K. Goed geneesmiddelen gebruik Flashcards
goed geneesmiddelen gebruik is gebaseerd op
doelmatig voorschrijven en kostenbewust handelen
WHO stappenplan voorschrijven medicatie
1: probleemstelling
2: behandeldoel
3: behandelopties
4: controleer of keuze geschikt is voor specifieke patient
5: recept en patienten informatie
6: follow up
belangrijke factor succes behandeling
therapietrouwheid patient
bevorderen therapietrouwheid door
heldere instructies met betrekking tot inname en gebruik medicatie
te verwachten effecten en bijwerkingen uitleggen
WHO stap 1: probleemstelling
werkdiagnose in termen van ernst, oorzaak, mogelijke gevolgen. evalueer bestaande therapieën
WHO stap 2: behandeldoel
curatief
symptomatisch
preventief
palliatief
WHO stap 3: behandelopties
keuze maken voor de niet-medicamenteuze en medicamenteuze behandelopties.
medicatie keuze obv EBM
WHO stap 4: controleer of de keuze geschikt is voor de specifieke patiënt
denk hierbij aan comorbiditeit, geslacht, leeftijd, ras, voorkeur en wens patient, zwangerschap, complicatie, allergie
WHO stap 5: recept en patienten informatie
recept schrijven met juiste dosering, toedieningsvorm en -weg.
patient informeren over werking, bijwerking, inname instructie
benadrukken/uitleg therapietrouw
WHO stap 6: follow-up
plan voor follow up maken waar werking, bijwerkingen en therapietrouw worden gecontroleerd
verminderde therapietrouw kan leiden tot
verhoogd risico op morbiditeit en mortaliteit
hogere zorgkosten
verbetering therapietrouw door
vereenvoudigen doseerschema’s
verbeteren communicatie tussen zorgverlener en patient
patient voorlichten
niet-intentionele factoren therapieontrouw
vergeetachtigheid beperkt vermogen behandeling te begrijpen onherkenbaarheid geneesmiddel kosten behandeling/bijbetaling analfabetisme slechtziendheid
intentionele factoren therapieontrouw
patient ervaart de behandeling als niet-noodzakelijk
negatieve attitude ten aanzien van specifiek voorgeschreven geneesmiddel
zorgen om geneesmiddel
gebrek aan vertrouwen in behandeling
kennisgebrek
aandoening wordt als stigmatiserend gezien
keuze van een geneesmiddel vindt plaats op basis van:
effectiviteit
veiligheid (nieuwe en oude medicatie)
kosten
doelmatigheid