASS bij 3 jarigen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
58
Q

CBSI

A

Child Sexual Behavior Inventory: Screeningstest. Vragenlijst voor normaal en afwijkend seksueel gedrag 2 - 12 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
59
Q

TSCYC

A

Trauma Symptom Checklist for Young Children: Screeningstest. 3-12 jaar, slachtoffer of getuige van bv mishandeling of een ramp. Screenen op symptomen van PTSS.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
60
Q

TSCC

A

Trauma Symptom Checklist for Children: Screeningstest. Symptomen PTSS of daaraan gerelateerde symptoomclusters 8-16 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
61
Q

CPTSDI

A

Children’s PTSD Inventory: screeningsinterview voor signaleren PTSS 6-18 jaar. Schalen: blootstelling aan trauma, herbeleving van het trauma, vermijding/spanning naar aanleiding van het trauma, verhoogde arousal en significante angst.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
62
Q

DST

A

Dyslexie Screening Test: vaststellen of er reden is voor gericht onderzoek naar dyslexie. 6-16 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
63
Q

SID

A

Screeningsinstrument dyslexie: screeningstest om vast te stellen of er reden is voor onderzoek naar dyslexie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
64
Q

VFO

A

Vragenlijst Fundamentele Onthechting: Screeningstest vragenlijst voor ouders/leerkrachten voor kind 4-18 jaar naar sociale onthechting en emotionele onthechting en sociaal-emotionele onthechting.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
65
Q

NLD-schalen

A

Non-verbale leerstoornisschalen: Screeningstest op aanwezigheid van niet-verbale leerstoornis 6-12 jaar.

66
Q

KID-N

A

Kent Infant Development Scale, Nederlandse bewerking: ontwikkelingsschaal voor zeer jonge kinderen tot 14 mnd en geschikt voor jonge kinderen tm 8 met motorische/cognitieve beperkingen en voor EVB.

67
Q

Bayley-III-NL

A

Bayley Scales of Infant Development, Nederlandse bewerking: ontwikkelingsschaal voor zeer jonge kinderen van 1-42 mnd. Mentaal, motorisch en gedragsobservatieschaal.

68
Q

SPT

A

Symbolic Play Test: ontwikkelingsschaal voor zeer jonge kinderen 1-3 jaar. Symbolisch spel. Vroege onderkenning autisme, taalstoornis en LVB.

69
Q

Vineland-II

A

NL bewerking van Vineland Adaptive Behavior Scales (VABS): ontwikkelingsschaal gericht onderzoek naar monitoring adaptieve ontwikkeling gedurende gehele levensloop. Communicatie, zelfredzaamheid, socialisatie en ontwikkeling en motoriek.

70
Q

Vineland-Z

A

5-8 jaar met benedengemiddeld IQ tot EVB. Communicatie, dagelijkse vaardigheden en socialisatie.

71
Q

Vineland-Screener

A

Verkorte versie van Vineland Adaptive Behavior Scales (VABS): Gebruiken voor kind, adolescent en volwassenen met ontwikkelingsniveau tot 6 jaar.

72
Q

PEP-3

A

PsychoEducatief Profiel: bepalen ontwikkelingsprofiel bij moeilijk testbare kinderen (ASS). Communicatie, motoriek en niet-adaptief gedrag.

73
Q

ComVoor

A

Voorlopers in Communicatie: begripsniveau van tactiel en/of visueel waarneembare communicatie bij ontwikkelingsniveau 12 - 60 mnd. ASS die niet of beperkt communiceren.

74
Q

Ishihara-testreeks voor Kleurenblindheid

A

Voor alle leeftijden (vanaf 2 a 3 jaar). Gericht onderzoek naar kleurenblindheid.

75
Q

Sensory Profile, Nederlandse versies

A

In kaart brengen van invloed sensorische prikkels op dagelijks functioneren van kinderen.

76
Q

ITSP-NL

A

Infant and Toddler Sensory Profile: In kaart brengen van invloed sensorische prikkels op dagelijks functioneren van kinderen. 0 - 2 jaar

77
Q

SP-NL

A

Sensory Profile: In kaart brengen van invloed sensorische prikkels op dagelijks functioneren van kinderen. 4-12 jaar

78
Q

AASP-NL

A

Adolescent/Adult Sensory Profile: In kaart brengen van invloed sensorische prikkels op dagelijks functioneren van adolescent/volwassenen. 11-65 jaar

79
Q

PTI-2

A

Pictorial Test of Intelligence: nonverbale IQ test voor kind van 3;0 - 8;11 jaar met spraak- en/of motorische problemen.

