Hogeschooltaal - Plan van Aanpak Flashcards
Wat vertel je in de achtergrond van een project?
Je informeert de toekomstige projetmedewerkers en buitenwereld zo goed mogelijk over het project.
- Omschrijving organisatie
- Aanleiding tot het project
- Probleemverheldering
Wat vertel je over de doelstelling en het projectresultaat?
Projectdoel => Doelstelling = wat wil de opdrachtgever bereiken?
Gewenst projectresultaat => SMART, maar details later pas.
Wat beschrijf je voor projectgrenzen?
De afbakening van het project (lengte en breedte).
Lengte = tijd/wanneer is het klaar?
Breedte = wat wordt gedaan / voor wie geldt het project?
Wat houden randvoorwaarden in?
Voorwaarden waaraan een project moet voldoen om het project tot een succes te maken.
- Buiten de macht van de projectleden / opdrachtgever.
Wat zijn risico’s van het onduidelijk/niet bepalen van de grenzen van een project?
- Project kan eindeloos door lijken te gaan.
- Onmogelijk om een goede planning te maken.
- Te veel taken => “Door de vele bomen zie je het bos niet meer.”
Waarom zijn tussenproducten handig/nodig?
- Ze vormen meetbare mijlpalen die de voortgang van het project tonen.
2.
Waarom zijn tussenproducten handig/nodig?
- Ze vormen meetbare mijlpalen die de voortgang van het project tonen.
2.
Hoe kan je de kwaliteit van tussenproducten waarborgen?
- Aangeven hoe je het gaat meten.
- Hoe kwalificeer je het projectresultaat?
- Feedback.
- Extern advies.
- Nauwkeurige beschrijving benodigde software.
- Digitale beveiliging.
Wat is belangrijk voor de projectorganisatie?
- Beschrijving projectorganisatie.
- Communicatieplan.
- Vergaderschema
Welke soorten planningen ken je?
- SCRUM board.
- Netwerkplanning = met bolletjes
- Strokenplanning = met stroken