Hoorcollege 1 Flashcards

1
Q

Persuasieve communicatie

A

Persuasieve communicatie is een doelbewuste poging om door middel van communicatie de ontvanger aan te zetten tot attitude- en/of gedragsveranderingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

4 Belangrijke componenten persuasieve communicatie

A
  • Beïnvloeding is een doelbewuste poging van de zender. De verzender heeft de intentie om iemands gedrag of attitude te beïnvloeden.
  • Bij beïnvloeding heeft een ontvanger een vrije keuze, de persoon kan zelf kiezen of hij of zij beïnvloed zal worden.
  • Er wordt gebruik gemaakt van communicatie als beïnvloedingsmiddel.
  • Beïnvloeding is gericht op verandering.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Sociale beïnvloeding ten opzichte van Persuasieve communicatie

A

Sociale beïnvloeding is een veel breder begrip dan persuasieve communicatie. Bij sociale beïnvloeding gaat het over de invloed van anderen op onze emoties, gedachten en/of gedrag. Daarmee is sociale beïnvloeding niet per se intentioneel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Manipulatie ten opzichte van Persuasieve communicatie

A

Bij manipulatie is de intentie om anderen te beïnvloeden niet duidelijk. Hierbij verhult de zender het persuasieve motief van de communicatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Dwang ten opzichte van Persuasieve communicatie

A

Dwang is het gebruik van fysieke of emotionele dreiging om mensen tot bepaald gedrag aan te zetten. Bij dwang heeft de ontvanger geen vrije keuze, terwijl dit bij persuasieve communicatie wel het geval is. Dwang kan gevoelsmatig zijn, je kan het gevoel hebben dat je geen vrije keuze hebt. Dwang kan ook fysiek aanwezig zijn, bijvoorbeeld door middel van wetgeving. Hierbij wordt de keuze van mensen beperkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Propaganda ten opzichte van Persuasieve communicatie

A

Gevallen waarin een groep bijna of volledige controle heeft over de informatievoorzieningen. Afwijkende meningen zijn verboden of worden met geweld ontmoedigd. Word vaak verspreid op sociale media. Gaat vaak over bedrog en misinformatie. De zender wil expres verkeerde informatie verspreiden. Verschillen tussen persuasieve communicatie en propaganda zijn: controle over boodschap, bedrog, verspreiding van informatie, bron vaak onbekend. Maar wat overeen komt is dat ze mensen willen aanzetten om iets te doen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Waarom is overtuigen zo belangrijk?

A
  • Het gewenste gedrag kan ook afgedwongen worden door middel van regelgeving, beloningen of verbod. Toch zullen mensen zich hier na een tijdje tegen gaan verzetten en dus werkt deze manier maar beperkt.
  • Door mensen te overtuigen van iets, zullen ze het hier zelf ook mee eens zijn. Daardoor zal er sprake zijn van geïnternaliseerd gedrag. Doordat dit een cognitieve basis heeft, is dit gedrag duurzamer en betrouwbaarder (self-persuasion).
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Digitale revolutie en persuasieve communicatie

A

Door de digitale revolutie is de hoeveelheid persuasieve communicatie toegenomen. Er is een enorme groei in de hoeveelheid, het bereik van en de snelheid van persuasieve communicatie doordat steeds meer mensen een smartphone hebben en steeds meer mensen sociale media gebruiken.

Daarnaast wordt persuasieve communicatie ook steeds subtieler. Zo is persuasieve communicatie steeds moeilijker te herkennen en ook is het verschil tussen beïnvloeden en
manipuleren steeds kleiner geworden.

Daarnaast wordt ook het verschil tussen editorial content (entertainment) en persuasieve content steeds moeilijker van elkaar te onderscheiden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

3 Verschillende persuasieve effecten van communicatie

A
  1. Shaping (ontwikkelen/vormen)
  2. Reinforcing (bestendigen)
  3. Changing (veranderen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Shaping

A

Attitudes en gedrag in een bepaalde richting sturen, bijvoorbeeld door het creëren van associaties. Dit wordt vaak gedaan in reclames.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Reinforcing

A

Het versterken van bestaande attitudes of gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Changing

A

Het veranderen van attitudes of gedrag. Dit is waar het uiteindelijk om draait in persuasieve communicatie. Toch is dit doel niet zomaar te behalen. Het kost soms wel jaren om iemand zijn gedrag of attitudes te veranderen. Dit is bijvoorbeeld te zien in de verandering van de attitude tegenover roken. Het heeft jaren geduurd om deze attitude te veranderen. Vaak zijn ook de eerste twee effecten (shaping en reinforcing) nodig om een attitude- of gedragsverandering te laten plaatsvinden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly