nl dramatiek Flashcards

1
Q

Wanneer was het renaissance oneel

A

van 1500-1700

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
1
Q

Wat zijn de soorten renaissance tonelen

A
  1. Commedia Dell’arte
  2. Klassieke theater
  3. Elizabethaans theater
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Geef de kenmerken van Commedia Dell’arte

A
  • Uit italie
    -Volkstheater, voor het gewoon volk
    -heeft een vaste structuur en personages: typerende kostums die vaak terugkwamen + vaste rol
    -vaste verhaal kern: geen script , beroepsacteuren vanuit hun rol improviseren
    -mime (=internationaal vlak taal zorgt voor probleem)
    -halfmaskers: mond niet bedekt en vrij zodat je spelers nog hoort
    -serieuze + komische elementen
    -grote invloed op europese theater
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Geef de kenmerkan van klassieke drama

A

-5 bedrijven
= expositie: hoofdpersonges en setting geintroduseerd
=ontwikkeling: opbouwing van conflicten en spanning
=hoogtepunte: climax van het drama , maximale spanning
=val/wending: spanning neemt af
= catastrofe -> catharis uitkomst van het definitief conflict en leidt tot uitiendelijk de emotionele ziuvering van het publiek.

  • eenheid van tijd plaats en handeling van ARISTOTELES
    -strikte scheiding tragedie en komedie
    -reien/koorzangen om bedrijven te scheiden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geef de kenmerken van Elizabethaans Theater

A

-Engeland
-veel verwijzingen naar god
-16de eeuw = 1642, tijdens engelse burgeroorlog heel strikte vorm van geloof en sluiten theater AF omdat mannen zich aanklede als vrouwen
-gewoon+rijk volk, pit aller armsten en rijksten overdekt
-censuur
-impresario voor toneelvereniging
-gaandeweg vaste theaters

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe zit het theater van Elizabethaans theater eruit?

A

-hout
-met zuilen en bogen
-cirkelvormig
-niet overdekt
-volk in pit , dicht bij acteurs
-tribunes/loges voor rijken
-weinig decoratiemogelijkheden
-kleurrijk geschilderd (MARMEREFFECT)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat waren de regels binnen het elizabethaans theater

A
  1. Geen vrouwen op scène
    ->boy actors voor meisjesrollen
    ->oudere mannen voor vrouwenrollen
    -> vanaf 1660 VROUWEN TOEGESTAAN (na puriteinse macht)
  2. Toneel is voor iedereen
    ->publiek actief deelnemen
    ->rijken in loges , armen in pit
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Geef meer uitleg over de shakespeare in love

A

-1998
-7 oscars
-geen volledig historische waarheden
-wel sfeer van Elizabethaans theater + maakt shakespear werken toegankelijker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Geef meer info over Shakespeare

A

-1546 tot 1616
- toneelschrijver, dichter , acteur
-klassiek + modern
-bestaande verhalen verwerken tot toneelstukken
-hecht veel belang aan taal (stijfiguren, woorden..)
-belang aan humor ZELFS in tragedie
-WAR van klassieke regels : hij ging genres gaan vermengen en complexere personages maken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wie vertelt het verhaal binnen elizabethaans theater

A

een bode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

wat betekent bij het theater het boven beneden en ondere

A

boven= hemel , beneden = aarde , onder = hel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welke aspecten van realisme zijn te vinden bij elizabethaanse theater?

A
  • gevecht
  • dramatisch eiden = noodlot
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly