Selor Flashcards
Welke eigenschappen moet een goede treinbegeleider hebben?
- Een treinbegeleider moet stipt zijn.
- Hij moet sociaal zijn.
- Hij moet betrouwbaar zijn.
- Hij moet eerlijk zijn.
- Hij moet hulpvaardig zijn.
- Hij moet vriendelijk en geduldig zijn.
- Hij moet in alle situaties kalm blijven.
- Hij moet een goed voorkomen hebben.
- Hij moet tweetalig zijn.
Wie is de baas in de trein? De treinbegeleider of de treinbestuurden?
Normaal gezien is de treinbegeleider, de boordchef, de baas in de trein. Maar als er problemen zijn, werken we samen.
Waarom neemt u aan dit examen deel?
- Als ik slaag voor het niveau “elementaire kennis”, dan kan ik mijn werk behouden en word ik geregulariseerd als treinbegeleider. Ik zal ook een premie krijgen.
- Als ik niet slaag, word ik ontslagen.
Vindt u het nodig om tweetalig te zijn? Waarom?
Ja zeker, omdat we in een tweetalig land leven: ik moet Nederlands praten met de klanten en de collega’s.
Wat zijn de hoofdtaken van de treinbegeleider?
Veiligheid
- Ik ben verantwoordelijk voor de veiligheid van de reizigers.
- Op het moment van vertrek moet ik kijken of er niemand tussen de deuren geklemd zit.
- Op het moment van vertrek kijk ik of er niemand tussen de trein en het perron gevallen is.
- Ik loop door de trein om mijn aanwezigheid te tonen.
- Ik kijk of de gehandicapte reiziger hulp nodig heeft.
Stipdheid
- Ik geef het vertrek van de trein op het voorziene uur.
- Ik moet de uurregeling respecteren.
- Ik moet waken over de stiptheid van de trein.
Informatie
- Ik moet de reizigers onthalen op het perron.
- Ik moet inlichtingen geven over de uurregeling, de bestemming,….
Controle
* Ik controleer de vervoerbewijzen; ik moet kijken of iedereen in orde is.
* ik verkoop biljetten.
Welke inlichtingen vragen reizigers?
- Ze vragen hoe laat de trein aankomt.
- Ze vragen inlichtingen over hun aansluiting.
- Ze stellen vragen over de bestemming van de trein.
- Ik probeer op hun vragen te antwoorden.
- Soms kan ik het antwoord vinden op mijn gsm.
Hoe maakt u een trein klaar?
- Ik steek de eindlichten aan.
- Ik controleer of alle deuren goed werken.
- Ik loop door de trein en controleer de netheid in alle rijtuigen.
- Ik kijk of er voldoende toiletpapier is.
- Ik test de omroepinstallatie en de verlichting.
- In de zomer controleer ik of de airco werkt en in de winter controleer ik of de verwarming werkt.
- Ik vul een treinfiche in en geef een duplicaat aan de bestuurder.
Hoe beëindigt u een trein?
- Ik kijk of alle reizigers uitgestapt zijn.
- Ik kijk of er geen verloren voorwerpen liggen.
- Ik sluit de vensters, ik doe de verlichting uit en doof de eindseinen.
- Ik zet de verwarming uit en controleer de netheid van de trein.
Hoe geeft u het vertrek van de trein?
- We gebruiken een app voor de vertrekprocedure. De app heet Linda.
- De app werkt via GPS, met mijn GSM en horloge. Het systeem telt of voor de vertrekprocedure.
- Mijn horloge trilt wanneer ik de vertrekprocedure mag starten.
- Ik fluit om de reizigers te verwittigen dat de trein zal vertrekken.
- Ik kijk of er nog reizigers instappen en sluit alle deuren, behalve mijn deur.
- Ik stap in de trein en sluit mijn deur.
- Via Linda bevestig ik dat ik klaar ben.
- Als de bestuurder het bericht “verrichtingen gedaan” ontvangt, vertrekt hij.
Wat is Linda?
- Linda is de nieuwe vertrekprocedure. Het systeem werkt met GSP.
- Ik bevestig op mijn gsm wanneer de trein klaar is voor het vertrek. Dat heet “verrichtingen gedaan”.
- Wanneer de bestuurder “verrichtingen gedaan” ontvangt, vertrekt hij.
Wat is er speciaal aan het vertrek in Brussel-Centraal?
- Het perron ligt in een bocht en dan helpt de onderstationschef de treinbegeleider bij het vertrek.
- De treinbegeleider staat aan de kant Brussel-zuid.
- Als alles in orde is, toont de onderstationschef me een gele lamp.
- Dan start ik de vertrekprocedure.
Wat moet u doen met gevonden voorwerpen?
Als ik een voorwerp vind, moet ik het in het laatste station afgeven aan de onderstationschef of aan de loketbediende.