Hoofdstuk 3 Flashcards
Wat zijn mogelijke prenatale invloeden op hersenontwikkeling?
Slecht dieet of stress van de moeder
Het innemen van teratogenen (drugs, alcohol, tabak)
Wat zijn mogelijke perinatale en postnatale invloeden op hersenontwikkeling? (6 punten)
Aparte geboorte, te weinig zuurstof tijdens de geboorte, medicatie toegediend aan de moeder, laag geboortegewicht, vroege geboorte, ziekte
Wat zijn mogelijke factoren die genetische expressie kunnen beïnvloeden?
Dieet, gifstoffen in de omgeving, slechte opvoeding
Wat doet linkage analysis?
Het kijkt naar of een stoornis voorkomst on een familie en of er een specifiek patroon in genen is
Wat is association analysis?
Het kijkt naar een gen geassocieerd is met een stoornis in de populatie?
Wat is genome-wide linkage?
Het kijkt naar de genomes van grote populaties en naar welke stoornissen daarin voorkomen
Wat is gene-environment interactie?
Wanneer de omgeving de genen beïnvloed en andersom ook
Wat is gene-environment correlation?
Wanneer genetische verschillen de omgeving beïnvloeden
Wat gebeurt er bij klassieke conditionering?
Iemand leert om te reageren op een stimulus die eerder niet die reactie opleverde
Wat gebeurt er bij operante conditionering?
Iemand leert om te reageren op een stimulus door middel van beloning/straf
Welke dingen moet een kind kunnen om te kunnen leren van observaties? (observational learning)
Er moet aandacht zijn voor het gedrag van het model, het moet gecodeerd en georganiseerd worden en onthouden worden. Het kind moet het ook kunnen herinneren
Wat zijn cognitieve structuren?
Schema’s waarmee je informatie kunt onthouden
Wat is cognitieve inhoud? (cognitive content)
De informatie zelf die je onthoudt
Wat zijn cognitieve processen?
Hoe mensen dingen waarnemen en interpreteren
Wat is een cognitief product?
Het resultaat van cognitieve structure, inhoud en processen