Maatschappelijke problemen Flashcards

1
Q

la criminalité

A

de criminaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

l’attentat

A

de aanslag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

un crime, un délit

A

een misdaad

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

le délit

A

het misdrijf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

un criminel

A

een misdadiger

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

un criminel

A

een crimineel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

le meurtrier / un tueur en série

A

de moordenaar / een massamoordenaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

le meurtre

A

de moord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

un comportement criminel / agressif / violent

A

crimineel / agressief / gewelddadig gedrag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

une fusillade

A

een schietpartij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

un gangster

A

een gangster

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

vol

A

diefstal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

un voleur

A

een dief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

un cambrioleur

A

een inbreker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

le cambriolage

A

de inbraak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

abattre / tuer des gens

A

mensen neerslaan / neerschieten / doodschieten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

une arme / un fusil

A

een wapen / een geweer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

une attaque armée

A

een gewapende overval

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

un tireur fou

A

een dolle schutter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

une bagarre / une rixe / une fusillade

A

een vechtpartij / steekpartij / schietpartij

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

une société violente

A

een gewelddadige samenleving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

la violence

A

het geweld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

la violence gratuite

A

zinloos geweld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

le sentiment d’insécurité

A

het onveiligheidgevoel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
je ne me sens pas en sécurité dans les rues
ik voel me onveilig in de straten
26
menacer quelqu'un d'une arme
iemand met een wapen bedreigen
27
être menacé d'un couteau
bedreigd worden met een mes
28
tuer quelqu'un
iemand doodschieten
29
des coups et blessures
slagen en verwondingen
30
l'agressivité
agressiviteit
31
le vandalisme
vandalisme
32
un méfait, un crime, un délit
een wandaad
33
se comporter de façon agressive
zich agressief gedragen
34
il a été attaqué
hij werd aangevallen
35
être la victime de violence
het slachtoffer zijn van geweld
36
assassiner quelqu'un
iemand vermoorden
37
l'arrogance
arrogantie
38
la société tourne mal
de maatschappij draait vierkant
39
tout foire dans notre société
alles loopt mis in onze maatschappij
40
purger une peine
een straf uitzitten
41
être puni
gestraft worden
42
la justice
het gerecht
43
placer des caméras de surveillance
veiligheidscamera's plaatsen
44
les malfaiteurs ont été arrêtés
de daders werden opgepakt / aangehouden
45
la peine de mort / une lourde peine / une peine légère
de doodstraf / een zware straf / een lichte straf
46
le problème de la drogue
het drugsprobleem
47
un toxicomane
een drugsverslaafde
48
un dealer / vendre de la drogue
een dealer / drugs verkopen
49
prendre de la drogue
met drugs experimenteren
50
l'abus de la drogue
het drugsmisbruik
51
la politique en matière de drogue
het drugsbeleid
52
la consommation de drogue
de drugsconsumptie
53
être accro à la drogue
verslaafd aan drugs
54
prendre de la drogue
aan drugs zitten
55
le commerce de la drogue
de drugshandel
56
avoir des dettes
schulden hebben
57
vivre à crédit
op krediet leven
58
être sur le CPAS
naar het OCMW moeten
59
un mauvais payeur
een wanbetaler
60
vivre du minimum vital
van het minimumloon leven
61
mendier
bedelen
62
être très pauvre
kansarm zijn
63
être sans abri
dakloos zijn
64
le viol
verkrachting
65
la maltraitance
mishandeling
66
l'impolitesse / être impoli
onbeleefdheid / onbeleefd zijn
67
le manque de politesse
gebrek aan beleefdheid
68
l'insulte
belediging
69
importuner quelqu'un
iemand lastigvallen
70
les insultes
scheldwoorden
71
la pauvreté
de armoede
72
pas de courtoisie
geen hoffelijkheid
73
la détérioration du voisinage
verloedering van de buurt
74
le vandalisme
vandalisme
75
le tapage nocturne
geluidsoverlast / nachtlawaai
76
la discrimination
discriminatie
77
les propos racistes
racistische praat
78
l'individualisme / être centré sur soi-même
individualisme / op zichzelf gefocust zijn
79
son propre intérêt
zin eigenbelang
80
le fait d'être aigri
verzuring
81
l'indifférence
onverschilligheid
82
violer la loi
de wet overtreden
83
passer devant le juge de paix
naar de vrederechter stappen
84
porter plainte
klacht indienen
85
comparaître au tribunal
voor de rechtbank verschijnen
86
l'environnement
milieu
87
la grève
staking
88
la magouille
het gesjoemel
89
tricher
zeuren
90
la corruption
corruptie
91
blanchiment d'argent
geld witwassen
92
le chômage
werkloosheid
93
être sans travail
zonder werk zitten
94
le demander d'emploi
werkzoekende
95
le chômeur de longue durée
de langdurige werkloze
96
être licencié
afgedankt worden
97
perdre son travail
zijn werk verliezen
98
taquiner quelqu'un
iemand pesten
99
la brimade, la taquinerie
pesterij
100
le suicide
zelfdoding
101
se suicider
zelfmoord plegen
102
la dépression
de depressie
103
le carjacking
carjacking
104
la misère
ellende
105
l'isolement social
sociaal isolement
106
la solitude
de eenzaamheid
107
les changements climatiques
klimaatverandering
108
la pollution de l'air / du sol / de l'eau
luchtvervuiling / bodemvervuiling / watervervuiling
109
une menace pour la qualité de la vie
een bedreiging voor de levenskwaliteit
110
l'environnement est perturbé
het milieu is verstoord
111
la mafia
de maffia
112
la fraude
fraude