80
Q

ITVIK

A

Intelligentietest voor Visueel Gehandicapte Kinderen: algemene intelligentie bij kinderen met visuele handicap van 5 - 16 jaar

81
Q

PEDI-NL

A

Pediatric Evaluation of Disability Inventory, Nederlandse versie: mate van zelfstandigheid in uitvoeren dagelijkse activiteiten 6mnd - 7;8 jaar. Ouders afnemen met interview.

82
Q

SRZ

A

Sociale Redzaamheidschaal voor Zwakzinnigen: vragenlijst voor kind 4-18 jaar met VB. Schalen: Zelfredzaamheid, taalgebruik, taakgerichtheid en sociale gerichtheid.

83
Q

SRZ-i

A

Sociale Redzaamheidschaal-Z, interviewversie: is interviewversie van SRZ en wordt bij ouders afgenomen in de vorm van een interview.

84
Q

SRZ-P

A

Sociale Redzaamheidsschaal-Z-Plus: LVB tot zwakbegaafd niveau. Zelfredzaamheid I (zorg voor zichzelf), zelfredzaamheid II (complexere zelfredzaamheid gericht op buitenwereld) en verbaal numeriek (gebruik beelden, symbolen, taal en getallen)

85
Q

SMZ

A

Schaal voor Motoriek bij Zwakzinnigen: observatieschaal gericht op beoordelen spontane grove motoriek in dagelijks leven vanaf 3 jaar tot volwassenen met LVB

86
Q

TVZ

A

Temperamentschaal voor Zwakzinnigen: Schaal gericht op temperament van EVB van 10-55 jaar. Ingevuld door groepsleider.

87
Q

BOTS

A

Interactiewijzer/Boven-Onder, Tegen-Samen: hulpmiddel bij overleg met professionele opvoeder van kind 6-14 jaar, gericht op interactieproblematiek tussen kinderen onderling of tussen professionele opvoeders en kinderen.

88
Q

CBSK

A

Competentiebelevingsschaal voor Kinderen: vragelijst gericht onderzoek en monitoring 8-12 jaar naar competentiebeleving (zelfwaardering).

89
Q

SVL

A

SchoolVragenLijst: begeleidingsinstrument voor 9-16 jaar voor advisering mbt school- en beroepsloopbaan. Motivatie, welbevinden, zelfvertrouwen en pesten.

90
Q

PMT-K-2

A

Prestatiemotivatietest voor Kinderen: zowel individueel als groepsgewijs, groep 7-3e klas. Prestatiemotivatie meten, positieve/negatieve faalangst en sociaal wenselijke antwoorden.

91
Q

FID-R

A

Familie-In-Dieren Test-Revised: 5-12 jaar moet gezinsleden noemen en omtoveren tot dieren en vervolgens tekenen.

92
Q

Loney Draw-A-Car Test

A

5-12 jaar. Kind moet auto tekenen, testleider gaat de auto kopen, voordat kind besluit neemt moet hij vragenlijst afwerken.

93
Q

ZAT

A

Zin Aanvul Test: zelfbeeld, toekomstbeeld en beleving van verschillende omgevingen. Kind moet zinnen afmaken die door proefleider worden voorgelezen.

94
Q

ZALC

A

Zinnenaanvullijst Curium: sociaalemotionele ontwikkeling 8-25 jaar. Ego-ontwikkelingsniveau.

95
Q

Wereldspel/Scenotest/Dorpstest/Wereldtest

A

6-11 jaar. Dorp bouwen met verschillende materialen. ‘Iets moois van maken’. Inzicht in belevingswereld van kind.

96
Q

Gardners Verhalentechniek

A

Spontaan verhaal uitlokken met ‘er was eens…’. Belevingswereld. 5-12 jaar.

97
Q

Gardners Zien-voelen-en-doenspel

A

Therapteutisch gebruik, 5/6 - 12 jaar. Ook set voor adolescenten met ouders in problematiek

98
Q

CAT-A

A

Children’s Apperception Test-A: 3-10 jaar. Tekening van dieren en tekening met mensen.

99
Q

Columbus

A

vanaf 5 jaar gericht op ontwikkelingstaken van kind op verschillende leeftijden. Relatie met leeftijdsgenoten.

