Hc 6 Flashcards

1
Q

Emotion focused therapie

A

ook wel proces-experiëntiele psychotherapie, genoemd werd gebruikt door Greenberg, Rice, Elliot, Watson, Goldman, Paivio, Pascual-Leone. Het integreert verschillende disciplines en theorieën:
• Cliëntgerichte-experiëntiele therapie.
• Empathie, echtheid en aanvaarding (Rogers).
• Focusing (Gendlin).
• Existentiële therapie.
• Interactionele therapie.
• Gestalttherapie (Perls).
• Emotietheorieën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Basis EFT

A

• Hoge mate van betrokken aanwezigheid en verzorgen van therapeutische
relatie:
• Focus op emotie als organiserend principe en sleutel tot transformatie
• Focus ligt op emotie als organiserend principe en de sleutel tot transformatie.
• Hoge mate van empathische afstemming.
• Hoge mate van collaboratie tussen therapeut en cliënt en afstemming rondom
doelen en taken in therapie.
• Hoge mate van proces differentiatie. • Experiëntieel herkaderen van cliëntproblematiek volgens emotietheorie: case
formulation.
• Evidence-based. cliënten die meedoen in evidence-based hebben een zuivere
vorm van een stoornis, bijv. een zuivere vorm van depressie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Therapeuthische relatie

A

echtheid, aanvaarding & empathie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Proces differentiatie

A

differentiële empathie, specifieke
markers en taken, gericht op exploreren, actief evoceren en transformeren van
emoties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Case formulation

A

Experiëntieel herkaderen van cliëntproblematiek volgens emotietheorie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Emoties: Fundamenteel Adaptief

A

• We construeren onze realiteit voornamelijk op basis van emoties: hoe we een ervaring beleven wordt gebaseerd op emoties.
• Emoties zijn een bron van idiosyncratische informatie, ze wijzen ons op wat belangrijk is voor ons.
• Emoties helpen ons te overleven, ze triggeren efficiënte, automatische reflexen in belangrijke situaties.
• Emoties geven ons een gevoel van identiteit, ze integreren onze ervaringen, geven ze betekenis aan wie we zijn en persoonlijke waarde.
• Emoties bereiden ons voor op actie: emoties genereren wensen/ behoeften en deze zetten ons aan tot actie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

E-motion

A

“what moves us”. Emotie is [1] wat ons beroert, én [2] in beweging zet. We verbinden ons, omdat we ons bang of aangetrokken voelen. Zonder angst zouden we het gevaar niet ontvluchten. Zonder mededogen zouden we niet voor anderen zorgen. Zonder nieuwsgierigheid zouden we geen nieuwe dingen ontdekken; enz.
Als je weet wat je voelt, weet je wat je nodig hebt, en dan weet je wat je moet doen. Emoties en gevoelens gebruiken we door elkaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Grensoverschrijding, aanval op zelf, familie of eigendom —>

A

Emotie: Woede/ kwaadheid —> adaptieve acties; Energie genereren, grenzen beschermen & verdedigen
(PLAATJE)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Problemen bij emotionele verwerking

A

• Emotieregulatie: soms staan we te dicht of te ver van onze emoties.
• Emotiescheme’s: soms komen we vast te zitten in een emotie, omdat we een
belangrijk element van de emotie missen.
• Verschillende soorten van emotionele responses: de belangrijkste emotie wordt
soms gemaskeerd door meer opvallende emoties.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Oplossing emotieregulatie

A

Bij emotieregulatie moet je leren om gaan met te veel of te weinig emotie. Er moet er werkbare afstand zijn van emoties, zodat je het wel kan voelen, maar wel nog rationeel over na kan denken.
- emotionele afstand inbouwen
- emotioneel contact bevorderen

Voorbeeld (kwaadheid):
• Blind van woede (agressief, overspoelend, ‘ondergereguleerd’).
• Kwaadheid (assertief, handig voor het stellen van grenzen).
• “Teleurgesteld” (kan ‘overgereguleerde’ kwaadheid zijn: sub-assertief,
ingehouden kwaadheid, maar voelbaar in het lichaam).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Emotionele afstand inbouwen

