Juveniele chonrische artritis Flashcards
1
Q
prevalentie van juveniele chronische arhritis
A
- incidentie
- belgie 11/100.000
- USA 10/100.00 - prevalentie
- belgie 160/100.000
- USA 90/100.000 - belangerijk voor kine = iedereen met diagnose moet regelmatig komen
2
Q
algemeen kinder reuma
A
- klachten
- manken (bij bv. ontstoken knie)
- veel huilen
- niet goed functioneren & bewegingsangst
- zwelling - kinderen vs volwassenen
- kinderen zijn niet hetzelfde als kleine volwassenen
- zelfde therapie
- ontwikkelend immuunsysteem = opletten met medicatie voor 4j
- hormonale veranderingen = pubertijd
- groeistoornissen & mobiliteit complicaties door groei vermijden
3
Q
classificatie van juveniele chronische artritis
A
van meest naar minst voorkomend
- Pauci-articulair onset
- late onset = meest voorkomend
- early onset - Poly-articulair onset
- Systemic onset
4
Q
systemic onset
A
- voorkomen
- geen piek van beginleeftijd
- jongens = meisjes
- uitsluitings diagnose - symptomen = ook bij volwassenen
- koorts
- adenopatieën
- hepatosplenomegalie = vergrootte milt, lever & klierpaketten
- serositis = vocht rond het hart
- gelijkaardig aan lymfomen (maligniteiten) - huiduitslag/rash
- vluchtig = enkel in de episodes waar er koorts is zien we ook rash
- nooit rash zonder koorts
5
Q
poly articulaire onset
A
- gewrichten
- > 5 gewrichten = poly
- meer gewrichten = symmetrischer - voorkomen
- beginpieken = 3-6j & 10-14j
- meest frequente therapeutische problematiek
- grootste locomotorische gevolgen
- snelle ankylosering = polsen, voeten & nek
- kan ook bij volwassenen - reumatoid factor
- reumatoide factor kan positief zijn
- HLA DR4
- lijkt op reumatoïde artritis
6
Q
pauci-articulaire onset
A
- kenmerken
- < 5 gewrichten = pauci
- late onset ≈ spondyloartritis
–> juveniele SpA genoemd
- verschil = start perifeer
- early onset komt enkel bij kinderen voor - uveïtis
- chronic uveïtis = oogontsteking
–> asymptomatisch & opvolging door oogarts
- onbehandelde uveïtis kan leiden tot blindheid
- acute anterior uveitis = symptomatisch: fotofobie
7
Q
voorkomen van pauci-articulaire onset
A
- early onset
- meisjes 2-4j
- chronische uveitis
- artritis 1-2 knieën
- ANF+ - late onset
- jongens 10-15j
- enige met familiale geschiedenis
- assymetrische oligoarthritis van OL
- enthesistis
- acute anterior uveitis
- HLA B27
8
Q
handen bij juveniele artrisis
A
- zwelling
- zwelling interfalangeale gewrichten & polsen
- onderzoek = met 2 vingers gelijktijdig drukken op vingers
–> voelt zacht door vocht <=> artrose = hard - gewrichten
- geen overgangen meer van gewrichtspleten = geen kraakbeen
- fusie van carpus = ankylosering & bewegingsbeperking - chronisch
- deviaties bij geen therapie
- zwanenhalsvorm van vinger
9
Q
wervelzuil bij juveniele artritis
A
- cervicaal = ankylosering = vergroeiing
- hoofd
- kin meer naar achter
- onsteking van temporomandibulair gewricht = groeiproblemen
- lengte verschillen L/R kunnen door groeiproblemen ook
10
Q
gewrichten bij juveniele artritis
A
- kenmerken
- vernauwen van gewrichtspleet
- kraakbeen afbraak door onsteking
- geen osteofyten <=> OA - andere frequente types = zie slide die nog komt??
11
Q
medicamenteuze therapie
A
- doelen
- genezing
- indien niet mogelijk = controle
- indien niet mogelijk = comfort
- alle omstandigheden = behoud van functie - lokale medicatie
- corticoïden
- voor ogen & gewrichten
- voor eerste periode te overbruggen wanneer algemene medicatie nog niet is aangeslaan
- ook rol als sedatie
12
Q
algemene medicatie medicatie
A
- NSAID = krachtig
- naproxen = 10-15mg/kg/dag
- piroxicam = 0.3 mg/kg/dag
‒ ibuprofen = 20 – 40 mg/kg/dag - DMARD
‒ sulphasalazine = 30 – 50 mg/kg/dag
‒ methotrexate = 5 – 10 mg/m²/week
‒ Anti-TNF–alfa
‒ Anti-IL6R
‒ abatacept
13
Q
controles van JCA
A
- bloedonderzoek
- oogonderzoek
- articulair onderzoek
- klinisch
- beeldvorming
14
Q
oogonderzoek
A
= ophtalmologische controles
- groep 1 = high risk patiënten
- early onset & psoriasis artritis met chronische iridocyclitis
–> 4x per jaar controle
- late onset met acute = 1x per jaar - groep 2 = medium risk
- systemic onset & polyarticulair
- risico als ook ANF+
- 2x per jaar controle - groep 3 = low risk
- systemix onset & poly articulair
- in remissie
- 1x per jaar controle
15
Q
rol van kinesitherapeut
A
- opvolging
- beoordelen van de vooruitgang
- signaleren van problemen = bijna dagelijks contact
- begeleiden van de patiënt
- verslag uitbrengen naar de behandelende geneesheer - therapie = E-pathologie
- langdurig = niet vervelend worden
- mobilisatie = preventie van ankylosen
- spierversterking tegen atrofie
–> vooral quadriceps
- houdingscorrectie