Hoorcollege 2 Wat verandering stimuleert Flashcards
Hoe verandering stimuleren?
Verdiepen in …. van de cliënt?
Stap 1: …
Stap 1: Verdiepen in de gedachten, gevoelens, opvattingen en behoeftenvan de cliënt. Empathie gebruiken om je in te leven in de persoon en zo zijn situatie te schetsen. Dit is een essentiële stap in gedragsverandering.
Redenen om te veranderen.
- Eigen ontwikkeling: door ouder te worden, ga je zaken vanuit een ander standpunt bekijken.
(vb. Inzien van eigen waarde –> zelfverzekerder gedrag vertonen) - Idealen: Wat zijn jouw idealen? Vb. Milieubewustzijn is belangrijk, daarnaar gaan handelen
(vb. vaker de fiets pakken). - Innerlijke drang => Verandering kan gevoel vooruitgang en groei teweegbrengen.
(Vb. 170kg squat –> extreem belonend gevoel en nog meer innerlijke drang om te presteren) - Onvrede met de bestaande situatie => komt voort uit ongenoegen.
(Vb. niet tevreden zijn met huidige lichaam) - Informatie is in strijd met het gedrag. (Vb. Vapen denkende dat het niet schadelijk is –> NOS: vapen is schadelijk–> stoppen met vapen)
- Geheel nieuwe informatie.
- Verwachtingen van anderen: Je gaat je aanpassen aan wat je denkt dat anderen van jou verwachten.
- Belangen
- Bedreiging van buitenaf: Je past je aan omdat er anders negatieve gevolgen optreden.
- (Plotselinge) wijzigingen in omstandigheden: overlijden, verhuis, verlies van werk, kindje krijgen, …
- Indrukwekkende of confronterende ervaringen.
Betekenis Motivatie?
Betekenis Motief?
Wanneer zijn mensen meer tot verandering gemotiveerd?
Succesvol resultaat = ?
Stappenplan in de praktijk
Motivatie kan intrinsiek (van binnenuit) of extrinsiek (van buitenaf) zijn.
Motief = de reden om iets te doen.
Vb. Motief om te sporten = breed worden.
Motivatie: heeft te maken met de wil om iets te doen of iets te bereiken, de mate waarin je ergens zin hebt of de zin ervan inziet. Ook al heb je goede motieven om iets te doen, zonder motivatie zal je je doel niet bereiken.
Mensen zijn meer tot verandering gemotiveerd naarmate:
- Ze zich minder bedreigd voelen. –> comfortabel voelen in de gym.
- Iets kunnen bereiken dat meer wenselijk is. –> “mooier” lichaam.
- Hun motivatie meer intrinsiek is. –> IK wil breed en sterk worden.
- Meer ondersteuning vanuit de omgeving. –> complimenten in de gym.
Sterkste motor= Succesvol resultaat van alleinspanning. –> sterker en breder worden.
Het kan dus demotiverend zijn als je geen resultaten boekt bij hoge inspanning.
Succes motiveert sneller naarmate het sneller op de actie volgt. Daarom is het moeilijker om te stoppen met roken, omdat het lang duurt voor je hier resultaten op boekt.
- zonder motivatie geen blijvende verandering mogelijk.
- verandering is makkelijker naarmate de motivatie van binnenuit komt.
Om motivatie van een cliënt te doen groeien kan je focussen op kleine successen in een groter stappenplan. Bij elk klein succes zal de motivatie groeien om het uiteindelijke doel te bereiken.
Gedrag centraal, attitude
Lagen van persoonlijkheid
Verandering gaat vaak samen met …, omdat …
Gedrag apart van persoon zien
Attitude = de houding tegenover een mens of een zaak, bv. abortus, orgaandonatie, democratie,…
Er zijn veel aspecten van persoonlijkheid (opvattingen, gedrag, …) die niet allemaal even makkelijk te veranderen zijn. Deze aspecten liggen op verschillende lagen en in de kern ligt de identiteit van de persoon. De bovenste lagen zijn oppervlakkiger en daardoor makkelijker te veranderen.
Hoe dieper het aspect van verandering, hoe meer we het eigen maken.
Verandering gaat vaak samen met frustratie, omdat verandering je uit je psychisch evenwicht brengt.
Gedragsverandering: onderscheid tussen gedrag en persoon.
Gedrag maakt niet de persoon.
Cliënten aanspreken op hun growth mindset i.p.v. fixed mindset.
Vb.
Je hebt gewonnen, je bent succesvol. –> Je spreekt iemand aan op wat hij IS. (fixed)
Wat knap dat je niet opgaf. –> Je spreekt iemand aan op wat hij DOET. (growth)
Benoem dus gedrag wat je ziet.
Veranderingsdiepte
Mate waarin het deel of de delen van de psyche waarop een verandering betrekking heeft bij de ‘kern’ van de persoon en de identiteit ligt. Hoe ver van de ‘kern’ ligt de verandering?
Functie van ruimte en vrijheid
Mensen die zich gedwongen voelen, zullen niet effectief meegaan in verandering. Men wil overwegen en uitproberen alvorens definitief een sprong te wagen. Daarvoor is een gevoel van ruimte nodig. Het besef dat je je niet meteen verplicht voelt en de vrijheid ervaart om van verandering af te zien.
Feedback
Negatieve en positieve.
Positieve en negatieve bekrachtiging.
Feedback is terugkoppeling.
