COVID crisis Flashcards

1
Q

Geïnfecteerde alveolus

A
  • neutrofielen en macrofagen in alveolus -> triggeren ontstekingsreactie
  • virus gaat in type 2 cellen zitten -> vrijkomen cytokines
  • eiwit en fibrine neerslag
  • inflammatie kan via de long en het bloed naar andere organen
  • long wordt stug en loopt vol -> belemmering oxygenatie en ventilatie
  • beademen met hoge drukken!! (op de buik)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hypoxie

A
  • diagnostische criteria voor ernstig geval

- snelle ademhaling, weinig sputum/hoesten, helder, adequaat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Longweefsel in COVID patiënten

A
  • niet stug en wel compliant
  • veel trombose in kleine vaten
  • perfusie is slecht
  • begint met matglas longweefsel, later consolidaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Behandeling COVID-19

A
  • zuurstof
  • dexamethason en laag moleculair heparine voor trombose remming
  • inflammatie remming: tocilizumab of methylprednisolon stootkuur
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Dexamethason

A
  • als O2 nodig is

- ontstekingsremmer

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly