Hoofdstuk 16

Question 1

Hoevaak komen nier en urineweg infecties voor?

Answer 1

3 op 1000 pasgeborenen.

Question 2

Hoeveel % van de foetale afwijkingen is een urinewegafwijking?

Answer 2

20-30%

Question 3

Hoe noem je een hoge obstructie van de overgang pyelem - ureter?

Answer 3

Ureteropelvic junction obstruction (UPJ)

1:500 geboorten

Question 4

Hoe noem je een lage obstructie op de overgang van ureter naar de blaas?

Answer 4

Ureterovesical junction obstruction (UVJ)

Question 5

Wat is een infravesicale obstructie (LUTO)?

Answer 5

Uitstroom belemmering van de blaas, vooral op het niveau van de urethra.
Is zeldzaam.

Question 6

Wanneer spreek je van een pyelectasie/hydronefrose?

Answer 6

Pyelectatie; pyelum is gedilateerd

Hydronefrose; pyelum en calices zijn zichtbaar

Question 7

Wat is het keyhole sign?

Answer 7

Gedilateerd proximaal gedeelte van de urethra. Door obstructie of bijv urethrakleppen.

Question 8

Wat is het prune-belly syndroom?

Answer 8

Massale dilatatie van de blaas en de hogere urinewegen leiden tot een sterk uitgezette buikwand met ernstige verzwakking van de musculatuur.

Question 9

Wat is de definitie van de multicystic dysplastic kidney (MCDK)? (Multi cysteuze nierziekte)

Answer 9

Cysteuze weefseldegeneratie van de nier. Wordt veroorzaakt door vroege en volledige obstructie of atresie van ureter waardoor nefronen niet goed zijn aangelegd kunnen worden.

Question 10

Wat is de prognose van MCDK?

Answer 10

Bilaterale MCDK is infaust.

Unilaterale MCDK is normaal, mits geen andere problemen.

Question 11

Hoevaak komt een unilaterale nier agenesie voor?

Answer 11

1;1000

Question 12

Waaraan moet je denken bij vroege anhydramnion?

Answer 12

Bilaterale nieragnesie

Question 13

Hoe heet het als beide nieren fuseren?

Answer 13

Hoefijzernier