100
Q

OKIV-R

A

Ouder Kind Interactie Vragenlijst: onderzoek naar relaties

101
Q

Nijmeegse Gezinsrelatie Test

A

Onderzoek naar relaties

102
Q

FRT

A

Family Relations Test: onderzoek naar relaites, onvoldoende kwaliteit bewezen

103
Q

NVOS

A

Nijmeegse Vragenlijst voor de Opvoedings Situatie: problematische opvoedingssituaties

104
Q

VGP

A

Vragenlijst voor Gezinsproblemen: problematische opvoedingssituaties

105
Q

NOSI

A

Nijmeegse Ouderlijke Stress Index: problematische opvoedingssituatie

106
Q

VSP/SSP

A

Vreemde Situatie Procedure: gehechtheid

107
Q

SAT

A

Seperation Anxiety Test van Bowlby: gehechtheid onderzoek

108
Q

VABS-II

A

Vineland Adaptive Behavior Scales: Vriendschap meten en prosociaal gedrag

109
Q

SDQ

A

Strenghts and Difficulties Questionnaire: prosociaal gedrag meten

110
Q

SCHOBL-R

A

Schoolgedrag Beoordelingslijst: prosociaalgedrag

111
Q

CBCL

A

Child Behavior Checklist: prosociaal gedrag meten

112
Q

NPV-J

A

Junior Nederlandse Persoonlijkheidsvragenlijst: prosociaal gedrag meten

113
Q

AKGL

A

Amsterdamse Kindergedragslijst : prosociaal gedrag meten

114
Q

ASO

A

Amsterdamse Schaal voor het meten van Opstandigheid: opstandig en antisociaal gedrag meten

115
Q

SEV

A

Sociaal-Emotionele Vragenlijst: gedragsproblemen meten

116
Q

ZALC

A

Zinnenaanvullijst Cirrium: ego ontwikkeling in kaart brengen

117
Q

Empathievragenlijst

A

Vanaf 6 jaar kun je vaststellen in hoeverre een kind rekening houdt met emoties van anderen.

118
Q

SIV-interview

A

Sociale Informatie Verwerking Interview: Sociale infoverwerking kan indirect in kaart gebracht. Reactie van kind op frustrerende situaties.

119
Q

SMI

A

Socio-Moreel Interview: morele ontwikkeling, ouderlijke disciplinering wordt in kaart gebracht

120
Q

VSR

A

Vragenlijst Sociale Relaties: Vragenlijst om denkfouten te meten mbt agressief gedrag

121
Q

KDS

A

KinderDepressieSchaal: expressie van bepaalde emoties meten

122
Q

PFT

A

Rosenzweig Picture Frustration Test: expressie van bepaalde emoties meten

123
Q

VAK

A

Vragenlijst voor Angst bij Kinderen: expressie van bepaalde emoties meten

124
Q

TOSCA

A

Test of Self-Conscious Affect: om begrip van emoties te meten

125
Q

LEAS

A

Levels of Emotional Awareness Scale for Children: indicatie te geven van het verband wat kinderen leggen tussen emotie en situatie

126
Q

ACES

A

Assessment of Children’s Emotions Scales: indicatie te geven van het verband wat kinderen leggen tussen emotie en situatie

127
Q

UCL

A

Utrechtse Coping Lijst: copinggedrag meten vanaf 13 jaar

128
Q

DERS

A

Difficulties in Emotion Regulation Scale: voor jonge kinderen copinggedrag meten

129
Q

FEEL-KJ

A

Fragebogen zur Erhebung der Emotionsregulation bei Kindern und Jugendlichen: bevraagt kinderen en jongeren op de manier waarop zij omgaan met angst, boosheid en verdriet

130
Q

SBV-K

A

Zelfboordelingslijst Voor Kinderen: onderzoek bij angstige kinderen

131
Q

SAS-K

A

Sociale Angstschaal voor Kinderen: onderzoek bij angstige kinderen (gedachten, gevoelens en gedrag meten en sociale wenselijkheid)

132
Q

PMT-K

A

Prestatiemotivatietest voor Kinderen: faalangst meten

133
Q

DVK

A

Depressie Vragenlijst voor Kindere: depressieve kinderen onderzoek

134
Q

NPDK

A

Vragenlijst Non-productieve Denkprocessen: onderzoek bij depressieve kinderen. Wordt dieper ingegaan op processen als piekeren, rumineren en verklaring van gebeurtenissen en attributies.

135
Q

VVGK

A

Vragenlijst voor Gedragsproblemen bij Kinderen: onderzoek kind ODD en CD

136
Q

Vragenlijst Fundamentele Onthechting

A

Onderzoek bij kind ODD en CD

137
Q

TVZ

A

Temperamentschaal voor Zwakzinnigen: onderzoek bij kind met VB

138
Q

SEO

A

Sociaal-Emotionele Ontwikkelingslijst : onderzoek VB. Specifiek voor sociaalemotionele ontwikkeling

139
Q

ESSEON-R

A

Experimentele Schaal voor de beoordeling van het Sociaal Emotionele Ontwikkelingsniveau: onderzoek VB, specifiek voor sociaalemotionele ontwikkeling

