Hoofdstuk 8 Long-Term Memory Storage and Retrieval Processes Flashcards
Wat is het verschil tussen perceptiën and sensation?
-perception: onze interpretatie van de omgeving
-sensation: de informatie die we daadwerkelijk ontvangen van de omgeving
Saccades
Je ogen ‘springen’ van focus punt naar focus punt, die sprongetjes heten saccades
Ambiguous stimulus
Als een stimulus op ten minste twee manieren kan worden geïnterpreteerd
Construction
-als we stukjes informatie aan elkaar koppelen om een goed beeld te krijgen van de omgeving
Rehearsal
-verbaal iets constant opnieuw herhalen in een korte periode
Rote learning
-het constant herhalen van stukjes informatie, bvb in de vorm van flashcards
Meaningful learning
-Als je nieuwe informatie relateert aan de kennis die je al hebt opgeslagen in je lange termijn geheugen
-Informatie wordt hierdoor sneller opgeslagen en je herinnert het je beter
Self-reference effect
-nieuwe informatie aan jezelf relateren kan heel goed werken om dit snel te leren
Internal organisations
-nieuwe informatie wordt effectiever opgeslagen en beter onthouden als de verschillende stukjes op een manier een connectie hebben
Elaboration
het gebruiken van kennis die je al had om de nieuwe kennis aan te vullen en om de nieuwe kennis op te slaan
Generation theory
-Als lerenden zo veel aanvullen op de nieuwe informatie dat ze uit zichzelf een compleet nieuw idee bedenken
-Ze zullen dit idee beter onthouden dan als ze dit direct te horen hadden gekregen van een docent
Visual Imagery
Mentale foto die laat zien hoe iets er echt uit ziet of hoe iets er mogelijk uit ziet
-mensen onthouden vrij goed welke dingen ze wel of niet eerder hebben gezien
Welke factoren hebben een effect op lange-termijn memory storage?
-Tijd: de neurologische verbindingen kosten tijd om aan te worden gelegd
-Working memory: beide stukjes informatie die gelinkt worden moeten een keer in het werkgeheugen hebben gezeten
-Prior knowledge: als lerenden meer voorkennis hebben hebben meer ideeën waaraan nieuwe informatie gelinkt kan worden, zo gaan elaboration en meaningful leren makkelijker
-prior misconceptions: als mensen informatie moeten leren die ze als niet juist zien dan negeren ze de kennis soms, soms passen ze de informatie zo aan dat deze past in hun bestaande kennis
-expectations: mensen leren informatie beter als ze van tevoren een idee hebben waar het over gaat, Halo effect: als je iemands gedrag ziet op een fijne manier als je die persoon mag, Horns effect: als je naar gedrag ziet van iemand die je niet mag
-Verbalization: praten over een ervaring helpt met het onthouden ervan, self-explanation: oudere kinderen gebruiken dit om zichzelf dingen uit te leggen
-Enactment: het laten zien op een psychomotorische manier wat er is geleerd, helpt met onthouden
-Repetition and review: spacing effect: het is nuttiger het leren over een periode te doen, dan in een korte tijd
-Development of automaticity: controlled processing: vraagt veel aandacht van een persoon en bijna het hele werkgeheugen is nodig, automatic processing (automaticity): bijna geen aandacht voor nodig
Spreading activation
bij retrieval wordt een activatie verspreid door connecties van een netwerk met opgeslagen informatie
-er kan maar een klein beetje informatie tegelijk worden ‘belicht’
Encoding specificity
-retrieval is makkelijker als lerenden een gedachtenproces doormaken die lijkt op het proces toen de informatie werd opgeslagen
Retrieval cues
-hints die de activatie van bepaalde delen van het lange termijn geheugen triggeren
Flashbulb memories
-als een herinnering zo levendig en gedetailleerd zijn dat het wel een foto lijkt
-niet alle flashbulb memories zijn accuraat
-vaak emotioneel beladen herinneringen
Misinformation effect
-mensen hun herinnering aan een event kan verkeerd worden als ze onjuiste informatie krijgen over het event
False memories
-als een herinnering niet echt gebeurd is
-vooral jonge kinderen hebben hier last van
Wat kan er gebeuren als je eedere recollecties ophaalt?
-Als je een herinnering ophaalt en er iets mee doet, zoals erover praten, dan wordt deze herinnering vaak anders opgeslagen
Decay
-informatie wordt vergeten over tijd, vooral als het (bijna) nooit wordt gebruikt
-de exacte details vallen eerder weg dan the gist
Interference
-Als een set van informatie ervoor zorgt dat een andere set informatie niet goed kan worden opgehaald
Fan effect
-meerdere associaties met een concept kunnen ervoor zorgen dat het ophalen van een specifieke associatie moeilijker gaat en langer duurt
Retrieval-induced forgetting
-Als het ophalen van een herinnering het moeilijker maakt om related herinneringen op te halen
Repression
-als een herinnering zo pijnlijk of emotioneel wordt dat mensen het helemaal niet meer herinneren of alleen kleine fragmenten ervan
-de informatie is niet meer conscious
Failure to retrieve
-als mensen niet ‘kijken’ in een bepaald deel van het lange termijn geheugen dat de nodige informatie bevat
-kan gebeuren als het bij het ophalen niet gaat over dezelfde dingen als toen de info werd opgeslagen of als er weinig connecties zijn met deze informatie
Prospective memory
als bij een failure to retriever wordt vergeten om iets te doen dat in de toekomst gedaan moet worden
External retrieval cues
-een fysieke reminder die uit je geheugensysteem is
Wanneer denken mensen dat hun recollection goed is van iets?
-als het past bij hun wereldbeeld
-als het een levende gedachte is en makkelijk op te halen
Infantile amnesia
-het feit dat mensen zich niks kunnen herinneren voor hun derde levensjaar
-twee redenen: delen van het brein die betrokken zijn bij expliciet geheugen zijn nog niet volledig ontwikkelt vanaf de geboorte, praten over ervaringen helpt om het te herinneren, maar jonge kinderen kunnen nog niet praten over wat ze meemaken
Expository instruction
-lessen gegeven door docenten waarbij ze informatie geven op ongeveer dezelfde manier als waarop kinderen het moeten opslaan
Hoe kunnen lange-termijn geheugen en retrieval processen worden gepromoot?
-effectiever bij prior knowledge activation
-studenten zullen pas aan meaningful leren doen als ze hiertoe aangemoedigd worden
-instructie moet studenten helpen het nieuwe materiaal te organiseren, een Advance organizer (general introduction van nieuw materiaal) kan hierbij helpen, concept/knowledge map kan ook helpen
-encourage studenten om te elaboraten: stimuleer higher-level questions, maar hiervoor hebben studenten langer de tijd nodig
-visueel beeld komt sneller in het lange termijn geheugen
-de meest effectieve manier om procedurele kennis bij te brengen hangt af van wat er geleerd moet worden
-Informatie die opgehaald moet worden in een context moet ook worden opgeslagen in die context
-Taxomonies van doelen kunnen handige reminders zijn voor de manieren waarop studenten over hun leren nadenken
-iets sneller leren betekend niet perse dat je het beter leert
-effectieve instructie geeft kansen om zaken te herhalen en oefenen
-opdrachten in de klas moeten significant effect hebben op zowel de storage als retrieval van informatie