Seksueel overdraagbare infecties Flashcards

1
Q

STD

A

sexually transmitted diseases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bacteriële SOI

A

Chlamydia
Gonnoroe
Syfillis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Parasitaire SOI

A

Schaamluis (Phthirus pubis)
Schurft
Trichomonas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Virale SOI

A

Hepatitis B
Herpes
Genitale wratten
HIV/AIDS

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Risicogroepen SOI

A
  • Adolescenten en jongvolwassenen (15-24 jaar)
  • Mannen die seks hebben met mannen
  • Sekswerkers
  • (IV) Druggebruikers
  • Meerdere sexpartners/swingers
  • Slachtoffers van verkrachting
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Chlamydia oorzaak

A

Chlamydia trachomatis (intracellulair)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is de trend bij prevalentie van SOI?

A

Prevalentie bij bijna alle SOI stijgt –> minder condoomgebruik
* HIV is behandelbaar, vroeger hadden de risicogroepen meer schrik dus meer condoomgebruik dus minder kans op andere SOI
–> het is behandelbaar geworden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Symptomen chlamydia V

A

(50% GEEN KLACHTEN!)
* Meer of andere vaginale afscheiding
* Tussentijds bloedverlies en veranderd menstruatiepatroon
* Pijn of bloedverlies tijdens of na het vrijen
* (vage) pijn in de onderbuik
* Ontsteking in bekkengebied (PID)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Symptomen chlamydia M

A
  • Doorschijnende tot witachtige afscheiding uit de penis
  • Pijn of branderig gevoel (algiurie, dysurie) tijdens het plassen
    o Chlamydia gaat vooraal zitten in slijmlaag van plasbuis
  • Ongemakkelijk gevoel tijdens de zaadlozing
  • Scrotale pijn
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Symptomen chlamydia oraal/anaal

A

Kan ook in andere seksueel gebruikte lichaamsdelen ook voorkomen
* Oraal
o Infectie in de keelholte
o Amandelontsteking
* Anaal
o Anale slijmafscheiding of bloedverlies
o Pijnlijke ontlasting
o Abnormaal stoelgangpatroon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

LGV

A

Lymphogranuloma venereum
* Ander subtype chlamidia bacterie
* Bij HIV
* Meer frequent bij MSM

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

LGV symptomen

A
  • Initieel: klein ulcus (wonde/zweer) op penis/mondholte/peri-anaal
  • Gevolgd door (1 week-1 maand) lymfadenitis (ontstoken lymfeklieren): griepaal beeld: koorts, hoofdpijn, gewrichtspijn, braakneigingen, spierpijn.
  • Als de plasbuis of de penis besmet is, ontstaat vaak een pijnlijke zwelling van de lymfeklieren in de lies. Als de anus geïnfecteerd is, kan de ontsteking leiden tot pijnlijke zweren in de endeldarm.
    o Jeuk en een slijmerige, soms bloedige afscheiding uit de anus zijn dan het gevolg.
  • Zo grote lymfeklieren dat ze kunnen doorscheuren in huid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Consequenties chlamydia V

A
  • Pelvic Inflammatory Disease (PID): ontsteking van het kleine bekken
  • Vruchtbaarheidsproblemen door verlittekeningen van tuba
  • Buitenbaarmoederlijke zwangerschap
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Consequenties chlamydia M

A
  • Bijbalontsteking: te herkennen aan een hevige pijn in de balzak, die soms uitstraalt naar de lies
  • ontsteking van de prostaat
  • Vruchtbaarheidsproblemen door verlittekeningen van tuba
  • Urethrastrictuur (plasbuisvernauwing)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Diagnose chalmydia

A
  • V: vaginale wisser/urine.
  • M: urinestaal (PCR)
  • Oraal/anaal: wisser
  • Kweek (nodig omdat het intracellulair is) niet meer gebruikt tenzij mensen een antibioticum resistentie hebben en dus kijken welke wel effect heeft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Behandeling chlamydia

A

Korte kuur (vb. eenmalig) antibiotica en partner(s) verwittigen en meebehandelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Bekijk foto’s chlamydia

A

Gedaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Gonorroe

A

= druiper
* Onder mannen wordt in 8 op de 10 gevallen de diagnose gesteld bij mannen die seks hebben met mannen (MSM)
–> voornamelijk jonge homomannen tussen 20 en 35 krijgen het vaakst een gonorroediagnose
* Klinisch hetzelfde als chlamydia enkel kleur van etter is een beetje anders
–> zelfde behandeling, zelfde symptomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Oorzaak gonorroe

A

Neisseria gonorrhoeae

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Symptomen gonorroe V

A

vaak GEEN klachten!
* Vaginale afscheiding met etterig groen vocht
* Bloedverlies na penetratie
* Pijn tijdens het vrijen
* Veranderd menstruatiepatroon of tussentijds bloedverlies
* Pijnlijke stoelgang of een gewijzigd stoelgangpatroon na anale seks
* Amandelonsteking na orale seks

