Hoofdstuk 3 Flashcards

1
Q

Wat maakt de pulpa uniek?

A

De odontoblasten; komen nergens anders voor

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat vormen de collageenvezels?

A

Een netwerk waarin zich onder andere fibroblasten, macrofagen, dendritische cellen, lymfocyten, mestcellen en ongedifferentieerde cellen bevinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat gebeurt er met de fibroblasten en vezels naarmete de pulpa ouder wordt?

A

het aantal vezels neemt toe en de fibroblasten worden kleiner in omvang en aantal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welk deel van de pulpa bevat meer cellen en minder collageenvezels?

A

Het kroondeel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welk deel van de pulpa is fibreuzer (meer collageenvezels) en celarmer (minder cellen)

A

Wortelpulpa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Kunnen odontoblasten nog doen aan celdeling?

A

Nee, enkel dentine vormen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

De innervatie van een gebitselement bestaat voornamelijk uit sensibele zenuwvezels (overwegend type C-vezels). Waar vinden deze zenuwvezels hun oorsprong?

A

in het ganglion trigeminale

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Bevatten C-vezels een myelineschede?

A

nee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Verloopt de geleiding van C-vezels langzaam of snel?

A

langzaam

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Is de drempel bij C-vezels hoog of laag?

A

hoog

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar naartoe worden prikkels geleid bij C-vezels? (distributie)

A

Perifeer en centraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke zenuwvezels bevatten een myelineschede?

A

Ad-vezels
Aß-vezels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

In welke vorm is pijn waarneembaar bij C-vezels?

A

dof, brandend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe verloopt de geleiding bij Ad-vezels(stekend), Aß-vezels(drukgevoelig) en de drempel?

A

Snel, laag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly