HC1: embryonale ontwikkeling en functionele bouw van de lever Flashcards

1
Q

hoe verloopt de embryonale ontwikkeling van de lever/galblaas?

A

De lever ontstaat uit twee verschillende kiembladen: endoderm en mesoderm. Uit het endoderm ontstaat de oerdarm, en uit het eerste stukje daarvan (de voordarm) ontstaat een stukje lever: de ventrale endodermale knop. Uit deze knop vormen twee gedeeltes naar het craniale en caudale deel: uit het craniale deel ontstaan de lever en de galgangen, en uit het caudale deel ontstaat de galblaas en de ductus cysticus. Uit het mesodermale deel ontstaan het septum transversum en de vv. vitellinae. Een deel van de uitstulping (die de lever gaat vormen, dus endoderm) gaat ingroeien in het septum transversum.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat is de rol van de vv. vitellinae

A

nutriënt rijk bloed uit de dooierzak naar het embryo toe brengen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

waar is het septum transversum de voorloper van?

A

diafragma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

welke structuren van de lever ontstaan uit de vv. vitellinae?

A
  • leversinusoïden
  • deel van de v. cava caudalis
  • poortader
  • ductus venosus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

waar gaat zuurstofarm bloed uit het abdomen heen als het langs de lever is geweest?

A

De lever voert het af naar de vv. hepaticae, en deze monden allemaal uit op de v. cava caudalis welke naar het hart loopt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat is de ductus venosus?

A

Een snelweg door de lever heen. Het is alleen een embryonale structuur. Nodig omdat er dan weinig weerstand is voor het zuurstofrijke bloed vanaf de moeder, zodat dit zo snel mogelijk de embryonale circulatie in kan gaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

welke van de vv. vitellinae gaat in regressie?

A

de linker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

welk vat ontstaat uit het caudale deel van de vv. vitellinae?

A

de v. porta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

welk vat voert al het zuurstofarme bloed af van de buikorganen naar de lever toe?

A

v. porta

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

welke van de vv. umbilicale gaat in regressie?

A

de rechter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

welk embryonaal vat voert zuurstofrijk bloed aan?

A

v. umbilicalis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

hoe is de ligging van de lever?

A
  • in het intrathoracale deel van het abdomen
  • tegen het diafragma aan
  • de lever ligt meestal bijna volledig achter de ribboog
  • bij veel diersoorten centraal gelegen, bij herkauwers rechts
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

op welke manier is de lever opgehangen?

A

dorsaal:
- aan het omentum minus van de maag
ventraal:
- ligamentum falciforme

verbindt lever met diafragma:
- ligamenti coronaria
verbindt lever met linker crus:
- ligamentum triangulare sinistra

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

tussen welke lobben ligt de galblaas altijd?

A

tussen de quadratus en de rechter lob

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

tussen welke lobben ligt het ligamentum falciforme?

A

tussen de quadratus en de linker lob

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

tussen welke lobben ligt de vena cava caudalis?

A

rechter lob en caudatus

17
Q

tussen welke lobben vinden we de oesophagale impressie?

A

linker lob en caudatus

18
Q

tussen welke lobben ligt de hilus van de lever (leverpoort)?

A

caudatus en quadratus

19
Q

waaruit bestaat de hilus van de lever?

A
  • a. hepatica

- v. porta

20
Q

waarom zit er een inkeping in de processus caudatus van de rechter lever helft?

A

omdat daar de impressio renalis is: een afdruk van de rechter nier

21
Q

waarom is de lever van het paard bleker en brozer?

A

de lever van het paard is veel vettiger

22
Q

wat is het verschil in levers tussen roofdieren en herbivoren?

A

de levers van roofdieren hebben veel prominentere lobben met diepere inkepingen

23
Q

wat is heel typerend voor de varkens lever?

A

de lobuli hebben veel meer bindweefsel om zich heen dan bij andere dieren

24
Q

welke cellen maken de gal?

A

hepatocyten

25
Q

hoe verloopt de afvoer van gal vanaf de lever?

A

galcanaliculi -> galductuli -> interlobulaire ductus -> ductus hepaticus en ductus cysticus -> ductus choledochus -> papilla duodeni major

de ductus cysticus loopt naar de galblaas
de ductus hepaticus loopt direct naar de ductus choledochus

26
Q

welke sfincter reguleert de ductus choledochus?

A

sficter van Oddi

27
Q

wat is een ander woord voor de leverpoort?

A

Hilus

28
Q

hoe verloopt de bloedvoorziening van de lever?

A
  • 80% komt uit de vena porta (O2 arm), 20% uit de a. hepatica (O2 rijk)
  • beiden komen binnen bij de hilus
  • beiden vertakken in interlobulaire arteriolen en venulen
  • via leversinusoïden langs de hepatocyten naar interlobulaire centrale venen
  • centrale venen voeren het af naar vv. hepaticae
  • vv. hepaticae voeren bloed af naar vena cava caudalis
29
Q

via welke toedieningsroute gaat medicatie niet langs de lever?

A
  • laatste stukje rectum (zetpillen)

- voorste deel mondholte (pillen onder de tong)