Studievragen week 1 Flashcards
Hoewel er al een aantal jaren een dalende trend zichtbaar is in jeugdcriminaliteit, kan de media toch een gevoel van urgentie creëren. Welke biases zijn hierin zichtbaar?
(Weijers (2020) – Hoofdstuk 1 Jeugdcriminaliteit: wetenschap, media en politiek)
- registraties jc dalen, maar berichtgeving neemt niet af.
- veel aandacht high impact crimes -> zijn juist afgenomen
- Associatie met Marokkaanse jeugd en straattereur doorgedrongen in berichtgeving
Leg uit wat er bedoeld wordt met de ‘prestatieparadox’.
(Weijers (2020) – Hoofdstuk 1 Jeugdcriminaliteit: wetenschap, media en politiek)
Hoe beter politie werk doet, hoe meer criminaliteit lijkt te stijgen
Leg de notie ‘veilige plaats’ uit.
(Weijers (2020) – Hoofdstuk 1 Jeugdcriminaliteit: wetenschap, media en politiek)
Stabiliteit en continuïteit op minstens één levensdomein
Om de ontwikkeling van jeugdcriminaliteit beter in kaart te brengen wordt vaak een combinatie van verschillende bronnen gebruikt. In dit hoofdstuk wordt gesproken over zowel zelfrapportage als politie- en justitiestatistieken. Wat zijn beperkingen van het gebruik van deze bronnen?
(Weijers (2020) – Hoofdstuk 3 Ontwikkeling in jeugdcriminaliteit in het begin van de eenentwintigste eeuw)
Zelfrapportage:
- steekproef
- onderrapportage
- overrapportage (opscheppen)
- beperkte vragenlijsten
Politie- en justitiestatistieken:
- niet alle daders en delicten worden bij de politie bekend -> statistieken zijn hier wel van afhankelijk
Er wordt een aantal veel genoemde verklaringen voor gedaalde (jeugd)criminaliteit gegeven. Wat is de conclusie van de auteurs?
(Weijers (2020) – Hoofdstuk 3 Ontwikkeling in jeugdcriminaliteit in het begin van de eenentwintigste eeuw)
Zijn meerdere factoren die invloed hebben, veel onduidelijkheid over daadwerkelijke verklaringen
Noem een reden waarom participatie van jongeren in het jeugdhulptraject essentieel is.
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 2 Forensische Orthopedagogiek: een juridisch kader)
Wetgeving niet expliciet over kinderrechten. Jongeren hun mening is belangrijk om schending van deze wet te voorkomen (en om te voldoen aan eisen IVRK)
Het gedwongen opgenomen worden in een residentiële instelling moet ingezet worden als een ultimum remedium. Wat wordt hiermee bedoeld?
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 2 Forensische Orthopedagogiek: een juridisch kader)
Kan enkel op zwaarwegende redenen worden uitgevoerd, moet daarnaast ten goede komen van de ontwikkeling
Wat zijn de conclusies van de eerste evaluatie van de Jeugdwet (Friele et al., 2018)?
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 2 Forensische Orthopedagogiek: een juridisch kader)
- Mening kinderen niet voldoende meegenomen
- geen consensus bij medewerkers over wat vrijheidsbeperkingen zijn en wat hieronder valt
Beschrijf het verschil tussen het civielrechtelijke en strafrechtelijke kader.
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 2 Forensische Orthopedagogiek: een juridisch kader)
Civielrechtelijk:
- Burgerlijk Wetboek en Jeugdwet
- Uithuisplaatsing en ondertoezichtstelling
Strafrechtelijk:
- strafbaar feit, verdachte
- recht op advocaat
- lengte dagen dat minderjarige mag worden vastgehouden
Wat is residentiële jeugdhulp en welk doel dient het?
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 29 Geschiedenis van de residentiële jeugdhulp)
vorm van jeugdhulp waarbij jongeren (0-23 jaar) dag en nacht buiten hun eigen omgeving verblijven.
Voornaamste doelen:
1. veilige basis
2. toewerken naar zelfstandigheid/terug naar huis
3. deelnemen maatschappij
Wat is jeugdzorgPlus en waarom werd deze vorm van residentiële jeugdzorg in het leven geroepen?
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 29 Geschiedenis van de residentiële jeugdhulp)
Gesloten vorm van residentiële jeugdhulp
-> voor jongeren die ivm civielrechtelijke maatregel uit huis worden geplaatst
De residentiële jeugdzorg is sinds het ontstaan in 1491 (het eerste weeshuis werd gevestigd) constant in beweging, hoe komt dit?
(Hendriks et al. (2021) – Hoofdstuk 29 Geschiedenis van de residentiële jeugdhulp)
Werd gedreven door socio-politieke ontwikkelingen en vernieuwende wetenschappelijke inzichten. Ontstaan steeds weer nieuwe ideeën.