MRI Flashcards
Wat zijn 6 indicaties voor een MRI?
- aanwezigheid of typering vocht in knie
- peesletsels
- peesontstekingen
- kraakbeenpathologie
- bot- of weke delen tumoren
- occulte fracturen
Met welke 6 dingen houdt je rekening als je een type beeldvorming kiest?
- accuratesse
- beschikbaarheid
- tijdsduur
- alternatieve mogelijkheden
- belasting voor de pt
- kosten
Wat is de basis van een MRI?
- protonen zijn gevoelig voor externe magnetische velden <– een MRI is een enorme magneet <– alle protonen zullen zich parallel rangschikken aan dit externe magnetische veld
Hoe noem je de richting van het magnetische veld in de MRI?
Z-as of B0 = longitudinale richting van magnetisatie
Wat is de netto magnetisatie?
De netto som van alle vectoren. Dus de richting van het magnetische veld + de draaiing van protonen om hun eigen as
Wat is de netto magnetisatie in het transversale vlak (x- en y-as)?
0, omdat protonen in verschillende fases ronddraaien en hun as dus netto niet 1 richting op draaien
Wat is de netto magnetisatie in het longitudinale vla (Z-as)?
1 richting = B0, netto magnetisatie magneet
Waar zorgt een radiofrequentie golf voor bij een MRI? en hoe noem je dit proces?
Dat protonen (door resonantie) allemaal in dezelfde fases ronddraaien
Excitatie
Wat gebeurt er bij excitatie?
De netto magnetisatie verandert van longitudinaal naar transversaal (y-as) –> beeld
Wat gebeurt er bij relaxatie?
protonen zullen terug naar longitudinale as gaan en zullen niet meer in fase draaien
Wat is T1 relaxatie?
longitudinale relaxatie, terug naar Z as
Wat is T2 relaxatie?
transversale relaxatie,
Wat is T1-relaxatie tijd?
De tijd die het duurt voor 63% van de oorspronkelijke longitudinale magnetisatie weer is bereikt
Wat voor beeld geeft een korte relaxatie tijd?
een witter beeld
Waar herken je een T1 opname aan?
vet = wit, liquor/vocht = donkergrijs