Motivatie en emotie intro

Question 1

Explanandum

Answer 1

= te verklaren fenomeen

Question 2

Explanans

Answer 2

= verklarend feit

Question 3

Werkdefinitie

Answer 3

= descriptieve definitie
=> beschrijving van de manier waarop leken in het dagelijks leven een term gebruiken

Question 4

Wetenschappelijke definitie

Answer 4

= prescriptieve definitie
=> definitie waarin wetenschappers voorschrijven hoe een term gebruikt zou moeten worden binnen de wetenschap

Question 5

Intensionele definitie

Answer 5

stelt wat de noodzakelijke en voldoende condities zijn waaraan een exemplaar moet beantwoorden om tot een set te behoren. Dit kan één conditie zijn die zowel noodzakelijk als voldoende is of een aantal noodzakelijke condities die samen voldoende zijn.

Question 6

Extensionele definitie

Answer 6

somt alle exemplaren op die in de set zitten

Question 7

Diviso-definitie

Answer 7

somt geen exemplaren op maar wel de subsets binnen een set
=> extensionele def

Question 8

Structurele verklaring

Answer 8

Stelt wat de componenten van een fenomeen zijn en wat de relatie is tussen de componenten.

Question 9

Causale verklaring

Answer 9

Stelt wat de oorzaal van een fenomeen is en die oorzaak is gesitueerd op hetzelfde level van analyse als het fenomeen zelf

Question 10

Observeerbaar level

Answer 10

=> processen worden beschreven van hun input, hun output en de relatie tussen input en output

Question 11

Mentaal level

Answer 11

Proces wordt ontleed in subprocessen of kleinere black boxen. => niet direct observeerbaar

Question 12

Hersenlevel

Answer 12

black boxen worden gematerialiseerd in hersenprocessen