hoofdstuk 23 Flashcards
Procedure waarin proefpersonende affectieve waarde van een neutrale stimulus evalueren. Een prime-stimulus wordt gepresenteerd die deze waarde kan beïnvloeden.
Affect Misattributie Procedure
Een vorm van beoordeling die gebaseerd is op het toepassen van Deontologische regels.
Deontologische Beoordelingen
Een test die veel gebruikt wordt om impliciete negatieve associaties, bijvoorbeeld veroorzaakt door raciale stereotypes, te identificeren.
Impliciete Associatie Testen
Sociaal cognitieve processen die zich op het onbewuste niveau afspelen.
Impliciete Sociale Cognitie
Het vermogen om de mentale staat van een ander te representeren.
Mind Reading
De studie naar de mogelijke manieren waarop onbewuste blootstelling aan specifieke concepten effecten op het sociale gedrag kan hebben.
Sociale Priming
De vaardigheid om mentale toestanden aan onszelf en anderen toe te schrijven en te begrijpen dat anderen mentale toestanden hebben die verschillen van onze eigen.
Theory of Mind
Een actie of interventie die resulteert in een specifiek effect.
Agency
Een historisch voorbeeld van een sociaal dillema, wat beschrijft hoe acties die goed zijn voor het individu een negatieve impact op de samenleving kunnen hebben.
Commons Dillemma
Een regel die betrekking heeft op sociale en ethische conventies, en de schending daarvan.
Deontologische regel
Een spel waarbij één deelnemer de beschikking krijgt over een aantal goederen met de opdracht deze te verdelen tussen zichzelf en een andere deelnemer.
Dictatorspel
Een negatieve hersenpotentiaal, zichtbaar in het ERP. Deze component wordt opgeroepen wanneer we een fout maken.
Error-Related Negativity
Een relatief abstracte regel in een redeneerprobleem.
Indicatieve regel
Een methode om iets via de neus toe te dienen.
Intranasaal
Het uitvoeren en coördineren van een actie samen met een andere persoon.
Joint Action