A

֍ Afleiding (tijdelijke oplossing).
֍ Steun en begrip (empathic understanding) en eilige context voor het
toelaten van emotie.
֍ Emotie symboliseren in woorden of beelden (empathische exploratie,
focusing, creatieve expressie).
֍ Taal- en beeldgebruik die de emotie helpt begrenzen (clearing a space).
֍ Empathic affirmation, self-soothing task.
֍ Krachten van de cliënt aanspreken en bevestigen.
֍ Pre-therapie, contact-bevorderende interventies.
֍ Empathie: voelen met mensen, niet de problemen proberen te sussen,
want dit helpt niet, ook al voelt dit voor velen wel zo. Je moet enkel de emotie van de ander accepteren, luisteren en erkenning geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Emotioneel contact bevorderen

A

֍ Focusing.
֍ Evocative unfolding.
֍ Trauma retelling.
֍ Meaning work.
֍ Two chair work.
֍ Empty chair work.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Empathie

A

• L: Luisteren, Lossen van eigen oordeel of angst, Laten zijn.
• E: Erkenning geven aan de Emotie en meevoelend Exploreren wat het nodig
heeft.
• (O: Oplossingen helpen zoeken).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Emotionele informatie verkennen/benutten

A

Bepaalde emotionele informatie kan ontbreken, omdat we hier niet naar willen kijken. We kunnen wijs worden uit onze emoties, wanneer we bereid zijn om:
• Ze serieus te nemen.
• Ze te reguleren.
• Ze aandacht te geven.
• Ze te onderzoeken: differentiëren, symboliseren, toetsen.
• Ze te aanvaarden.
• Ze toe te eigenen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Oplossingen emotieschema’s

A

Wanneer je een emotie gaat verkennen, moet je beseffen dat het niet op zichzelf staat. Emoties wordt beïnvloedt door de situatie, symbolisering, gedragen lichamelijke reacties. Een scheme is veel beweegbaarder dan een schema.
• Een soort vlinderdiagram dat bestaat uit verschillende elementen.
• Symboliseren: er een label aangeven. Cognitieve element van een emotie. Je kunt vastlopen in één element.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Verschillende types emoties

A
  • primair adaptieve emotie
  • primair maladaptieve emotie
  • secundaire reactieve emotie
  • intrumentele emotie
17
Q

Primair adaptieve emotie

A

niet aangeleerde, productieve, directe respons op een situatie. Zijn flexibel en gepast op een bepaalde situatie.

Situatie—> primaire emotie—> adaptieve actie

18
Q

Primair maladaptieve emotie:

A

aangeleerde, directe respons op een situatie: Bij traumatische ervaringen worden de ervaring van jezelf en anderen beïnvloedt.

                Past experiences| Situatie—> activation of abuse scheme—> primary emotion—> maladaptive action
19
Q

Secundaire reactieve emotie:

A

de primaire emotie wordt verborgen onder een secundaire emotie, een emotie over een emotie.

Situatie—> primary emotion—> secondary reactive emotion—> nonadaptive action

20
Q

Instrumentele emotie:

A

een emotie die wordt voorgewend omwille van het bedoelde effect, onafhankelijk van de echte emotie.

Situatie—> interpersonal intention—> manipulative action; emotion display

21
Q

Transformeren van emotie

A

• Adaptieve emoties: laten vervolledigen.
• Secundaire emoties: proberen te kijken naar wat er onder zit.
• Veranderen van een emotie met een emotie: er is een primaire maladaptieve
emotie, maar er zit een andere emotie onder die meer adaptief is, en die gaan
we proberen naar voren te laten komen.
• Synthese: nieuwe herinnering. In plaats van schaamte wordt plaats gemaakt
voor bv trots.
• Opkomen van primair adaptieve emoties.

22
Q

Onvervulde behoefte op vlak van hechting en identiteit

A

• Hechting (kindertijd) → verlatingsangst (niet veilig)
• Identiteit (later) → schaamte (niet goed genoeg/
afwijzing)

Negatieve overtuiging over onszelf en de ander → Emotionele vermijding als overlevingsstrategie → Verlies van authentieke connectie met onszelf & ander → Wapenschild als ‘bescherming’.

