Lesson 61 Flashcards
Wij wonen in een FIJNE buurt.
We live in a FINE neighbourhood.
Rond de HUIZEN is voldoende ruimte.
Around the HOUSES is enough space.
De kinderen kunnen er heerlijk spelen.
The children can there wonderful play.
VLAKBIJ ons huis is een park met BOMEN en PLANTEN.
NEARBY our house is a park with TREES and PLANTS.
Er is ook een BREED GRASVELD, fijn voor VOETBALLERS.
There is also a WIDE GRASS FIELD, nice for FOOTBALL PLAYERS.
Wat niet prettig is: Er LOPEN ook honden.
What not pleasant is: There WALK also dogs.
Je SNAPT wat dat betekend.
You UNDERSTAND what that means.
In onze buurt wonen mensen uit allerlei culturen.
In our neigbourhood live people from all kinds of cultures.
Natuurlijk is er ook een school.
naturally is there also a school.
Daar ontmoeten ouders elkaar als ze de kinderen halen of brengen.
There meet parents each other when they the children get or bring.
Soms zijn er wat PROBLEMEN.
Sometimes are there what PROBLEMS.
RECHT TEGENOVER ons wonen STUDENTEN.
RIGHT ACROSS us live STUDENTS.
OVERDAG slapen ze of ze STUDEREN.
DURING THE DAY sleep they or they STUDY.
S’nachts is er WEL EENS feest.
At night is there SOMETIMES party.
Ze maken dan veel lawaai:
They make than much noice.