taalvaardig Flashcards

1
Q

acne acné acnee

A

acne

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

dineetje dinertje dinéetje

A

dinertje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

drieëneenhalf die en een half drieënhalf

A

Drie en een half OF drieënhalf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

noordzeeharing Noordzeeharing Noordzee-haring

A

noordzeeharing

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

writers block writers’ block writer’s block

A

writer’s block

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

à la carte-restaurant à-la-carterestaurant

A

à-la-carterestaurant

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

kleine- en hoofdletters kleine en hoofdletters

A

kleine en hoofdletters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

valentijnskaart Valentijnskaart

A

valentijnskaart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Armagnacfles , armagnacflec

A

armagnacfles

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

een zeugma

A

hier zet men koffie en over

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

dubbelrijm

A

verrestranden….sterrenlanden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

metonymie

A

metonymie als je niet rechtstreeks zegt wat je bedoelt
- ik geniet van Mozart

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

oxymoron

A

2 woorden met tegengestelde betekenis elkaar worden verbonden
OUD NIEUWS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

hyperbool

A

een overdrijving
we hebben nog een zee van tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

understatement

A

een veelgebruikte stijlfiguur waarbij iets opzettelijk veel zwakker wordt geformuleerd dan men te verstaan wil geven

Messi kan wel tegen een balletje trappen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

paradox

A

eerste gezicht lijkt uitspraak tegenspraakt te zijn maar als je erover nadenkt klopt het

De werken die de Tachtigers na hun dood schreven

17
Q

Onomatopee

A

woord dat fonetisch het geluid dat het beschrijft nabootst of suggereert

wafwaf

18
Q

alexandrijn

A

De zee, de zee, klotst voort in eindeloze deining.

19
Q

chiasme

A

kruisstelling
klagen-gebed / , dankzegging/geween

20
Q

litotes

A

middel van een ontkenning of een verkleinvorm iets schijnbaar verkleint of afzwakt,
‘dat is niet slecht’

21
Q

synesthesie

A

meerdere zintuigen
schreeuwende kleuren

22
Q

allusie

A

zinspeling

23
Q

anafoor

A

herhaling van een of meerdere woorden in één of meerdere zinnen

‘Niemand luistert, niemand kijkt, niemand praat’

24
Q

Climax

A

lachen, gieren , brullen

25
Intertekstualiteit
Het naar elkaar verwijzen van teksten
26
postmodernisme
een intellectuele houding die de principes achter modernisme ter discussie stelt
27
Hoge Cultuur
de kunst die men daarvoor bestemde instituten vindt
28
Lage Cultuur
zaken die voortkomen uit de cultuur van de massa / vrijetijdsindustrie
29
neurotisch
psychische aandoeningen, voortkomend uit emotionele problemen en leidend tot allerlei vormen van angst, waarbij contact met de werkelijkheid behouden in gebleven