Luchtweginfecties Flashcards
3 luchtweginfecties onderste luchtwegen (longen)
Griep (influenza A, zoönose)
Tuberculose, Mycobacterium tuberculosis
Q-koorts, Coxiella burnetii (zoönose)
Influenza A (zoönose) 4 kenmerken
- Veroorzaker humane griep, vogelgriep, varkensgriep
- Natuurlijke gastheer (watervogels)
- Verschillende subtypes, meerdere soorten gastheren infecteren
- Kippen, eenden, wilde vogels, varkens, mensen
Influenza B (geen zoönose) 2 kenmerken
Infecteert alleen de mens
Alleen milde griepsymptomen bij de mens
Influenza C (zoönose) 3 kenmerken
Infecteert mensen en varkens
Veroorzaakt verkoudheid met name bij kinderen
Komt bijna niet voor
Influenza D - 1 kenmerk
Infecteert varkens en vee, geen mensen
Influenza A (4 kenmerken virus)
-ss RNA (8 segmenten)
Envelop
Helicaal
Zoönose
2 soorten moleculen op influenza A, belangrijk voor replicatiecyclus
Hemagglutinin
Neuraminidase
Transmissieroutes influenza A
Mens-mens (humane): druppeltjes (hoesten, niezen), slijm, snot, besmette oppervlakten (handen schudden)
Dier-mens (aviaire): intensief contact (mest, inademen stof)
Overdraagbaarheid/risicogroepen normale griep (influenza A Hx/Nx) (3)
Weinig pathogeen voor gezonde mens
Wel overdraagbaar van mens op mens
Risicogroepen hele jonge kinderen en ouderen
Overdraagbaarheid/risicogroepen vogelgriep (aviaire influenza A H5/N1) (3)
Zeer pathogeen voor mens
NIET overdraagbaar van mens op mens (geen pandemie)
Risicogroep mensen in nauw contact met pluimvee
2 belangrijke observaties uitbraak Mexicaanse griep
Reservoir = varken
Risicogroep = jongvolwassenen
Varken (reservoir) kan worden geïnfecteerd door … en …
Zowel humane influenza A als zeer virulente aviaire influenza A
Antigene shift =
Recombinatie van H of N antigenen tussen verschillende subtypen in één gastheer. Daardoor ontstaan een nieuw subtype: mens op mens overdraagbaar, zeer virulent, dodelijke pandemie
Influenza A preventie (5)
Hoesten en niezen in zakdoek
Handen wassen
Thuis blijven
Rust nemen
Risicogroepen vaccineren: astma, diabetes, hartklachten, mensen in zorg, 60+ mensen
Waarom veel influenza mutanten?
-ss RNA-virus, geen proofreading RNA-polymerase dus veel fouten in kopieën, dus hoge frequentie nieuwe mutanten
Antigene drift =
Door natuurlijke mutatie in H en N antigenen wijzigt de samenstelling
Wat maakt dat aviaire influenza zo ziekmakend is?
Zit laag in bronchiën, humane zit veel hoger. Net zoals corona zit het lager en daardoor schadelijker - exacte mechanisme onbekend
Veranderingen in neuramidase (vrijlating virus van gastheercel voor verdere infectie) en hemagglutinin (aanhechtingsreceptor) - proces en resultaat
- Random proces via homologe combinatie
- Kan resulteren in zodanige veranderingen van neuramidase/hemagglutinin dat ze niet goed meer worden herkend door immuunsysteem
- Ontstaan virulent type
M. tuberculosis (6 kenmerken)
Gram+ zuurvaste mycobacterie
Obligaat aëroob
Staafvormig
Celwand wasachtig (mycolinezuur)
Facultatief intracellulair (macrofagen)
Zeer langzame deling (15-20 uur)
M. tuberculosis prevalentie + probleem
Re-emerging probleem want resistentie
1/3 is ermee geïnfecteerd geweest
1/10 van latent geïnfecteerden ontwikkelt actieve infectie
M. tuberculosis infectieverloop
Blijft latent aanwezig, actieve of latente infectie is afhankelijk van infectiedosis bacteriën en sterke immuunrespons
Immuunreactie bij M. tuberculosis is granuloomvorming. 3 cellen die ze aantrekken + 4 voordelen
Aantrekken van Th-cellen, B-cellen en macrofagen
Afgesloten omgeving: inkapselen M. t. om verdere verspreiding te voorkomen
Afgesloten omgeving: immuuncellen doden bacteriën
Geen verspreiding ontstekingsreactie door hele long
Voorkomt verspreiding van bacterie naar andere organen
Primaire Tb, eerste infectie:
Secundaire Tb:
Primaire infectie: T-cel respons en lage infectiegraad
Secundaire infectie: T-cel respons en hoge infectiegraad
MDR-TB is resistent tegen (2)
Isoniazid
Rifampicin
XDR-TB (extensively drug resistent) resistent tegen (1)
Beste tweedelijns drugs
Diagnostiek - bacteriologie (2)
Kweek
Direct microscopisch (Ziehl-Neelsen training)
Diagnostiek - Mantoux test (4)
Tuberculose skin test (TST)
Aanwezigheid antilichamen
Maar lage specificiteit, geen onderscheid (individuen blootgesteld aan non-tuberculose mycobacteriën, BCG-vaccinatie)
Lage sensitiviteit
Diagnostiek - röntgenfoto (1)
Specifiek in combinatie met symptomen
Diagnostiek M. tuberculosis - … + IGRA (2)
PCR
Interferon gamma release assay (GRA)
Detecteren van latente infecties
Q-koorts veroorzaakt door Coxiella burnetii (7 kenmerken)
Probleem in Nederland
Sinds 2007 uitbraken
Endosporen
Gram- (LPS)
Intracellulair
Staafvormig
Zoönose
Risicogroepen Q-koorts C. burnetii
Personen met veel diercontact
Transmissieroutes C. burnetii
Aerogeen
Hoogste uitscheiding tijdens geboorte/abortus
Contact transmissie: vacht, droplets
Vehicle transmissie: stof
C. burnetii pathogenese (4)
- Aangeboren immuunsysteem - vermijden van fagocytose
- Kan repliceren in fagolysosoom macrofagen
- Adaptieve immuunsysteem Th1
- Granuloomvorming
C. burnetii klinische presentatie
In principe zelflimiterend (60% asymptomatisch, 40% symptomen griepachtig, endocarditis)
1-3% latente infectie, reactivatie mogelijk (endocarditis en chronische vermoeidheid met arbeidsongeschiktheid tot gevolg, 1% sterfgevallen)
Incubatietijd (2 weken tot 1 maand, na 2 weken genezen)
Endocarditis =
Ontsteking van binnenbekleding van hart en hartkleppen
Waarom Q-koorts (…) sinds 2007 probleem in Nederland (seizoensgebonden uitbraken)?
Nieuwe vorm van Coxiella burnetii? NEE
Mens-mens tranmissie? NEE
Andere omgevingsomstandigheden? NEE
Andere veehouderij sinds 2007? JA intensivering geitenhouderijen
Verwaaiing bacteriën en endosporen over langere afstand