HC10 - Diabetes Mellitus Flashcards

1
Q

Waaruit bestaat de pancreas?

A

Uit een endocrien en een exocrien deel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is het endocriene deel van de pancreas en waar bestaat die uit?

A

Dat zijn de eilandjes van Langerhans met beta- en alfa-cellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat produceren alfa- en beta-cellen?

A

Alfa: glucagon
Beta: insuline

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welke twee aandoeningen kunnen de B-cellen krijgen?

A
  • Ze geven te weinig hormoon af (hyperglycemie -> diabetes mellitus)
  • Ze geven te veel hormoon af (hypoglycemie -> insulinoom)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is er sprake van diabetes mellitus?

A

Wanneer er sprake is van een persisterende hyperglycemie.
In de praktijk houdt dit in dat er glucose in de urine is terug te vinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Waar wordt diabetes mellitus gemeten?

A

In het veneuze plasma van een nuchter dier

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe kun je diabetes mellitus indelen?

A
  • Aan de hand van insulinebehoefte (insuline-afhankelijk en insuline-onafhankelijk, maar dit is niet nuttig want dieren kunnen overlopen tussen groepen)
  • Aan de hand van de pathogenese; primair of secundair (oorzaak in de endocriene pancreas of daarbuiten, maar het is vrijwel altijd primair)
  • Aan de hand van de humane indeling
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe werkt de indeling van DM aan de hand van de humane indeling?

A
  • Type 1 DM
  • Type 2 DM
  • Overige specifieke types DM (type 3)
  • Zwangerschaps DM
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat houdt type 1 DM in?

A

Er is dan sprake van (autoimmune) destructie van de beta-cellen, waardoor er geen of te weinig insuline secretie is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wanneer komt type 1 DM voor?

A
  • Mens: op jonge leeftijd
  • Hond: op middelbare of oudere leeftijd
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zie je hier?

A

Links: normale pancreas met eilandje van Langerhans
Rechts: pancreas na destructie eilandje van Langerhans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat houdt type 2 DM in?

A

Er is dan sprake van insulineresistentie vooral door overgewicht of inactiviteit (lifestyle factors dus)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn risicofactoren voor type 2 DM?

A

Leeftijd (ouderdom) en genetische factoren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe kun je een relatief insulinegebrek krijgen bij type 2 DM?

A

Omdat er sprake is van een insulineresistentie ga je veel glucose meten in het bloed. Dit merkt het lichaam zelf ook op waardoor het steeds meer insuline gaat produceren. Hierdoor krijg je hydropische degeneratie van de beta-cellen, waardoor er geen overmaat aan insuline meer kan worden geproduceerd om te compenseren voor de resistentie.
Het is relatief omdat insuline vast heel hoog zal zijn, maar dus niet genoeg.
Als alle beta-cellen kapot zijn krijg je een absoluut tekort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is, naast hydropische degeneratie, een andere oorzaak van het kapot gaan van de beta-cellen bij DM type 2?

A

Amyloïdose
De beta-cellen maken namelijk ook nog amyline uit, en scheiden dit in hetzelfde secretieblaasje met insuline uit. Als er dus heel veel insuline wordt uitgescheiden wordt er automatisch ook veel amyline uitgescheiden. Dit gaat samenklonteren en vormt amyloïd (wat toxisch is voor beta-cellen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zie je hier?

A

Amyloïdose van de eilandjes van Langerhans

17
Q

Welke oorzaken hebben overige specifieke types DM (type 3)?

A
18
Q

Wat houdt zwangerschaps DM in?

A

Tijdens de zwangerschap geproduceerde hormonen veroorzaken insulineresistentie. Dit komt alleen bij de mens voor, maar bij de hond is iets vergelijkbaars te vinden.

19
Q

Hoe ziet ‘zwangerschaps DM’ bij de hond er uit?

A

Gedurende een normale cyclus wordt er een geel lichaampje geproduceerd, wat er voor zorgt dat er nog voor twee maanden progesteron wordt teruggevonden. Progesteron zorgt voor groeihormoonproductie in de melkklieren, wat naar het bloed gaat. Dit levert insulineresistentie op.

20
Q

Wat is de therapie van ‘zwangerschaps DM’ bij honden?

A

De eierstokken verwijderen, zodat er geen progesteron meer wordt geproduceerd.
Je moet dit snel doen, want na drie weken gaat de suikerziekte nooit meer weg

21
Q

Bij een insulineresistentie heb je dus een lage insuline/glucagon ratio. Wat heeft dit voor gevolg voor het koolhydraat metabolisme?
Oftewel: wat zijn de 3 redenen dat de glucose concentratie hoog is bij een diabeet?

A
  • Remt opname glucose uit het bloed in spier- en vetcellen (door minder inbouw van Glut-4)
  • Stimuleert gluconeogenese (en remt glycolyse)
  • Stimuleert de afbraak van glycogeen
22
Q

Wat heeft de lage insuline/glucagon ratio voor gevolg voor het vet metabolisme?

A
23
Q

Wat heeft de lage insuline/glucagon ratio voor gevolg voor het eiwit metabolisme?

A
  • Remt de eiwit synthese
  • Stimuleert de eiwit afbraak
    (spier-atrofie)
24
Q

Wat zijn de drie redenen dat een diabeet vermagert?

A
  • Minder vet
  • Minder eiwitten
  • Energieverlies door glucosurie
25
Q

Bij een hyperglycemisch dier treedt glucosurie op om het overschot aan glucose weg te werken. Welke gevolgen heeft dit?

A
  • Energieverlies
  • Polyurie (glucose trekt water mee) en polydipsie (te veel waterverlies, dus meer drinken)
  • Hyponatriëmie, -kaliëmie en fosfatemie (leidt o.a. tot spierzwakte)
26
Q

Wat zijn de lange termijn complicaties van hyperglycemie?

A

Je krijgt sorbitol-vorming en glycering van eiwitten, wat kan leiden tot een cataract, neuropathie, nefropathie of retinopathie

27
Q

Wat is een cataract?

A

Vertroebeling van de lens bij een diabeet.
Dit komt door de opslag van sorbitol in de lens, en door glycering van de lens eiwitten

28
Q

Wat is er mis met deze kat?

A

Deze kat loopt op zijn hakken door neuropathie, veroorzaakt door sorbitol opslag en glycering van de eiwitten daar, waardoor de zenuwgeleiding vermindert.

29
Q

Wat meet je bij een dier om de mate van glycering van eiwitten te onderzoeken?

A

Dan ga je de fructosamines meten (geglyceerde albumine).
Bij de mens meet je geglyceerd hemoglobine.

30
Q

Kun je een kat met diabetes type II behandelen met stimulatie van insulinesecretie?

A

Nee, dit wordt wel bij de mens gedaan (met sulfonylureumderivaten), maar niet bij de kat, want:
- Bij 75% van de katten niet effectief
- Je krijgt extra amyloïdvorming
- De beta-cellen hebben eigenlijk rust nodig (geen stimulatie)

31
Q

Kun je een kat met diabetes type II behandelen met het verminderen van de insulineresistentie?

A

Ja
Dit doe je door het stimuleren van lichamelijke activiteit en gewichtsverlies (langzaam bij de kat, anders krijg je leververvetting)

32
Q

Wat kun je bij een kat met DM type II doen naast het verminderen van de insulineresistentie?

A
  • Dieetmaatregelen (laag koolhydraat/hoog eiwit)
  • Insulinesubstitutie
33
Q

Waar moet je op letten bij behandeling met insuline bij een kat?

A
  • Het werkt max 12 uur (dus 2 maal daags s.c. toedienen)
  • De dosering moet je lichtelijk gokken, want er is een resistentie. Het is afhankelijk van de plasmaglucose concentratie bij diagnose en het gewicht
34
Q

Hoe kun je de gegeven insulinedosis checken of het gewerkt heeft?

A

Je controleert door het meten van de plasmaglucoseconcentratie (bij katten +/- 4 uur na insulinegift).
Afhankelijk van de plasmaglucoseconcentratie wordt de dosis insuline aangepast: