H9 Flashcards

1
Q

Relevantie houdt in dat:

A

het merk een antwoord moet zijn op relevante behoeften van de doelgroep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Dominantie houdt in dat:

A

het merk opvallend aanwezig moet zijn, zowel fysiek als mentaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke 4 mogelijkheden zijn er om de belofte te ondersteunen?

A
ER zijn vier mogelijkheden die alle leiden tot een positionering. 
A. Informationeel. 
B. Transformationeel
C. Tweezijdig
D. Uitvoeringspositionering
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat omvat een informationele positionering?

A

Hierbij worden de voordelen an het gebruik van een merk verbonden met de functionele eigenschappen van het product.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe wordt een transformationele positionering ook wel genoemd?

A

Imago- of levensstijlpositionering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke behoefte wordt gekoppeld bij een transformationele positionering?

A

Een bepaalde levensstijl of eindwaarde wordt hierbij gekoppeld aan de merknaam..

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij welke soort producten/merken wordt de transformationele positionering gebruikt?

A

Bij producten en merken die je voor je plezier koopt, die weinig of niet van elkander verschillen en bij producten waarbij het ontluisterend is om over de eigenschappen/ingrediënten te spreken (zoals parfums).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Waarom wordt er bij parfums vaak gekozen voor een transformationele positionering?

A

Het gaat hierbij om het overbrengen van een lifestyle. Een informationele positionering zou waardeloos zijn, want niemand zit te wachten op informatie over de eigenschappen van de parfum zelf.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat omvat een tweezijdige positionering?

A

Hier worden zowel de functionele en de productvoordelen als met de waarden van de consument verbonden. Zowel informationeel als transformationeel dus!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is een uitvoeringspositionering, ook wel executiepositinering genoemd?

A

Dit is een positionering vanuit de executie of uitvoering van de campagne. Bijv. zoals het beertje bij Robijn en Harry de supermarktmanager bij AH.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wanneer is een uitvoerings/executiepositionering zinvol?

A

In een markt met sterk concurrerende markten, waarin merken niet of nauwelijks van elkaar verschillen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is intertie?

A

Dit is het vertraagde effect van een goede of slechte reputatie of van een in het verleden gekozen positionering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waartoe moet een positioneringstrategie leiden?

A

Tot een duidelijke en onderscheidende positionering van een merk in de gedachten en beleving van de consument.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat wordt bedoeld met fysieke dominantie?

A

Hiermee wordt bedoeld dat je in de echte wereld steeds ‘tegen het merk aanloopt’. Het ligt voor het grijpen, het ligt er zo bij dat je bijna gedachteloos pakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is mentale dominantie?

A

Dit betekent dat het merk in kwestie het eerste merk is waar je aan denkt. Dus top-of-mind!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe kan mentale dominantie worden vergroot?

A

Door consistent gebruik te maken van onvervreemdbare merktekens (mits dit uniek is en beroemd)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Waar zorgen onvervreemdbare merktekens voor?

A

Zij zorgen ervoor dat met weinig cognitieve moeite aan het merk wordt gedacht en dat het merk razendsnel wordt herkend in de winkel of id communicatie.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Wat moet worden beslist als de doelgroep en doelstellingen zijn vastgesteld?

A

Welke strategie deze doelstellingen gaat realiseren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Om welke beslissing gaat het vooral bij strategiekeuze?

A

Welke boodschap wordt gecommuniceerd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat hebben succesvolle communicatiecampagnes altijd als keurmerk?

A

Deze zijn altijd consistent én onderscheidend in hun boodschap.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Wat zijn voordelen als 2 producenten één gezamenlijke campagne voeren? (combinatiecommunicatie)

A

De twee merken profiteren van elkaars sterke punten. Ook de communicatie-uitgaven kunnen hierdoor omlaag gaan. Voorbeeld: Nivea Men en Philips Shave

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Positionering van een merk is de positie van een merk ten opzichte van:

A

andere merken in de perceptie van de consument.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat wordt weergegeven bij ‘hard-sell-communicatie’?

A

Bij ‘hard-sell’-communicatie worden de werking en de voordelen van het product gecommuniceerd. Deze methode wordt gehanteerd bij informationele positionering.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Voor wat voor soort positionering zullen merken van bijvoorbeeld modeartikelen, parfums of bier voornamelijk kiezen?

A

Transformationele positionering. Dit wordt ook wel imago- of levensstijlpositionering genoemd. Het wordt met name gebruikt bij producten die een bepaald imago of een bepaalde levensstijl voor de gebruiker vertegenwoordigen (parfum, mode), of die je voor je plezier koopt (zoals frisdrank).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Welke soort positionering wordt aanbevolen als het product over een duidelijk productplus (USP) beschikt?

A

Informationele positionering. Hier worden de voordelen van een merk verbonden aan de functionele eigenschappen van het product. Juist bij een USP heeft een informationele positionering de voorkeur, om de positieve gevolgen (benefits) te onderstrepen.

