Hemostase en stolling Flashcards

1
Q

Fysiologie

A
  • vrouw Hb < 7,5 = anemie

- man Hb < 8-8,5 = anemie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Fibrinolyse

A
  1. vWF + FVII = vWF-FVII complex
  2. II (protrombine) naar IIa (trombine)
  3. I (fibrinogeen) naar Ia (fibrine)
  4. Stolsel -> repeat
  5. Negatieve feedback: antitrombine, proteïne C en S, plasmine en tissue factor pathway inhibitor -> fibrinolyse
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Factor V leiden mutatie

A
  • Proteïne C bindt niet aan FV -> geen inhibitie fibrine vorming
  • autosomaal dominant, 2-8% NL
  • symptomen: DVT of longembolie, verlies zwangerschap 3e semester
  • levenslang anticoagulantie, heparine bij operaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Antifosfolipide antilichamen

A
  • auto-immuun ziekte
  • vaker bij vrouwen
  • anticardiolipine of bèta2-glycoproteïne antilichamen inhiberen protrombine -> geen proteïne C inhibitie -> geen negatieve feedback
  • geassocieerd met rheumatoïde artritis en lupus erythematosus
  • behandeling: voor trombose profylactische anticoagulanten, na behandeling levenslang clopidogrel of VKA
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Levercirrose/falen

A
  • te veel stolling of juist te weinig

- balans tussen factoren is verstoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Low cardiac output, low flow

A
  • vooral bij shock
  • stase van bloed waardoor het bloed gaat stollen
  • profylactisch LMWH of UFH
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Trias van Virchow

A
  • stase van bloed
  • verhoogde stollingsneiging (door veranderde samenstelling)
  • wand van een bloedvat is aangetast
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Ziekte van Von Willebrand

A
  1. Gedeeltelijke kwantitatieve deficiënte van VWF
  2. kwalitatief VWF defect
  3. Complete deficiënte van VWF
    Behandeling: desmopressine, FVII/VWF concentraat, plasma transfusie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hemofilie

A
  • A: mist factor 8
  • B: mist factor 9
    Behandeling: recombinante coagulantie factor toedienen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

DIC (diffuse intravasal coagulation)

A

Systemische stollingsactivatie met als gevolg trombose van middelgrote en kleine vaten, leidend tot orgaanfalen en verhoogde bloedingsneiging tgv een verbruikscoagulopathie met trombocytopenie en lage concentraties stollingsfactoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Sikkelcel anemie

A
  • vervorming bloedcel waardoor deze vastlopen in bloedvaatjes
  • splenomegalie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

4 vd 4-5-6 regel

A

Transfusie bij een Hb < 4 mmol/L

  • met acuut bloedverlies bij ASA 1, bloedverlies op 1 locus
  • met chronische asymptomatische anemie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

5 vd 4-5-6 regel

A

Transfusie bij een Hb < 5 mmol/L

  • acuut bloedverlies ASA 1 > 60
  • acuut bloedverlies ASA 1 < 60, polytrauma
  • < 60 jaar, preoperatief bij verwacht bloedverlies > 500 ml
  • koorts
  • postoperatieve fase na cardiothoracale operatie
  • ASA II en ASA III zonder complicaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

6 vd 4-5-6 regel

A
  • ASA IV
  • patiënt niet in staat van verbeteren cardiac output
  • sepsis toxische shock
  • zware pulmonale of cerebrovasculaire ziekte
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Zware bloeding

A
  • > 10 units erytrocyten concentraat in 24u transfused
  • verlies 1x circulerende bloevolume in 24 u
  • 50% bloedvolume verloren in 3u
  • 150 ml/min bloedverlies
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Behandeling zware bloeding

A
  • orale anticoagulantia
  • coagulantia functie testen
  • starten transfusie
  • re-evalueren coagulatie
17
Q

Antistollingsmedicatie

A
  • VKA: bij atriumfibrilleren, herhaalde VTE, behandeling actief VTE
  • trombocyten aggregatie remmers: PCI, TIA, CVA, postoperatief, profylactisch
  • heparine: profylactisch voor VTE, ECMO
  • DOAC: atriumfibrilleren, VTE behandeling