23
Q

Lagen van Emotioneel Reageren
Situatie → Emotie → Actie

A
  1. Instrumenteleemotie:omindruktemaken,effecttehebbenofomdatjedit‘zou
    moeten’ voelen staat los van de authentieke emotie (of volumeknop omhoog)
    Wat is het doel? Vanuit welke authentieke behoefte komt dit voort?
  2. Secundair Reactieve emotie: verharde emotionele reactie (gericht naar jezelf of …..de ander) die een meer fundamentele/ primaire emotie afdekt.
    ….Wat is de onderliggende kwetsbaarheid? Waarom moet die afgedekt blijven? 2. Primaire Maladaptieve emotie: vertrouwde/ terugkerende vastgeroeste emotie. ….Beperkende overtuiging over zelf/ ander/ leven, aangeleerd doorheen pijnlijke ….levenservaringen.
    ….Wat is de oorsprong hiervan? Uit welke kernpijn en de onvervulde behoefte komt ….dit voort?
  3. Primaireadaptieveemotie:nieuweemotiealsgezonderesponsopeenhuidige
    situatie, bijv. nieuwsgierigheid, mededogen, beschermende kwaadheid, verbindend verdriet.
    Wat is de helpende intentie en nodige actie?
24
Q

Therapeutisch Werken: Rogers (Grondhoudingen voor een Helpende Relatie

Therapeutische Werken: Dialectisch Proces (Focus op Emotie)

A

(PLAATJE)

25
Q

Therapeutische taken

A

Therapeutische taken moeten gebaseerd zijn op onderzoek naar menselijke probleemoplossing (taakanalyse), omdat de cliënt specifieke onmiddellijke problemen (cognitief-affectieve taken) meebrengt naar de sessie

26
Q

Elementen van therapeutische taken

A

• Marker: observeerbaar signaal dat een cliënt klaar is om aan een probleem te
werken.
• Taakanalyse in 6 processtappen.
• Specifieke interventies van de therapeut bij elke stap.
• Resolutie: hoe ziet dit eruit.

27
Q

(12?) Markers en taken

A
  • empathy-based tasks
  • relationele taken
  • experiencing tasks
  • reprocessing tasks
  • enactment tasks
28
Q

Empathy based tasks

A

֍ Probleem-relevante ervaring → empathic exploration. ֍ Hoge kwetsbaarheid → empathic affirmation.

29
Q

Relationele taken

A

֍ Begin van therapie → alliance formation.
֍ Vermijding of confrontatie → alliance dialogue.

30
Q

Experiencing tasks

A

֍ Attentional focus difficulty → clearing a space.
֍ Unclear feeling → experiental focusing.
֍ Difficulty expressing feelings → allowing & expressing emotion.

31
Q

Reprocessing tasks

A

֍ Narrative marker → trauma retelling.
֍ Meaning protest → meaning work.
֍ Problematic reaction point → systematic evocative unfolding.

32
Q

Enactment tasks

A

֍ Conflict split → two chair work.
֍ Unfinished business → empty chair
work.
֍ Stuck, collapsed self →
compassionate self-soothing.

33
Q

Conflict split (two chair work)

A

• Marker: er zijn 2 conflicterende delen van het zelf waartussen cliënt zich verscheurd voelt.
• Doel: zelfrelatie transformeren door separatie en contact. Rechtstreekse dialoog tussen delen van het zelf.
• Gericht op evocatie, het verhogen van de intensiteit van ervaring als kans om tot op de bodem van het emotionele proces te komen.
• Herkaderen: je bent niet zomaar slachtoffer van je emotie, maar ook de aanstuurder.

34
Q

Mogelijke conflict splits

A

֍ Self-evaluation split (self-critic).
֍ Coaching split (self-coercion).
֍ Self-interruptive split (guard).
֍ Attribution split (~projected introjects)
֍ Descision split. ֍ Depressive split. ֍ Axiety spit.

35
Q

Empty chair work

A

Verder werken met lege stoel werk voor unfinished business: rechtstreekse expressie van core pain & unmet need naar significante anderen. Mogelijks corrigerende ervaring, of afgrenzing en closure.

36
Q

Compassionate self-soothing

A

Transformatie naar meer adaptief self-scheme verankeren met self-soothing: “Wees zelf eens de ideale ouder voor jezelf. Wat zeg je dan tegen dat kleine meisje?”

37
Q

Klinisch vignet; sociale angststoornis

A

• Anxiety split: (secundair reactief)
• Self-Critic split: (primair maladaptief)
• Unfinished business: (core pain → basic need)
• Self-Soothing: (primair adaptief).

38
Q

EFT-C interactie cirkels

A

(PLAATJE)