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Symptomen gonorroe M

A
  • Overvloedige, geelgroene afscheiding uit de penis (‘druiper’)
  • Hevige pijn tijdens het plassen
  • Bloedverlies uit de penis
  • Pijnlijke stoelgang of een gewijzigd stoelgangpatroon na anale seks
  • Amandelonsteking na orale seks
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Consequenties gonorroe V

A
  • Vruchtbaarheidsproblemen
  • Ontsteking van de baarmoeder of verkleving van de eileiders (PID)
  • Buitenbaarmoederlijke zwangerschap
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Consequenties gonorroe M

A

ontsteking van de prostaat, bijbal of testis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Diagnose gonorroe

A

M: urinetest, V: urinetest/wisser.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Behandeling gonorroe

A
  • Antibiotica IM (ceftriaxone)
    o IM – intramusculaire anticbiotica die breder denkt omdat bij gonorroe meer antibioticum resistentie
    o Je wilt niet iedereen dit breder spectrum van antibiotica geven want dat zorgt voor resistentie
  • PO (Azitromycine) = orale antibiotica
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Bekijk foto’s gonorroe

A

Gedaan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Syfillis oorzaak

A

Treponema pallidum (spirocheet)
–> spirocheet – spiraalvormige bacterie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Trifasisch verloop syfilis

A

Fase 1: 3-90 dagen na blootstelling; zweer
Fase 2: 4-10 weken na infectie; lichaamsuitslag
Fase 3: 3-15 jaar na infectie; invloed op interne organen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Fase 1 syfilis

A
  • Het eerste symptoom van syfilis is een pijnloze zweer (ulcus durum, harde sjanker) die ontstaat op de plaats waar de besmetting is gebeurd (geslachtsorganen, anus of mond).
  • Ze verschijnt gemiddeld drie weken na de besmetting.
  • Deze zweer blijft ongeveer vier weken staan.
  • Ook zonder behandeling verdwijnt ze vanzelf.
  • Wordt vaak niet erkend omdat het maar een wondje is
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Fase 2 syfilis

A
  • Bacterie komt in de bloedbaan terecht
    o Meer generaliseerde infectie
  • Gebeurt zeven tot tien weken na de besmetting
  • Leidt dat tot koorts, hoofdpijn, botpijn, ontsteking van de lymfeklieren of zelfs haaruitval.
  • Kenmerkend voor deze fase is een roze huiduitslag op de romp, voetzolen of handpalmen.
  • Ook deze symptomen verdwijnen zonder behandeling.
31
Q

Waarom klaren fases op bij syfilis

A

Fases klaren op omdat het immuunsysteem vecht tegen bacterie maar komt na een periode terug op

32
Q

Fase 3 syfilis

A
  • Jaren later komt de laatste fase, waarbij het hart, het ruggenmerg, de botten of de hersenen zijn aangetast
  • Fase komt in België echter zeer weinig voor
    o Meestal wordt syfilis ontdekt voor de infectie tot in dit stadium kan geraken
  • Neurosyfillis
    o Een van de tekenen was het verlies van de neus
    o Zien dit niet meer sinds de uitvinding van peneciline
33
Q

Diagnose syfilis

A

Bloedname op basis van symptomen

34
Q

Behandeling syfilis

A

penicilline IM (eenvoudig te behandelen in fase 1-2)
= antibioticum tegen bacteriële infecties

35
Q

Bekijk foto’s syfilis

A

Gedaan

36
Q

Schaamluis

A

Phthirus pubis
* De luizen zijn zichtbaar als kleine beestjes (‘krabbetjes’) op de haren rondom de geslachtsdelen en anus.
* Het begint met rode stippen (kleine bloedingen) op de plaatsen waar de luis heeft gebeten
o Rode of bruine vlekjes in het ondergoed zijn de ontlasting van de luizen
* Schaamluizen voeden zich door bloed op te zuigen en dat zorgt voor erge jeuk, vooral ’s nachts
o Leidt tot irritaties, roodheid en een kleine zwelling van de huid
o Op termijn huidletsels en eczeem ontstaan
* De schaamluizen zuigen zich vol bloed en leggen lichtbruine eitjes (neten)
o Zichtbare puntjes zijn vastgeklit aan de haren en komen na ongeveer één week uit

37
Q

Schaamluis behandeling

A

malathion en permetrine, heet wassen
steeds minder schaamluizen omdat mensen zich scheren

38
Q

Trichomonas

A

Trichomonas vaginalis
Zelfde klachten als chlamydia en gonnoroe

39
Q

Symptomen Trichomonas V

A
  • Groengele, schuimige, slecht ruikende vaginale afscheiding
  • Irritatie van de huid rond de vagina
  • Een vage pijn in de onderbuik
  • Pijn bij het plassen
  • Pijn tijdens of na het vrijen
40
Q

Symptomen Trichomonas M

A
  • Afscheiding uit de urinebuis
  • Ontstoken eikel
  • Pijn bij het plassen
  • Pijn tijdens of na het vrijen
41
Q

Diagnose Trichomonas

A

Staaltje/uitstrijkje van afscheiding

42
Q

Behandeling Trichomonas

A

Metronidazole (antibiotica) eenmalig

43
Q

Waarop hebben de virale SOI’s effect?

