Hoofdstuk 4 (Vragen) Flashcards

1
Q

Hoe heette de tweeling?

A

Romulus en Remus
Romulus werd koning en noemde de stad naar zichzelf

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wanneer werd Rome een republiek?

A

Rome was eerst een koninkrijk in 509 v.C een Republiek waarin de senaat de meeste macht had

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer veroverde Rome heel Italië?

A

Rome kreeg steeds een groter leger, toen veroverde hij in 350 v.C bijna heel Italië

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat deed Rome na de verovering van Italië?

A

Gebieden rond de Middellandse-zee en in West-Europa veroveren
De gouverneur bestuurden de provincies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat ontstond er door de veroveringen?

A

Burgeroorlogen tussen machtige legeraanvoerders zoals Julius Caesar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wanneer word Rome een keizerrijk?

A

In 27 v.C kreeg Octavianus alle politieke macht in handen en werd Rome een keizerrijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoelang zorgde keizer Augustus en zijn opvolgers voor vrede in het Romeinse Rijk?

A

2 eeuwen lang (Romeinse vrede)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat was er veel in de Romeinse landbouwstedelijke samenleving?

A

Veel productie in de landbouw en nijverheid
Door de Pax Romana, de goede wegen en het Romeinse geld was er veel handel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Grote sociale verschillen (in Rome)

A

Veel verarmde boeren trokken naar de steden,
Bezitters van de landbouwbedrijven en handelaren vormden een kleine rijke bovenlaag in de samenleving
In de steden was er een grote groep armen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hoe hielden machthebbers het volk rustig?

A

De Brood en Spelen
Door voedsel en vermaak

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waren er veel slaven in het rijk? (in Rome)

A

Ja
Ze hadden geen rechten en werden vaak slecht behandeld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat voor godsdienst hadden de Romeinen?

A

Een polytheïstisch godsdienst met staatsgoden
De inwoners van het rijk moesten de staatsgoden en de keizers vereren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe ontstond de Grieks-Romeinse cultuur?

A

De Romeinen stelden zich open voor andere culturen, ze namen veel over van de Grieken zo ontstond het
Zo werd de Grieks-Romeinse cultuur verspreid (Romanisering)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wie bezat het Romeinse Burgerrecht?

A

In het hele rijk gelde het Romeinse rechtssysteem met geschreven wetten
Een deel van de mannen bezat het Romeinse Burgerrecht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat voor godsdienst hadden ze in Judea?

A

Het jodendom
Door de oorlogen en de opstanden tegen Romeinen raakten veel joden verspreid over het Romeinse Rijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat deden de volgelingen na de kruisiging van Jezus Christus?

A

In 30 n.C stichtten zijn volgelingen een nieuwe monotheïstische godsdienst, het Christendom

17
Q

Waarom verboden de keizers in de 3e eeuw het Christendom?

A

Christenen weigerde de Romeinse staatsgoden te vereren
(Predikers verspreidden het Christendom in het rijk)

18
Q

Wat deed keizer Constantijn met het geloof van de Christenen?

A

Hij gaf ze in 313 n.C godsdienstvrijheid
In 380 n.C werd het Christendom de Romeinse staatsgodsdienst
De andere godsdiensten werden verboden (behalve het Jodendom)

19
Q

Wat deden de Keltische bewoners tijdens de Romeinse verovering van Zuid-Nederland?

A

Ze kwamen in opstand maar ze werden door de Romeinen vermoord, verdreven en weggevoerd
Het was in 58-50 v.C

20
Q

Wat deden de Germanen ten Noorden van de Rijn?

A

De Germanen hielden de Romeinen tegen, zo werd de Rijn een grens van het rijk
Germaanse Bataven hielpen de grens te verdedigen

21
Q

Wat gebeurde er door de Romeinse overheersing?

A

Er ontstond in Zuid-Nederland een landbouwstedelijke samenleving met steden, landbouwbedrijven en handel.
Bewoners van Zuid-Nederland namen de Romeinse gebruiken over

22
Q

Wat deden de Germaanse volken in de 3e eeuw n.C?

A

Ze drongen vanaf de 3e eeuw n.C het (Romeinse?) rijk binnen en stichtten er eigen koninkrijken
Door de epidemieën en volksverhuizing eindigde het West-Romeinse rijk (476 n.C)