Selor Flashcards

1
Q

Welke eigenschappen moet een goede treinbegeleider hebben?

A
  • Een treinbegeleider moet stipt zijn.
  • Hij moet sociaal zijn.
  • Hij moet betrouwbaar zijn.
  • Hij moet eerlijk zijn.
  • Hij moet hulpvaardig zijn.
  • Hij moet vriendelijk en geduldig zijn.
  • Hij moet in alle situaties kalm blijven.
  • Hij moet een goed voorkomen hebben.
  • Hij moet tweetalig zijn.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wie is de baas in de trein? De treinbegeleider of de treinbestuurden?

A

Normaal gezien is de treinbegeleider, de boordchef, de baas in de trein. Maar als er problemen zijn, werken we samen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Waarom neemt u aan dit examen deel?

A
  • Als ik slaag voor het niveau “elementaire kennis”, dan kan ik mijn werk behouden en word ik geregulariseerd als treinbegeleider. Ik zal ook een premie krijgen.
  • Als ik niet slaag, word ik ontslagen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Vindt u het nodig om tweetalig te zijn? Waarom?

A

Ja zeker, omdat we in een tweetalig land leven: ik moet Nederlands praten met de klanten en de collega’s.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de hoofdtaken van de treinbegeleider?

A

Veiligheid

  • Ik ben verantwoordelijk voor de veiligheid van de reizigers.
  • Op het moment van vertrek moet ik kijken of er niemand tussen de deuren geklemd zit.
  • Op het moment van vertrek kijk ik of er niemand tussen de trein en het perron gevallen is.
  • Ik loop door de trein om mijn aanwezigheid te tonen.
  • Ik kijk of de gehandicapte reiziger hulp nodig heeft.

Stipdheid

  • Ik geef het vertrek van de trein op het voorziene uur.
  • Ik moet de uurregeling respecteren.
  • Ik moet waken over de stiptheid van de trein.

Informatie

  • Ik moet de reizigers onthalen op het perron.
  • Ik moet inlichtingen geven over de uurregeling, de bestemming,….

Controle
* Ik controleer de vervoerbewijzen; ik moet kijken of iedereen in orde is.
* ik verkoop biljetten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke inlichtingen vragen reizigers?

A
  • Ze vragen hoe laat de trein aankomt.
  • Ze vragen inlichtingen over hun aansluiting.
  • Ze stellen vragen over de bestemming van de trein.
  • Ik probeer op hun vragen te antwoorden.
  • Soms kan ik het antwoord vinden op mijn gsm.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe maakt u een trein klaar?

A
  • Ik steek de eindlichten aan.
  • Ik controleer of alle deuren goed werken.
  • Ik loop door de trein en controleer de netheid in alle rijtuigen.
  • Ik kijk of er voldoende toiletpapier is.
  • Ik test de omroepinstallatie en de verlichting.
  • In de zomer controleer ik of de airco werkt en in de winter controleer ik of de verwarming werkt.
  • Ik vul een treinfiche in en geef een duplicaat aan de bestuurder.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe beëindigt u een trein?

A
  • Ik kijk of alle reizigers uitgestapt zijn.
  • Ik kijk of er geen verloren voorwerpen liggen.
  • Ik sluit de vensters, ik doe de verlichting uit en doof de eindseinen.
  • Ik zet de verwarming uit en controleer de netheid van de trein.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hoe geeft u het vertrek van de trein?

A
  • We gebruiken een app voor de vertrekprocedure. De app heet Linda.
  • De app werkt via GPS, met mijn GSM en horloge. Het systeem telt of voor de vertrekprocedure.
  • Mijn horloge trilt wanneer ik de vertrekprocedure mag starten.
  • Ik fluit om de reizigers te verwittigen dat de trein zal vertrekken.
  • Ik kijk of er nog reizigers instappen en sluit alle deuren, behalve mijn deur.
  • Ik stap in de trein en sluit mijn deur.
  • Via Linda bevestig ik dat ik klaar ben.
  • Als de bestuurder het bericht “verrichtingen gedaan” ontvangt, vertrekt hij.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is Linda?

A
  • Linda is de nieuwe vertrekprocedure. Het systeem werkt met GSP.
  • Ik bevestig op mijn gsm wanneer de trein klaar is voor het vertrek. Dat heet “verrichtingen gedaan”.
  • Wanneer de bestuurder “verrichtingen gedaan” ontvangt, vertrekt hij.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is er speciaal aan het vertrek in Brussel-Centraal?

A
  • Het perron ligt in een bocht en dan helpt de onderstationschef de treinbegeleider bij het vertrek.
  • De treinbegeleider staat aan de kant Brussel-zuid.
  • Als alles in orde is, toont de onderstationschef me een gele lamp.
  • Dan start ik de vertrekprocedure.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat moet u doen met gevonden voorwerpen?

A

Als ik een voorwerp vind, moet ik het in het laatste station afgeven aan de onderstationschef of aan de loketbediende.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly