HC3 Flashcards
Vertel over het verkeersongeluk op de Markt in Den Haag in 1968
Een auto reed met hoge snelheid op de Markt. Het regende en hij slipte. De auto kwam op diens kant. De auto raakte een voetganger, waardoor die voetganger door een etalageruit viel. De ruit viel hierbij naar beneden op een andere voetganger en deze overleed. Kan het overlijden van de voetganger worden toegeschreven aan de autobestuurder? Ja, want hier is sprake van causaliteit. Objectief gezien had hij het kunnen voorzien, want hij had kunnen weten dat er een verkeersongeval zou ontstaan bij hard rijden in de regen. Subjectief gezien had hij niet kunnen voorzien dat specifiek dit zou gebeuren. HR ging mee met de objectieve voorzienbaarheid. Hij werd dus veroordeeld. Er was wel kritiek op: tot hoever kan je de objectieve voorzienbaarheid oprekken? Vrij snel daarna kwamen ze met de redelijke toerekening
Wat is causaliteit?
- De relatie tussen oorzaak en gevolgen: handelen of nalaten van de verdachte
- Objectieve zijde van het strafbare feit: bewijsvraag. Is het tenlastegelegde feit begaan door de verdachte, bewezenverklaard?
- Wat is er gebeurd? Wie kan aansprakelijk worden gehouden voor het ingetreden gevolg?
- Keten van gebeurtenissen
- Causaliteit is vaak eenvoudig vast te stellen: bv. iemand die is overleden door een schotwond in het hoofd. Dat is vrij duidelijk
Waar is causaliteit relevant bij?
- Materieel omschreven delicten: Met materiële delicten worden die strafbare feiten bedoeld, welke het veroorzaken van een bepaald gevolg omvatten (bv. doodslag)
- Door het gevolg gekwalificeerde delicten: zwaardere delicten dan het gronddelict
- Diverse andere delicten, zoals oplichting
- Andere leerstukken. zoals ontoerekenbaarheid
Causaliteitstheorieën gaan over of causaliteit een feitelijke of normatieve vraag is, welke leer of welk criterium duidelijkheid biedt en leidt tot wenselijke uitkomsten etc. Welke causaliteitstheorieën zijn er?
- Conditio sine qua non
- Causa proxima
- Adequate veroorzaking
- Redelijke toerekening
Wat houdt de conditio sine qua non in?
Voorwaarde zonder welke niet. Je moet vaststellen dat een bepaalde handeling onmisbaar is voor het intreden van het gevolg. Kan je de handeling weglaten en dat het gevolg dan niet intreedt, dan is er sprake van causaliteit. In de keten van gebeurtenissen is de gedraging van de verdachte de noodzakelijke factor geweest voor het intreden van het tenlastegelegde gevolg.
Wat is het probleem met conditio sine qua non?
Het is onbepaald. Is alles wel strafwaardig? Conditio sine qua non is een hulpmiddel, maar op zichzelf veel te ruim om causaliteit in strafzaken vast te stellen
Wat houdt causa proxima in?
Dit is de tegenhanger van conditio sine qua non. In de keten van gebeurtenissen is de gedraging van de verdachte de laatste factor geweest voor het intreden van het tenlastegelegde gevolg. Causa proxima geeft aan dat ergens een beperking nodig is, maar dit wordt in de huidige rechtspraak niet echt meer gebruikt. Behalve dat er ergens grenzen moeten worden gesteld aan de redelijke toerekening. Dan wordt er gedacht, dit is zo ver verwijderd van het gevolg, dit kunnen we niet meer toerekenen.
Wat houdt adequate veroorzaking in?
In de keten van gebeurtenissen was voorzienbaar dat de gedraging van de verdachte zou leiden tot het intreden van het tenlastegelegde gevolg. Dit kan zich op een objectieve (achteraf kijkende) of subjectieve (kijken naar specifieke casus, specifieke gedachte) voorzienbaarheid. Er wordt vaak gekozen voor objectieve voorzienbaarheid.
Wat houdt redelijke toerekening in?
Het tenlastegelegde gevolg is redelijkerwijs toe te rekenen aan de gedraging van de verdachte (zie Letale Longembolie). Dit is terug redeneren.
Welke factoren hebben betrekking op of een toerekening redelijk is?
- Aard van de gedraging (Aortaperforatie)
- Opzet/schuldverband
- Ratio van de delictsomschrijving (Shaken Baby)
- Invulling mede aan de hand van oude theorieën, met name conditio sine qua non en adequatie (voorzienbaarheid)
Wat valt er onder de aard van de gedraging bij bepalen of een toerekening redelijk is?
- Wat voor gedraging is er verricht door de verdachte en is die geschikt voor het aansprakelijk zijn voor het tenlastegelegde gevolg?
- Aortaperforatie: Met mes in de buik steken. Slachtoffer ernstig gewond. Er is sprake van een medische misser. De aorta van het slachtoffer is geperforeerd, maar dat is niet gezien door de artsen, dus het slachtoffer is overleden door een medische fout. HR zegt: dat gaat niet op. Als je iemand in diens buik steekt, dan weet je dat iemand medische hulp nodig heeft en dan kan je er redelijkerwijs vanuit gaan dat iemand kan overlijden. Hoe de artsen hebben gehandeld, staat niet in de weg van de redelijke toerekening
Wat houdt het opzet/schuldverband in?
- Opzetdelicten: je hebt de wil om iemand te doden. Als je opzet bij de verdachte kan vaststellen, ben je dichterbij het antwoord op de vraag of je het gevolg redelijkerwijs aan iemand kan toerekenen
- Bij schuld ligt het anders. Dan heeft iemand aanmerkelijk onvoorzichtig gehandeld. Dat is minder snel een indicator van redelijke toerekening. Je gaat kijken naar: was het voorzienbaar?
- Bij geobjectiveerde delicten (bv. mishandeling) hoeft het opzet niet te zien op het intreden van het gevolg, maar op het opzet op het handelen, dus mishandelen.
Wat houdt ratio van de delictsomschrijving in?
Waar ziet het delict op? Bv. Waarom hebben we moord in het WvSr staan? Omdat we het recht op leven niet willen schenden.
Er zijn ook enkele complexe causale ketens. Welke zijn er?
- Tussenliggende factor
- Onduidelijkheid conditio sine qua non bij nalaten
- Alternatieve causaliteit
Wat houdt complexe causale keten: tussenliggende factor in en welke soorten zijn er en wat houden die in?
Dit houdt in: Gebeurtenissen tussen gedraging en het intreden van het gevolg. De volgende soorten zijn er:
- Een medische complicatie (Letale longembolie): longembolie hier fataal, niet het letsel van het verkeersongeval.
- Een medische fout (Aortaperforatie): Iemand krijgt niet de optimale medische zorg. Als die andere medische zorg had gehad, dan had het slachtoffer het kunnen overleven
- Keuze van het slachtoffer (Dwarslaesie): Slachtoffer heeft zelf een bijdrage aan het intreden van het gevolg. Dwarslaesie arrest: verdachte had zijn vriendin neergeschoten in haar hals. Zeer ernstige verwondingen, dwarslaesie. Ze liep een ernstige longinfectie op, maar ze wilde zich niet laten behandelen, omdat ze dan haar hele leven verlamd zou zijn. Als ze zich wel had laten behandelen, dan zou ze wellicht later zijn overleden. HR zegt: keuze van het slachtoffer staat niet in de weg van het redelijkerwijs toekennen van schuld aan de verdachte. Hij had nog steeds redelijkerwijs kunnen bedenken dat zij had kunnen overlijden.