Ergernissen Flashcards
zonder licht rijden
Ik erger mij aan fietsen die zonder licht rijden.
Ik zie een fietser die zonder licht rijden
door het rode licht lopen
Ik erger mij eraan als mensen door het rode licht lopen.
Ik zie een meisje die door het rode licht loopt.
naast elkaar rijden op de weg.
Ik zie fietsers die naast elkaar rijden op de weg.
Ik erger mij blauw aan fietsers die naast elkaar rijden op de weg.
door het rode licht rijden.
Ik erger mij er helemaal niet aan als autobestuurders door het rode licht rijden.
Ik zie een autobestuurder die door het rode licht rijdt.
een blikje op straat gooien.
Ik zie een meisje dat een blikje op straat gooit.
Ik erger mij er blauw aan als iemand zijn afval op straat gooit.
niet stoppen voor het zebrapad
Ik zie een bestuurder die niet stopt voor het zebrapad.
we ergeren ons eraan als bestuurders niet voor het zebrapad stoppen.
op de stoep rijden.
Ik zie een jong die fietst op de stoep.
Ik erger mij aan mensen die op de stoep rijden.
op het fietspad wandelen.
Ik zie een man die op het fietspad wandelt.
Ik erger mij er helemaal niet aan als mensen op het fietspad wandelen.