HC 9 Why are diabetes and depression associated Flashcards

1
Q

Verstoord mechanisme DMT2

A

Insulinereceptoren worden resistent voor insuline -> minder activatie glucose proteine transporters -> minder glucose in cellen opgenomen -> pancreas insulineproductie verhogen (upregulation) om glucose meer effectief te transporteren -> overbelasting pancreas -> glucose in plasma neemt toe -> diagnose diabetes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Cognitieve klachten depressie

A

Anhedonie (verlies van plezier), schuld, hopeloosheid, suicidaliteit, droevige stemming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Somatische klachten depressie

A

Vermoeiheid, eetverstoringen, gebruik aan energie, slaapproblemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Depressie is een biologische aandoening met drie factoren

A
  1. Genetische predispositie (bepaalde genen geven hoger risico)
  2. Centrale, biochemische veranderingen (minder 5HT, biologische clock, slaapfases, centrale secretie CRF, NE)
  3. Perifere, fysiologische gevolgen (fysiologische die zorgen voor andere veranderingen -> meer cortisol, meer NE veranderingen in immuunfunctioneren, veranderingen in cardiovasculair functioneren)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Insulitis

A

Ontsteking bètacellen waarbij cytokines aanwezig zijn en er progressief verlies van is van bètacellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Neurodegeneratie

A

Hypercortisolisme en insuline tekort leidt tot cognitieve achteruitgang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Oxidatieve stress

A

Normaal verouderingsproces door metabolisme van zuurstof -> ontstaan DNA schade en cel dood

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Epigenetica

A

Gen-omgeving interactie -> er moeten omgevingsfactoren zijn die genetische actie aanzetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Insulinedeficiëntie

A

Tekort aan insuline -> ontstaat op termijn door verstoorde werking van verwerking van koolhydraten
- Te veel suiker -> overproductie insuline
- Overproductie -> compensatie -> amyline plaques -> minder uitscheiden insuline
- Verminderde bètacelfunctie met leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Insulineresistentie

A

Cellen reageren minder op dezelfde hoeveelheid insuline -> gevoeligheid van target-organs voor ontvangen van insuline zodata insuline naar binnen kan
-> neemt toe met leeftijd (leefstijl en obesitas)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

5 pathways depressie

A
  1. Epigenetica (circadiane ritmes + methylatie GLUT1 receptor)
  2. Circadiane ritmes (shared pathways)
  3. Innate inflammatory respons (Dep -> Dia)
  4. HPA-as (Dep -> Dia)
  5. Insulin resistance (Dia -> Dep)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Circdiaans ritme

A

Bepaalt dag en nacht ritme & hormoonritmes
1. Deels intern bepaald
2. Deels extern bepaald door sociale zeitgebers (maaltijden, dagelijkse gewoonten, activiteiten, rust, werk, jetlag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Clock genen

A

Zorgen voor het reguleren van allerlei getimede processen (Suprachiasmatische nucleus (SCN))

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Oscillerende functie

A

Is verschoven in depressie -> fase van golf (piek/dal) is naar voren geschoven -> beïnvloedt:
- temperatuur
- verkeerde momenten REM-slaap
- melatonine gaat te laat omhoog
-> veroorzaken slaaproblemen -> stemmingsproblemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

GLUT1 receptorgen

A

Glucosetransporter in hersenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Methylatie van GLUT1 receptorgen

A

Glucose gaat door GLUT1 transporter cellen in -> als zo’n GLUT1 gen gemethyleerd is, worden methylgroepen toegevoegd en verandert de genexpressie -> productie GLUT1 geremd
- Depressie -> meer methylatie -> minder glucose in hersenen -> minder cognitief functioneren

17
Q

Kynurenine pad

A

Zorgt bij activatie voor afbraak SE