Luisteren, Samenvatten, Doorvragen (PWvPW) Flashcards

1
Q

wat is actief luisteren?

A

met volle aandacht zoeken naar de behoeften en emotie achter de boodschap van de ander

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

hoe laat je zien dat je actief luistert?

A

door in je eigen woorden jouw interpretatie van de boodschap te herhalen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

wat zijn kenmerken van actief luisteren?

A
  • oogcontact
  • rustig en ontspannen zitten
  • knikken en instemmende geluiden
  • lichaamstaal en gezichtsuitdrukking laten zien dat je geïnteresseerd bent
  • doelgerichte vragen, stiltes laten vallen
  • herhalen en samenvatten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat is het nut van actief luisteren?

A
  • spreker voelt zich serieus genomen
  • je achterhaalt achterliggende gevoelens
  • krijgt feitelijke informatie op een rij
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

wat heb je nodig voor actief luisteren?

A

concentratie en zelfbewustzijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn de valkuilen die ervoor zorgen dat je niet actief luistert?

A
  • waarschuwen, dreigen
  • vermanen, preken
  • adviseren, suggesties doen
  • oordelen, bekritiseren, beschuldigen
  • prijzen, ermee eens zijn
  • interpreteren, analyseren, diagnose stellen
  • geruststellen, troosten
  • uit de weg gaan, afleiden, over iets anders praten
  • bevelen, dirigeren, commanderen
  • de les lezen, beleren, argumenten aanvoeren
  • schelden, belachelijk maken
  • doorvragen, ondervragen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welke drie vaardigheden zijn belangrijk bij actief luisteren? (LSD)

A

luisteren
samenvatten
doorvragen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

wat is selectief luisteren?

A

dat je filtert en de kern uit het gesprek haalt, niet alle woorden en zijpaden zijn belangrijk

dit is nodig voor samenvatten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

wat is samenvatten?

A

het verhaal van de ander kort en helder, in je eigen woorden, herhalen en controleren of het klopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke functies heeft samenvatten?

A
  • checken of je de ander goed begrijpt
  • helpen de rode draad vast te houden
  • ander geruststellen
  • brug bouwen naar volgend onderwerp
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

wat is doorvragen?

A

de communicatie komt niet van één kant, je bent betrokken en laat zien dat je actief luistert.

  • vage uitspraken verhelderen
  • onjuiste aannames in beeld krijgen
  • algemene of generaliserende uitspraken concreet maken
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

wat is parafraseren?

A

herformuleren

een kort stukje van iemands verhaal herhalen in je eigen woorden (één zin!)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

wat zijn de functies van parafraseren?

A
  • controleren of je het hebt begrepen
  • aanmoediging aan de ander om door te praten
  • onderwerp van het gesprek wordt er helder door
  • je kunt ergens dieper op ingaan
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke soorten vragen zijn er?

A
  • open
  • gesloten
  • keuze
  • reflecterende
  • confronterende
  • dubbele
  • suggestieve
  • waarom
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

wat is een open vraag?

A

vraag waarop meerdere antwoorden mogelijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

wat is een gesloten vraag?

A

vraag waarop maar één antwoord mogelijk is

17
Q

wat is een keuzevraag?

A

laat de ander kiezen uit twee of meer alternatieven

18
Q

wat is een reflecterende vraag?

A

laat de ander over zijn eigen situatie, gevoel of rol nadenken (altijd open)

19
Q

wat is een confronterende vraag?

A

een vraag waarin de verteller attent wordt gemaakt op een tegenstrijdigheid in zijn verhaal of houding

20
Q

wat is een dubbele vraag?

A

combinatie van twee of meer vragen

21
Q

wat is een suggestieve vraag?

A

sturen naar een gewenst antwoord

22
Q

wat is de waarom vraag?

A
  • vraagt naar een reden

- vaak lastig te beantwoorden en roept weerstand op

23
Q

welke vier luistertypen zijn er?

A
  • mensgericht
  • handelingsgericht
  • inhoudsgericht
  • tijdgericht
24
Q

wat is een mensgerichte luisteraar?

A

vooral geïnteresseerd in de gevoelens van de ander

25
Q

wat zijn de voor- en nadelen van mensgerichte luisteraars?

A

Voordelen:
- opbouwen relatie, want je bent gevoelig voor de stemming van anderen

Nadelen:

  • te sterk betrokken raken bij de gevoelens van anderen
  • moeite met uiten van kritiek
  • jouw vragen kunnen opdringerig lijken
26
Q

Wat is een handelingsgerichte luisteraar?

A

stelt zich in het gesprek doel- en taakgericht op

27
Q

wat zijn voor- en nadelen van een handelingsgerichte luisteraar?

A

Voordelen:

  • duidelijke structuur in gesprek
  • komt snel tot de kern van de zaak

Nadeel:

  • ongeduld kan de sfeer negatief beïnvloeden
  • loopt soms op de zaken vooruit en trekt te snel conclusies
  • moeite met een langdradige verteller
28
Q

wat is een inhoudsgerichte luiteraar?

A

luistert graag naar details en gaat dieper op zaken in

29
Q

wat zijn voor- en nadelen van een inhoudsgerichte luisteraar?

A

Voordelen:
- pikt zorgvuldig op wat er gezegd wordt

Nadelen:

  • te sterk gericht op details, ander krijgt het gevoel ondervraagd te worden
  • duurt lang voor je beslissingen durft te nemen
30
Q

wat is een tijdgerichte luisteraar?

A

iemand die geen tijd wil verliezen aan onbelangrijke zaken

31
Q

wat zijn voor- en nadelen van een tijdgerichte luisteraar?

A

Voordelen:
- er wordt geen tijd verspilt

Nadelen:

  • de ander voelt zich opgejaagd
  • je valt hem in de rede en beperkt zijn vrijheid te vertellen zoals hij dat wil
32
Q

Wat is het WIER-luistermodel?

A

waarnemen
interpreteren
evalueren
reageren

hiermee krijg je inzicht in luistergedrag.