Sociaal-medische wetenschappen week 3 Flashcards
vormen van ziektegedrag
- Zelfzorg: alles wat je zelf kunt doen -> wordt in eerste instantie gedaan (aanpassen van activiteiten, rustig aan doen, bedrust, huismiddeltjes, zelfmedicatie, medicatie die eerder is aangeschreven, voeding). Doel: genezing
- Hulp inroepen: van sociale netwerk:
o Praktische hulp
o Vragen om advies en informatie
o Emotionele steun - Beroep doen op professionals: mensen die in gezondheidszorg werken en ondersteuning bieden aan genezen of handhaven van ziekte = zorggebruik.
therapietrouw
mate waarin het gedrag van de patiënt overeenkomt met de afspraken tussen de patiënt en de behandelaar (innemen medicijnen, leefstijl veranderen, vervolgconsulten en uitvoeren oefenen)
gevolgen therapieontrouw
- negatief effect op genezing / beloop van (chronische) aandoening
- kost samenleving veel geld
zelfmanagement
zodanig omgaan met de chronische aandoening (symptomen, behandeling, lichamelijk en sociale consequenties en bijbehorende aanpassingen in leefstijl) dat de aandoening optimaal wordt ingepast in het leven. Belangrijk omdat er verschuiving is van cure naar care -> steeds meer chronische aandoening -> zelf moeten inpassen in hun leven.
reden therapieontrouw
- niet intentionele redenen
- intentionele redenen
niet intentionele redenen therapieontrouw
= barrières voor patiënten waardoor ze hun geneesmiddelen niet nemen volgende de gemaakte afspraak
- vergeetachtigheid (ingewikkelde doseerschema’s)
- beperkt vermogen om de behandeling te begrijpen
- onherkenbaarheid van het geneesmiddel of de verpakking
- kosten van een behandeling
- analfabetisme
- slechtziendheid
intentionele redenen therapieontrouw
= bewuste keuze om behandeling niet te beginnen, stoppen of naar eigen inzien aan te passen
- behandeling wordt niet als noodzakelijk ervaren (geen symptomen)
- zorgen over de behandeling (bijwerkingen, verslaving)
- negatieve attitude ten aanzien van een voorgeschreven behandeling
- gebrek aan vertrouwen in behandeling
behandelpercepties
mensen vormen ook ideeën over noodzakelijkheid en zorgen over mogelijke bijwerkingen van behandelingen deze hebben invloed op ziektegedrag (therapietrouw, zorggebruik, zelfmanagment)
functies Behavioral Model of Health Service Use
- inventariseren en systematiseren van determinanten van zorggebruik (zorggebruik voorspellen)
- evaluatie van toegankelijkheid van zorg (toegankelijkheid van zorg beoordelen)
determinanten contexteel (betekenis)
= globale maatschappelijke factoren
determinanten individueel (betekenis)
= persoonlijke factoren
predisposing
condities die mensen predisponeren (ontvankelijk maken) om wel of niet zorg te gebruiken maar er niet direct verantwoordelijk voor zijn -> voorbereiden op wel of niet gebruiken van zorg (geneigdheid)
enabling
condities die het gebruik van zorg bevorderen of belemmeren (mogelijkheid tot zorggebruikt)
Need
inschatting van leken of professionals in hoeverre (medische) zorg vereist is (behoefte aan zorggebruik)
determinanten contextueel predisposing
- Demografisch = kenmerken van bevolking/populatie (samenstelling leeftijd, geslacht, burgerlijke stand) afhankelijk van samenstelling meer of minder zorg gebruikt
- Sociaal = hoe ondersteunend of belemmerend communties zijn waarin mensen wonen en werken (opleidingsniveau, etnische samenstelling, veiligheid)
- Opvattingen (belief) = waarde en normen van samenleving