26
Q

Als een merk zich wil onderscheiden door middel van een onderscheidende of opvallende slogan, dan is er sprake van:

A

Executie/uitvoeringspositionering. Het betreft een positionering vanuit de executie van de campagne. Het onderscheid dat een slagzin geeft, is vooral een communicatiekenmerk.

27
Q

Bij welk type positionering worden de USP’s van een merk benadrukt?

A

USP’s worden met name ingezet bij informationele positionering.

28
Q

In een commercial voor een nieuw merk shampoo wordt aangegeven dat deze het haar vitaler maakt door een bijzonder vitaminecomplex dat aan de shampoo is toegevoegd. Van wat voor type positionering is sprake?

A

Informationele positionering.

29
Q

In welke fase van de productlevenscyclus is het vooral van belang om gewoontegedrag te creëren?

A

In de groeifase. In deze fase moet dit merk nog vaak een plaats in het routinegedrag van mensen veroveren. Het is dan in de communicatie van belang om gewoontegedrag te stimuleren.

30
Q

In een campagne wordt de boodschap gebracht dat wortels ook als snack gegeten kunnen worden. Dit is een voorbeeld van een campagne voor een:

A

Er wordt de nadruk gelegd op een andere wijze van consumptie: niet alleen als groente, maar ook als snack. Zo worden nieuwe toepassingsmogelijkheden gesuggereerd. Dit is een typische campagne voor een volwassen product.

31
Q

In allerlei campagnes proberen de gezamenlijke kaasproducenten duidelijk te maken dat kaas ook op een andere manier dan op brood kan worden gegeten.

Welk type strategie wordt hier toegepast?

A

het onder de aandacht brengen van nieuwe toepassingsmogelijkheden van bestaande producten. Kaas werd vroeger alleen op brood gegeten, maar wordt door een collectieve kaascampagne ook in andere gerechten gebruikt. Zo worden nieuwe toepassingsmogelijkheden gesuggereerd.

32
Q

Wat wordt in de marketing bedoeld met kannibalisme?

A

Er is sprake van kannibalisme als merken van één bedrijf op dezelfde markt met elkaar concurreren.

33
Q

Wat gebeurt er bij tweezijdige positionering?

A

Tweezijdige positionering is informationeel en transformationeel tegelijk. Producteigenschappen worden gekoppeld aan productvoordelen en er wordt gekeken naar de waarden waarop deze productvoordelen bij de consument inspelen.

34
Q

‘Hard-sell’-communicatie wordt toegepast bij welke positionering?

A

Informationele positionering.

35
Q

Wanneer kiest men voor hard-sell?

A

Hard-sell wordt vaak gebruikt bij nieuwe producten en producten met een probleemoplossend karakter, in situaties waarin consumenten gemotiveerd zijn om informatie te verwerken. Hard-sell betekent dat de werking en voordelen van het product concreet worden aangegeven.

36
Q

Bier-, wasmiddel- en sigarettenmerken kiezen meestal voor een:

A

Transformationele positionering. Dit zijn producten die weinig van elkaar verschillen op productvoordelen of waarbij het ontluisterend is om over de eigenschappen of ingrediënten te spreken. Transformationele positionering is dan het meest op zijn plaats.

37
Q

Coca-Cola werkt met de slogan ‘Open Happiness’.

Wat voor type positionering wordt hier nagestreefd?

A

De waarde ‘geluk’ wordt verbonden aan het merk Coca-Cola: transformationele positionering.

38
Q

George Clooney treedt al jaren op in de commercials voor Nespresso. Het merk wordt inmiddels deels geassocieerd met George en de door hem telkens weer uitgesproken slogan: ‘Nespresso. What else?’

Van wat voor type positionering is sprake?

A

Uitvoeringspositonering.

39
Q

Hoe past Nespresso een uitvoeringspositionering toe in haar commercials?

A

George Clooney en de gehanteerde slagzin zijn uitvoeringselementen: unieke elementen in de communicatie (George Clooney en de slagzin) worden aan het merk verbonden.

40
Q

Wat is fysieke dominantie?

A

Bij fysieke dominantie kom je het merk voortdurend ‘fysiek’ tegen, bijvoorbeeld in de winkel, op internet of in commercials, of in de eigen koelkast.

41
Q

Waarom is TOMA niet fysiek, maar wel mentaal?

A

Het zit in je hoofd. Je denkt snel aan het merk, ook als het niet echt fysiek aanwezig is.

42
Q

Wat betekent het als in de communicatie wordt gestuurd op saillantie?

A

Nadruk wordt gelegd op het realiseren van merkbekendheid. Saillantie betekent dat consumenten bij een bepaalde behoefte spontaan aan een bepaald merk denken. De nadruk ligt dan in de communicatie op merkbekendheid.

43
Q

Waarom moet een marktleider geen vergelijkende reclame maken?

A

Door het eigen merk met andere merken te vergelijken geeft de marktleider impliciet toe dat de andere merken belangrijke concurrenten zijn of kunnen worden.

44
Q

Bij welke positioneringsstrategie spelen waarden een belangrijke rol?

A

Bij transformationele positionering worden producteigenschappen verbonden aan belangrijke waarden voor de consument. Bij tweezijdige positionering worden producteigenschappen gerelateerd aan zowel waarden als productvoordelen.

45
Q

Wanneer vindt ‘soft-sell’communicatie plaats?

A

‘Soft-sell’-communicatie vindt plaats bij transformationele positionering. Het betekent dat in de communicatie allerlei bezittingen en gedragingen uit het leven van de consument worden getoond die belangrijke waarden van de consument symboliseren.

46
Q

Wat is ‘soft-sell’-communicatie?

A

Het betekent dat in de communicatie allerlei bezittingen en gedragingen uit het leven van de consument worden getoond die belangrijke waarden van de consument symboliseren.

47
Q

Een fotomodel dat bijvoorbeeld de kleren van een bepaald merk draagt, wordt in de communicatie meestal gebruikt als:

A

Indicator van waarden. Dit past bij een transformationele positionering waarbij bijvoorbeeld een schoonheidsideaal als onderliggende waarde wordt gehanteerd.

48
Q

Voor wat voor type positionering zullen merken van bijvoorbeeld lucifers, wasmiddelen of papieren zakdoekjes voornamelijk kiezen?

A

Informationele postitonering. Dit zijn producten met weinig gevoelswaarde, waarbij de consument met name geïnteresseerd is in instrumentele producteigenschappen. Communicatie wordt dan gebruikt om deze informatie over te brengen.

49
Q

In een commercial voor een nieuw merk yoghurtdrank wordt aangegeven dat deze gezonder is door een bijzonder linksdraaiend melkzuur dat aan de yoghurtdrank is toegevoegd. Van wat voor type positionering is sprake?

A

Informationele positionering

50
Q

Wie werken er samen bij coöperatieve communicatie?

A

Bij coöperatieve communicatie is er sprake van samenwerking tussen bedrijven uit dezelfde bedrijfskolom: de producent, de grossier en de detaillist. Deze bedrijven kunnen hierdoor van elkaars sterke punten profiteren; ook biedt coöperatieve communicatie mogelijkheden om een bepaald communicatiethema echt kracht bij te zetten.

51
Q

Steneker, producent van originele turfgerookte worst, werkt samen met een aantal slagerijen om het belang van ambachtelijk geproduceerd vlees te benadrukken. Welke vorm communicatie wordt hier gehanteerd?

A

Coöperatieve communicatie. Hier werken de producent, de grossier en de detaillist samen, dus hier de producent van worst en de slagerij.

52
Q

Wat verstaan Floor en Van Raaij onder de propositie?

A

De belofte aan de doelgroep. De propositie is het vertrekpunt voor de creatieve ontwikkeling van de reclame-uiting.

53
Q

In de commercials van een nieuwe geur Axe-deodorant wordt aan jonge mannen gedemonstreerd dat Axe ze onweerstaanbaar maakt voor aantrekkelijke vrouwen. Wat staat in deze commercial centraal?

A

De psychosociale betekenis. Axe heeft vooral een transformationele boodschap: ‘Met Axe word je onweerstaanbaar voor vrouwen.’ Dit is in de eerste plaats een psychosociale betekenis; onweerstaanbaarheid is hier nauwelijks een functioneel gevolg van het gebruik van deodorant te noemen.

54
Q

“Hierbij worden de functionele producteigenschappen zowel met productvoordelen als met waarden van de consument verbonden” Welke positionering wordt hier beschreven?

A

De Tweezijdige Positionering, deze is zowel informationeel als transformationeel.

55
Q

Hoe wordt de transformationele positionering ook wel genoemd?

A

De imago- of lifestylepositionering

56
Q

Welke soort positionering hanteert Nespresso in haar commercials met Clooney?

A

Een uitvoerings- of executiepositionering.

57
Q

Hoe noemen we het vertraagde effect van een goede of slechte reputatie of van een in het verleden gekozen positionering?

A

Inertie

58
Q

Wat houdt dominantie in?

A

Dat het merk opvallend aanwezig moet zijn, zowel fysiek(on- en offline) als mentaal (in het brein)

59
Q

Wat is mentale dominantie?

A

Dat het merk het eerste merk is waar je aan denkt, dus TOMA>

60
Q

Wat is een offensieve strategie?

A

Als een merk probeert om kopers van concurrente merken over te halen zijn merk te kopen.

61
Q

Wanneer hanteert een merk een defensieve strategie?

A

Als een merk zijn bestaande klanten wil vast houden.

62
Q

Welke strategie hanteert een merk als het haar bestaande klanten wil koesteren en behouden?

A

een defensieve strategie.