140
Q

ESAT

A

Early Screening of Autistic Traits Questionnaire: vanaf 4 mnd onderzoek ASS

141
Q

HAT

A

Checklist Autism for Toddler: vanaf 4 jaar onderzoek ASS

142
Q

ADI-R

A

Autism Diagnostic Interview: voor ouders observatielijst ASS

143
Q

CCC

A

Children’s Communication Checklist: voor ouders observatielijst ASS

144
Q

ADOS

A

Autism Diagnostic Observation Schedule: onderzoek ASS. In combi met ADI-R gouden standaard

145
Q

CARE-NL

A

Child Abuse Risk Evaluation Nederland: beoordelen van risico op kindermishandeling. Ingevuld door professionals. Schalen: ouderlijke factoren, ouder-kind factoren, kindfactoren, gezinsfactoren.

146
Q

FRT

A

Familie Relatie Test: info verzamelen over manier waarop kinderen de relatie met gezinsleden waarneemt. 4-12 jaar

147
Q

GKS-II

A

Gezinsklimaatschaal: onderzoeken beleving van gezinsleden van gezinsklimaat. Schalen: cohesie, expressiviteit, conflict, organisatie, controle, normen, sociale oriëntatie. Vanaf 10 jaar

148
Q

GEST

A

Gezinssysteemtest: relatiestructuren meten in het gezin (cohesie en hiërarchie). Vanaf 6 jaar: waarnemingsverschillen, stabiliteit, flexibiliteit en generatiegrenzen

149
Q

GVL

A

Gezinsvragenlijst: bepalen van kwaliteit van gezins-en opvoedingsomstandigheden van gezin met kind 4-12 jaar. Schalen: responsiviteit, communicatie, organisatie, patrnerrelatie, sociaal netwerk.

150
Q

LIRIK-JZ

A

Licht Instrument Risicotaxatie Kindveiligheid – Jeugdzorg: korte checklist vermoedens kindermishandeling of (toekomstige) onveilige opvoedsituatie

151
Q

NOSI

A

Nijmeegse Ouderlijke Stress Index: in hoeverre ouder de opvoeding van een kind als stressvol, moeilijk en zwaar ervaart. 7-12 jaar.

152
Q

NVOS

A

Nijmeegse Vragenlijst Opvoedingssituatie: in kaart brengen welke mate ouders de opvoedsituatie met een kind als belastend ervaren, wat zij daarvoor als oorzaak zien en wat voor hulp zij verwachten. Tot 14 jaar.

153
Q

OBVL

A

Opvoedingsbelasting Vragenlijst: vaststellen mate van opvoedingsgedrag bij ouders. Tot 18 jaar.

154
Q

OKIV-R

A

Ouder-kindinteractie Vragenlijst-Revised: onderzoeken hoe de ouder de opvoedrelatie met het kind beoordeelt en andersom. 8-18 jaar. Conflicthantering en acceptatie.

155
Q

TVO

A

Taxatielijst voor Ouderfunctioneren: inzicht in kwaliteit van ouderfunctioneren en wordt ingevuld door hulpverleners over ouders van kind 4-14 jaar

156
Q

VGFO

A

Vragenlijst Gezinsfunctioneren voor Ouders: problemen binnen gezin in kaart brengen en bedoeld voor gezin met kind 0-18 jaar. Schalen: basiszorg, sociale contacten, opvoedingsvaardigheden, jeugdbeleving, veiligheid in het gezin, individueel functioneren en partnerrelatie

157
Q

VGFO

A

Vragenlijst Gezinsfunctioneren voor Ouders: problemen binnen gezin in kaart brengen, gezin met kind 0-18 jaar. Schalen: basiszorg, sociale contacten, opvoedingsvaardigheden, jeugdbeleving, veiligheid in het gezin, individueel functioneren en partnerrelatie.

158
Q

VGP

A

Vragenlijst Gezinsproblemen: visie van ouders op evt problemen in gezin en omvat schalen: steun en communicatie, opvoeding, vijandigheid, openheid, uitvoering van de taken, betrokkenheid, geborgenheid, partnerrelatie en problemen met de kinderen.

159
Q

VMG

A

Vragenlijst Meegemaakte Gebeurtenissen: hoeveel en welke ingrijpende, stressvolle gebeurtenissen kind heeft meegemaakt. Schalen: positieve en negatieve gebeurtenissen

160
Q

VSOG

A

Verkorte Schaal voor Ouderlijk Gedrag: handelen van ouders richting bepaald kind in kaart. 4-18 jaar. Schalen: positief ouderlijk gedrag, regels, straffen, hard straffen en belonen.