A

Hepatitis B: lever
Herpes: neuronen
HPV: huid

44
Q

Symptomen Hepatitis B

A
  • Moeheid, ‘griep’, slechte eetlust, misselijkheid (soms met braken), buikklachten, soms koorts en soms gewrichtsklachten
    –> algemeen ziektebeeld
  • Daarna meer typische klachten: geelzucht, donkere urine of bleke stoelgang (aantasting van lever, ..bine wordt niet meer afgescheiden)
  • Ook gewrichtsklachten en jeukende huiduitslag
  • Ontstaan 2-3 maanden na besmetting en enkele weken-6 maanden duu
45
Q

Behandeling Hepatitis B

A
  • 90 procent van de besmettingen geneest spontaan.
  • 10 procent levenslang drager van het virus (chronische infectie).
  • Op langere termijn kan chronische hepatitis B leiden tot levercirrose of leverkanker

Vaccinatie
* Vaccinatie is aangeraden voor mensen met wisselende seksuele contacten/risicogroepen.
o Vaccinatie is momenteel opgenomen in het basisvaccinatieschema in Vlaanderen.
* Het hepatitis B-virus zit in alle lichaamsvloeistoffen –> contact met bloed, sperma en speeksel.
* Tevens professionals die beroepshalve vaak in contact komen met mensen met hepatitis B.
vb. zorgberoepen

46
Q

Verschillende types herpes

A

Herpes genitalis = herpes simplex type 2
–> type 1 is koorsblaasjes

47
Q

Diagnose herpes

A
  • Kleine, pijnlijke blaasjes of zweertjes op of in de aars, vagina, penis of in de bilstreek
  • Algiurie
  • Vrij besmettelijk
48
Q

Verloop herpes

A
  • Prikkelend en tintelend gevoel > huid wordt roder > blaasje ontstaat > springt open en laat een zweertje achter > korstje ontstaat > korstje valt af en genezing van de huid volgt
    o Tintelend gevoel omdat het in je zenuwcellen woont
  • HSV nestelt zich in zenuwcellen die de huid bezenuwen en kan aanleiding geven tot nieuwe klachten bij stress, vermoeidheid
49
Q

HPV

A

Genitale wratten
Humaan papilloma virus
Verschillende types, meer dan de 40 types
HPV nestelt zich in huidcellen
Afhankelijke van type, heb je hoger risico op het ontwikkelijken van cervical kanker
Ook zelfbesmetting

50
Q

Effect van verschillende types HPV

A

Types 6 en 11: oorzaak van 90% van de genitale wratten casussen
Types 16 en 18: oorzaak van 70% van de cervicale kanker, 40%-50% van de vulvaire kanker en 7-% van de vaginale kanker casussen

51
Q

Behandeling HPV

A
  • Imiquimod creme
  • Lasering
  • Cryotherapie
  • Vaccinatie?
52
Q

Vaccinatie HPV

A

Vaccinatie is vooral gericht op het voorkomen van kankers
–> Cervix, penis, anus, keel, vulva kanker + wratten
Vlaanderen: 90% HPV vaccinatiegraad meisjes (via CLB, 9- valent vaccin, 2x). Sinds 2018 eveneens inenting van jongens

53
Q

Bekijk foto’s p102 (carcinogenese)

A

Gedaan

54
Q

Welk effect zien we van HPV vaccinatie

A

Foto p102
Vacciatie heeft een effect maar zien het effect nu pas bij cervix kanker bij de rest van de kankers zien we nog geen daling (zelfs een beetje een stijging)
Effecten van vaccinatie op de andere kankers gaan ze pas zien binnen 20 jaren ongeveer

55
Q

HIV/AIDS

A

Human immunodeficiency virus
* “Gay compromise syndrome”
* Origin: Kinshasha 1920’s, HIV-1 Haiti 1960’s, NOT San Francisco/NYC 1980’s
* 4H club
Belgë heeft een relatief hoog HIV test-cijfer /1000 mensen bevolking.

