Hoofdstuk 23 Flashcards

1
Q

Waar in de mond manifesteert cervicale dentinegevoeligheid zich vooral?

A

aan de buccale zijde van de elementen, vooral bij hoektanden en premolaren, meer links dan rechts.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waaruit bestaat de natuurlijke verdediging tegen de gevolgen van het aan de oppervlakte komen van de uitmondingen van de dentinetubuli?

A

Sclerose; uitdrijven van vloeistof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke drie principieel verschillende behandelingen
zijn er voor de bestrijding van cervicale dentinegevoeligheid

A

– het afsluiten van de tubulusopening;
– het blokkeren van de tubulus;
– het blokkeren van de prikkeloverdracht.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke vier soorten behandelingen kunnen worden
onderscheiden?

A

1 appliceren van middelen;
2 aanbrengen van hechtlakken;
3 gebruik van speciale tandpasta’s;
4 lasertherapie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat verstaat men onder cervicale dentinegevoeligheid?

A

pijn afkomstig van blootliggend dentine, waarvan de oorsprong niet op cariës, andere defecten of pathologische veranderingen kan worden teruggevoerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Hoe wordt cervicale dentinegevoeligheid opgewekt?

A

door chemische, thermische en osmotische prikkels en aanraking

De patiënt ervaart deze pijn als scherp en voorbijgaand en
kan de pijn duidelijk lokaliseren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn de belangrijkste veroorzakers van dentinegevoeligheid? (2)

A

– mondhygiëne: poetstrauma, chronische gingivitis, lokale of gegeneraliseerde parodontitis;
– iatrogeen trauma: parodontale chirurgie, restauratieve handelingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke 5 tandpasta’s zijn er en welke stoffen bevatten ze?

A

– formaldehyde (Emoform);
– kaliumnitraat (OralB Gevoelige tanden, Prodent Sensitive);
– kaliumchloride (Sensodyne F gel);
– strontiumchloride (Sensodyne);
– strontiumacetaat (Darosens).

Deels placebo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Van het evenwicht van welke ionen wordt gebruik gemaakt?

A

van het evenwicht van calcium- en fosfaationen in de tubulusvloeistof. Indien de concentratie van een van beide wordt verhoogd, zal calciumfosfaat neerslaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat geven Fluorionen in de tubulus?

A

een neerslag van calciumfluoride

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat is een voordeel van dat atubulair dentine wordt neergelegd alvorens de reguliere productie van dentine?

Wat is het nadeel?

A

De nieuwe tubuli niet aan op de tubuli van het primaire en secondaire dentine of op die van eerder neergelegd tertiair dentine, waardoor de doorlaatbaarheid substantieel afneemt.

Een pijnprikkel blijft achterwege

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waardoor kan de kans op pijn groter worden?

A

Als de tubulus ingangen oplossen of groter worden door zure voeding, medicatie of zuren van bacteriën

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly