Hoofdstuk 6: Onderzoeksstrategieën en validiteit Flashcards
Een onderzoeksstrategie
een algemene benadering van onderzoek bepaald door de soort vragen dat de studie hoopt te beantwoorden.
De beschrijvende onderzoeksstrategie [1]
Deze strategie is bedoeld om vragen te beantwoorden over de actuele toestand van individuele
variabelen voor een specifieke groep van individuen. De beschrijvende onderzoeksstrategie hecht
geen belang aan de relaties tussen variabelen, wel aan de beschrijving van individuele variabelen.
Het doel is om een snapshot (een beschrijving) te verkrijgen van specifieke kenmerken van een
specifieke groep van individuen.
Relaties tussen variabelen
Een relatie tussen variabelen betekent dat veranderingen in één variabele consistent en voorspelbaar samengaan met veranderingen in een andere variabele.
Vb: lineaire relatie (een rechte), curvi-lineaire relatie (een gebogen lijn) en + vs. - relaties.
De correlationele onderzoeksstrategie: twee variabelen meten voor elk individu
[2]
Een techniek om de relatie tussen variabelen te onderzoeken is door de twee variabelen te
observeren zoals ze natuurlijk voorkomen bij een reeks van individuen. M.a.w., meet de twee
variabelen voor elk individu.
De experimentele onderzoeksstrategie [3]
De experimentele onderzoeksstrategie is bedoeld om oorzaak-gevolgvragen te beantwoorden over
de relatie tussen twee variabelen. Het doel is om de relatie te verklaren door de onderliggende
oorzaak te bepalen. Een experimentele studie wordt uitgevoerd met strenge controles om een
ondubbelzinnige oorzaak-gevolgrelatie aan te kunnen tonen.
De quasi-experimentele onderzoeksstrategie [4]
Hoewel deze strategie meestal oorzaak-gevolgvragen over de relatie tussen twee variabelen
probeert te beantwoorden, kan hij nooit een ondubbelzinnige verklaring produceren. De quasiexperimentele onderzoeksstrategie gebruikt de strengheid en controles die bestaan in experimenten.
Maar quasi-experimentele studies zullen altijd een fout bevatten die de onderzoeker ervan
weerhoudt een absoluut oorzaak-gevolgantwoord te verkrijgen.
De niet-experimentele onderzoeksstrategie [5]
De niet-experimentele methode is bedoeld om een relatie tussen variabelen aan te tonen, maar het probeert niet de relatie te verklaren. Deze strategie gebruikt niet de strengheid en controles die bestaan in (quasi-)experimentele studies, en produceert geen oorzaakgevolgverklaringen!
Niet-experimenteel en correlationeel onderzoek
Niet-experimenteel en correlationeel onderzoek hebben exact hetzelfde doel! Ze zijn beide ontworpen om aan te tonen dat er een relatie bestaat tussen twee variabelen, maar proberen de relatie niet te verklaren. Het verschil tussen de twee onderzoeksstrategieën is de soort data die gebruikt werd om het doel te bereiken.
Onderzoeksstrategieën
De term onderzoeksstrategie verwijst naar de algemene benadering en doelen van een studie. De
onderzoeksstrategie is meestal bepaald door de soort vraag die je wil stellen en het soort antwoord
je hoopt te verkrijgen. In het algemeen betreft een onderzoeksstrategie wat je hoopt te bereiken in
een studie.
Onderzoeksdesigns
De volgende stap is het onderzoeksdesign die aantoont hoe de strategie moet worden
geïmplementeerd. Om een onderzoeksdesign te kiezen, moet je eerst beslissingen maken over de
drie basisaspecten van de studie:
1. Groep vs. individu?
2. Dezelfde individuen vs. verschillende individuen?
3. Het aantal variabelen?
Een onderzoeksdesign
een algemeen plan om een onderzoeksstrategie uit te voeren. Een onderzoeksdesign specifieert of de studie: groepen of individuen zal bevatten, zal vergelijkingenmaken binnen een groep of tussen groepen en hoeveel variabelen de studie zal bevatten.
onderzoeksprocedure
een exacte, stap-voor-stap beschrijving van een specifieke onderzoeksstudie.
Correlationele studies
Correlationele studies meten twee variabelen bij elk individu en kijken dan naar een patroon tussen
de scores.
• Als de data numerieke scores oplevert, worden de gegevens geëvalueerd door een correlatie
(zoals de Pearson-correlatie).
• Als de data niet-numerieke scores oplevert, is de statistische evaluatie meestal een chisquare test.
Beschrijvende studies
Beschrijvende studies zijn bedoeld om enkele variabelen voor een specifieke groep individuen samen
te vatten.
• Als de data numerieke scores oplevert, bestaat de statistische samenvatting meestal uit een
gemiddelde of gemiddelde score.
• Als de data niet-numerieke scores oplevert, is de samenvatting doorgaans een rapport van
het aandeel (of percentage) dat aan elke categorie is gekoppeld.
Externe validiteit
refereert naar de mate waarin we de resultaten van een studie kunnen generaliseren naar andere mensen, settingen, tijden, metingen en karakteristieken dan diegene die gebruikt werden in de studie.
Een bedreiging van externe validiteit
een kenmerk van een studie die de mogelijkheid om de resultaten van een studie te generaliseren limiteert.
Generaliseren van een steekproef naar de gehele populatie.
een bezorgdheid over externe validiteit is dat de steekproef representatief moet zijn voor de
populatie, zodat de verkregen resultaten van de steekproef kunnen worden gegeneraliseerd
naar de gehele populatie.
Generaliseren van een studie naar een andere.
Een bezorgdheid voor externe validiteit is of de verkregen resultaten in één specifieke studie
ook zullen verkregen worden in een andere gelijkaardige studie?
Generaliseren van een studie naar een real-world situatie.
Een bezorgdheid voor externe validiteit is of de resultaten verkregen in een relatief steriele
onderzoeksomgeving (vb. labo) ook verkregen zullen worden in de realiteit (vb. veld)?
interne validiteit
Een studie heeft interne validiteit = als het een enkele, ondubbelzinnige verklaring produceert voor
de relatie tussen twee variabelen.
Een bedreiging van interne validiteit
een factor die een alternatieve verklaring toelaat.
Deze basis ‘fact of life’ heeft
twee implicaties:
- Studies kunnen verschillen in termen van validiteit. Sommige studies hebben sterke interne
en externe validiteit en hun resultaten en conclusies zijn hoog gerespecteerd. Andere studies
hebben enkel gemiddelde validiteit en andere hebben weinig of geen validiteit. Accepteer
nooit een onderzoeksresultaat of -conclusie als waarheid gewoon omdat het
‘wetenschappelijk bewezen’ zou zijn. - Zich bewust zijn van bedreigingen van validiteit kan je helpen om een studie kritisch te
evalueren.
Selectiebias:
Een biased steekproef is meestal het resultaat van selectiebias, wat betekent dat de
samplingprocedure de selectie van sommige individuen verkiest boven anderen!
De vraag van externe validiteit wordt altijd opgeroepen wanneer een onderzoeker
participanten selecteert gebaseerd op convenience eerder dan een unbiased selectieproces
te gebruiken.
Universiteitsstudenten:
De studenten delen samen met de laboratoriumrat de status van ‘meest gemakkelijk
beschikbaar’ en zijn daarom de meest verkozen participanten in gedragsonderzoek. Echter,
veel van de kenmerken van studenten limiteren de mogelijkheid om de resultaten te
generaliseren naar andere volwassenen.