Negatieve feedback: Geen bevestiging van zijn gestelde gedrag in feedback. Vb. geen complimenten over fysiek, maar toch vaak naar gym gaan.
Positieve feedback: Bevestiging van zijn gestelde gedrag in feedback. Vb. Complimenten over fysiek, door naar de gym te gaan. –> dit motiveert het gestelde gedrag.
ZIE FIGUUR 1.
Positieve bekrachtiging: “Wat fijn dat je zo goed luistert, zo had ik het gevoel dat ik mijn verhaal bij je kon doen”. –> vertoonde gedrag bekrachtigen.
Negatieve bekrachtiging: “Als je niet luistert naar me voel ik me niet comfortabel om mijn verhaal bij je te doen”. –> gedrag aanpassen of aanleren.
Positief en negatief is in deze trant enkel relevant voor het vertoonde gedrag bekrachtigen en gedrag aanpassen of aanleren.
Kritiek is geen feedback
Kritiek is negatief commentaar. Wordt vaak gebruikt in de betekenis van afkeuring. Het heeft een negatieve lading. Terwijl feedback ook positief of neutraal kan zijn.
Blinde vlek betekenis
Blinde vlek = dat wat heel veel mensen over mij weten, maar ik zelf nog niet heb ontdekt. Hier krijg je info over door FB te krijgen/vragen. Vb. arrogantie.
Feedback Richtlijnen
- Zo snel mogelijk na gesteld gedrag
- Niet moraliseren of veroordelen
- Bijsturingsmogelijkheden: veranderbaar gedrag
- Zo concreet mogelijk: focus op gedrag
- Ter wille van de ander
Afstand nemen en bewust worden
Blinde vlekken in jezelf.
Zelfreflectie
‘Wat je niet ziet en niet weet kun je niet ter discussie stellen en dus ook niet veranderen’.
Het is moeilijk om afstand te nemen van jezelf en jezelf objectief en geheel te bekijken. Wat de een doorheeft, heb je zelf soms helemaal niet in de gaten. Je kan in een cirkel ronddraaien terwijl je zelf de cirkel niet ziet. Dergelijke blinde vlekken werken verandering tegen. Een zeker zelfinzicht en bewustzijn van het eigen functioneren zijn dan ook voorwaarden voor verandering.
Wat ook bijdraagt aan bewustwording, is zelfreflectie. Hierbij sta je stil bij je eigen gedrag, vraag je je af of dat past bij wie je bent, onderzoek je motieven en gevoelens en ga je na in hoeverre je iets anders had kunnen aanpakken.
In de praktijk: feedback geven, stimuleren tot zelfreflectie, spiegel voorhouden, …
Sociale bewijskracht
Sociale bewijskracht = observeren wat anderen doen en ervan uitgaan dat dat goed zal zijn.
Praktijk: wordt veel gebruikt, maar kan ook averechts werken. –> “veel jongeren doen drugs, dus ik kan dat ook eens proberen”. Dit levert bewijskracht met een averechtse werking.
Kennis, informatie en argumentatie
Echo-chamber
In de praktijk?
Bron van info?
In veranderingsprocessen speelt info een belangrijke rol. Als je gezonder wilt leven, moet je immers een beeld hebben van welk gedrag wel en niet bijdraagt aan gezondheid. Aan elke verandering gaat een vorm van kennis verzamelen vooraf. Het kan lastig zijn deze info te verschaffen.
Overtuigen gaat over het geven van argumenten, rationele overwegingen, logische redeneringen en statistieken.
In psychologie is er een bekend mechanisme dat we vooral info zoeken die aansluit bij en bevestigt wat we al denken of weten. Info die hiervan afwijkt is moeilijker te verwerken, omdat hier afwegingen van argumenten komen kijken. Hierdoor luisteren we vaker naar mensen die het met ons eens zijn en kan er een ‘echo-chamber’ ontstaan.
In de praktijk:
- Peilen wat een cliënt al weet over een thema en wat zijn bronnen hiervoor zijn. Je mag andere kennis delen met de cliënt, zonder hem tegen te spreken. Dan gaat de cliënt niet in weerstand.
- Neem de cliënt serieus, verken zijn gedachtegang en stel vragen.
Belangrijke factoren van de persoon die de info brengt:
- Het blijkt dat je beter kunt overtuigen als de doelgroep je geloofwaardiger en aantrekkelijker/competenter vindt.
- De bron van communicatie blijkt geloofwaardiger naarmate deze als competenter en betrouwbaarder wordt gezien.
Betrokkenheid en binding
Cliënt betrekken door: O, V, N
Wie door een bepaalde daad ergens bij betrokken wordt, zal eerder en dieper veranderen. Dit betekent zelf iets doen, hierdoor zal iemand zich meer ‘gebonden’ voelen, er is sprake van ‘commitment’. Bv. Bodhi die zegt dat hij stopt met roken voelt zich meer gebonden, dan wanneer hij het niet had uitgesproken.
Hoe laat je cliënten betrokken raken?
- Cliënt opdrachten laten uitvoeren in hun eigen situatie.
Door opdracht zelf te maken ben je meer betrokken.
- Cliënt zelf voorbeelden laten bedenken uit eigen omgeving.
Vb. Dagboek: een week lang dagelijks bijhouden in welke situaties je BD voelde.
- Opdrachten altijd nabespreken met de cliënt.
Voorkomt dat de opdrachten enkel uitgevoerd worden en voegt een reflectie toe.