Termen Flashcards
Supinatie
Achterover leunende beweging.
Openklappen van de hand, voet of ledematen
Circumductie
Kegelvormige verplaatsing rond de as van het ledemaat
Adductie
Beweging waarmee de afstand tussen de ledemaat en de romp wordt verkleind
Abductie
Beweging waarmee de afstand tussen een ledemaat en de romp wordt vergroot
Rotatie
Beweging rond de as
Naar binnen = indo
Naar buiten = exo
Heupen, schouders, armen
Extensie
Beweging waarbij de uiterste twee kanten van de ledematen zo veel mogelijk van elkaar verwijderd worden
Flexie
Beweging waarmee twee uiterste kanten van het lichaam naar elkaar toe gebracht worden
Synovaal gewricht
Beweeglijke gewrichten
De botten zijn met synovaal vloeistof in de gewrichtsholte van elkaar gescheiden
Vinyasa krama
Het samenstellen van een yoga sessie
Krama = stap
Nyasa = plek
Vi = juist
Udana vayu
Beweegt vanuit de keel omhoog en correspondeert met de spraak
Uplifting, growth, expression, inspiration
Vyana vayu
Correspondeert met de distributie van de energie naar de periferie van het lichaam
Expanding, energizing, integrating
Prana Vayu
Opwaartse beweging van energie
Correspondeert met de borst en de longen
Uplifting, recharging, internalizing
Apana vayu
Neerwaartse beweging van de energie
Correspondeert met het lagere gedeelte van de buik en ontlasting
Grounding, calming, embodying
Sama Vayu
Energie die van buiten naar binnen beweegt
Correspondeert met de romp en spijsvertering
Apana
Neerwaarts, weg
Verwijdering van afvalstoffen
Prana
Omhoog
Ademen, leven(senergie)
Pranayama
Het vergroten van de levensenergie met de ademhaling als instrument
Sukha
Zacht, mild, aangenaam