HC 5: Intergenerationele Overdracht & Georganiseerde Misdaad Flashcards

1
Q

Wat zijn de vier kenmerken van georganiseerde criminaliteit?

A
  1. Economisch
  2. Organisatorisch
  3. Geweld
  4. Transnationaal karakter
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn kenmerken van situationele gelegenheidsstructuren bij georganiseerde criminaliteit?

A
  • Vaak legale structuren die worden gebruikt voor illegale activiteit
  • menging boven- en onderwereld
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt social snowballing in?

A

Zegt iets over de daders, waar je mee omgaat raak je mee besmet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn vier dader mechanismen in de georganiseerde criminaliteit?

A
  1. Actieve werving
  2. Graduele inclusie -> erin rollen
  3. Self-soliciting
  4. Founding -> komt minder voor
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de twee belangrijkste oorzaken waarom mensen zich bij georganiseerde criminaliteit aansluiten?

A

Sociale banden, daarna gevolgd door criminele ervaringen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is intergenerationele continuïteit?

A

Gedraging die bij ouder en kind voorkomen in zelfde leeftijdsperiode

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn twee vormen van continuïteit van crimineel gedrag?

A
  1. Homotypische continuïteit -> zelfde gedrag terugkerend over generaties
  2. Heterotypische continuïteit -> uitwerking gedrag verschilt onderling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly