H8.4 Goederenrecht II Flashcards
Op wie kan vruchtgebruik worden gevestigd?
Vruchtgebruik kan alleen worden gevestigd op bestaande personen
Wat is het opstalrecht?
Opstalrecht: je wordt eigenaar van het gebouw op de grond, maar niet eigenaar van de grond zelf (art. 5:101 lid 1 BW)
Hoe werkt de regeling van de eigenaar van de grond als er geen regeling bekend is?
Als er geen regeling of akte met is van de grond waar de zaak op berust, dan is de opstalhouder de eigenaar van de grond (art. 5:103 BW)
Noem de 2 vormen van opstalrecht (art. 5:101 lid 2 BW) en leg deze uit
Vormen van opstalrecht (art. 5:101 lid 2 BW):
- Zelfstandig opstalrecht: een op zichzelf staand recht, los van andere rechtsverhoudingen. Het geeft de rechthebbende (de opstaller) het recht om gebouwen, werken of beplantingen in eigendom te hebben, los van de grond waarop deze zich bevinden
- Afhankelijk opstalrecht: een nauw verbonden met een andere rechtsverhouding, zoals een erfpacht. Het bestaat niet zelfstandig, maar hangt af van dat andere recht.
Hoe lang duurt opstalrecht?
Opstalrecht duur voor altijd, tenzij partijen anders overeenkomen, of als dit een afhankelijk opstalrecht is (onder bijvoorbeeld erfpacht of vruchtgebruik), dan ent zo lang als dat het recht van vruchtgebruik of erfpacht duur
Wat gebeurt er als het opstalrecht eindigt?
Als je opstalrecht eindigt, dan zal de eigenaar van de grond ook de eigenaar van het gebouw worden door natrekking (art. 5:105 lid 1 BW). Je hebt dan echter wel geld en moeite in het gebouw gestoken, daarom heeft de wetgever een vergoedingsplicht ingesteld (art. 5:105 lid 3 jo. art. 5:99 lid 1 BW)
Leg uit wat een pandrecht is
Pandrecht: een zekerheidsrecht dat wordt gevestigd op een roerende zaak, vordering, of ander vermogensrecht om een schuld te waarborgen. Het geeft de schuldeiser (de pandhouder) het recht om het verpande goed te verkopen of te innen als de schuldenaar zijn betalingsverplichting niet nakomt.
Geef de onderverdeling van pandrechten en leg deze uit
Onderverdeling pandrechten:
- Vuistpand (art. 3:236 BW): het goed waarop pandrecht op rust, wordt fysiek overgedragen aan de pandhouder
- Stil pandrecht (art. 3:237 BW): pandrecht wordt gevestigd in een authentieke of onderhandse akte die geregistreerd is
Leg het verschil uit tussen erfdienstbaarheid en een kwalitatieve verplichting
- Erfdienstbaarheid: verplichting die is verbonden aan twee erven en die mee overgaat met die erven
- Kwalitatieve verplichting (art. 6:252 BW): verplichting die is verbonden aan één registergoed en die mee overgaat met dat goed. Iedereen die dat goed werft, moet deze verplichting doen
Leg het verschil uit tussen het nemo plus-tenur beginsel en blooteigenaar
- Nemo plus tenur-beginsel: een eigenaar kan nooit meer overdragen dan dat hij zelf heeft
- Blooteigenaar: een eigenaar die een beperkt recht op zijn eigendom heeft gevestigd. Hij heeft bepaalde bevoegdheden en rechten afgestaan aan een beperkt gerechtigde, waardoor zijn eigendom is ‘uitgekleed’