56
Q

Bekijk foto’s p102 (epidemologie)

A

Gedaan

57
Q

4H club

A

Homosexuals, Haitians, Heroin users, Haemophiliacs
o Haemophiliacs – bloedziekte, dus nood aan bloedtransfusie
–> als je nog niet weet dat het bestaat en je geeft mensen bloedtransfusie worden ze zo besmet

58
Q

Verloop besmetting HIV

A
  • Besmetting: anaal > vaginaal > oraal
    o Contact met bloed, sperma en voorvocht, vaginaal vocht, etter en moedermelk; moeder-kind infectie.
  • Het HIV-virus valt het immuunsysteem aan.
  • Het virus vermenigvuldigt zich in CD4-cellen (witte bloedcellen)
    o CD4-cellen belangrijk voor het weren tegen infecties
  • Aantal witte bloedcellen daalt en “viral load” stijgt
59
Q

oorzaak AIDS

A

Bij onbehandelde infectie: AIDS: falen van het immuunsysteem.

60
Q

Behandeling HIV

A
  • Bij vroegtijdige ontdekking: tegenwoordig goed behandelbaar.
  • Combinatietherapie van 3 HIV-remmers
    o CD 4 cellen op peil houden (imuunsysteem intact houden)
    o Viral load laag houden (meestal zelfs ondetecteerbaar) waardoor besmettingskans nihil wordt
61
Q

Fases HIV

A

Fase 1: HIV primo-infectie
Fase 2a: asymptomatisch
Fase 2b: mild symptomatisch
Fase 3: AIDS

62
Q

Fase 1 HIV

A

HIV primo-infectie
* Vage, griep-achtige symptomen: individuele variatie
o Algemene afwering tegen infecties –> algemeen ziektebeeld
* Koorts, huiduitslag, gezwollen lymfeklieren (in hals of lies), nachtelijk zweten, gebrek aan eetlust, gewichtsverlies, vermoeidheid, diarree, misselijkheid
* Viral load zeer hoog, tot voldoende antistoffen ontwikkeld, dan gaat viral load omlaag > fase 2

63
Q

Fase 2a HIV

A

asymptomatisch
* Lage virale load, doch HIV virus actief en vermenigvuldigend
* Zonder HIV-remmers kan deze fase soms > 10 jaar duren
o De patiënt is besmettelijk en heeft geen symptomen

64
Q

Fase 2b HIV

A

mild symptomatisch
* Symptomen van de primo-infectie kunnen terugkeren en langer aanhouden.
o Beginnende klachten van verminderde afweer, zoals schimmelinfecties.
* De virale lading stijgt en de afweer vermindert geleidelijk

65
Q

Fase 3 HIV

A

AIDS
* Depletie van CD4-cellen, zeer hoge viral load (zeer besmettelijk)
* Opportunistische infecties + kankers (Kaposi sarcoma)
o Opportunistische infecties – krijg je enkel wanneer je immunsysteem niet normaal werkt
* Sterfte (3 jaar)

66
Q

Bekijk foto’s HIV

A

Gedaan

67
Q

HIV diagnose

A
  • Klassieke aids-test
  • Nieuwere antigen-test (sneltest)
  • Speekseltest
68
Q

Klassieke aids-test

A

Spoort in bloed antistoffen tegen het HIV-virus op: 6 weken latentietijd (lichaam dient voldoende antistoffen op te bouwen)

69
Q

Nieuwere antigen-test (sneltest) HIV

A

Kan worden afgenomen vanaf tien dagen-4 weken na het risico
Echter: uitslag is alleen zeker in geval van een positief resultaat. Bij negatieve uitslag toch nog 6 weken wachten en klassieke aids-test doen.
o Antigenen zijn proteinen die op het virus zitten

70
Q

Speekseltest HIV

A

je speeksel wordt getest in plaats van je bloed
o Een speekseltest is pas betrouwbaar drie maanden na het risico.
o Speekseltesten zijn te koop via internet
o De kostprijs van een hiv-speekseltest kan oplopen tot 50 euro

71
Q

Preventie HIV

A

PEP
PrEP
PEP is rescue, PrEP is prevention

72
Q

PEP

A

Post-exposure profylaxis: 4 weken HIV-remmers
* Onbeschermde seks met iemand die zijn/haar hiv-status niet kent
* Onbeschermde seks met iemand die hiv-positief en niet ondetecteerbaar (viral load) is
* Gedeeld gebruik van injectienaalden
* Een prik- of snijaccident
* PEP cocktail net na je een hoog risico contact hebt gehad

73
Q

PrEP

A

Pre-exposure profylaxis
* Preventief nemen van HIV-remmers in zeer hoog risico groepen bvb MSM zonder condoomgebruik.
* PrEP op regelmatige basis
–> mag condoom niet vervangen
* PrEP wordt gegven in referentie-centra mits 3-maandelijks opvolging + SOA screening