H7. Hoe kunnen staten conflicten reduceren Flashcards

1
Q

Machtsspreiding

A

Multipolair systeem

Bipolair systeem

 o De landen houden elkaar in balans waardoor kans op groot conflict klein is, TENZIJ 1 staat veel machtiger wordt

Unipolair systeem (hegemonie) = opheffen van het machtsevenwicht

 o 1 dominante staat kan ook zorgen voor stabiliteit en vrede Als je instemt met de hegemonie heb je minder conflicten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Kernwapens

A

Bv: Mutual Assured Destruction (MAD) als betrokken landen kernwapens beschikken weten ze dat als 1 land kernwapens inzet de andere als terug aanval ook kernwapens zal gebruiken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Diplomatie

A

Bv: Trump en Kim-Jung Un (staatdiplomatie)

Bv: Koreaanse atleten dragen ‘Unification Flag’ tijdens Winter Spelen 2019 (sportdiplomatie) Balanceren

= machtsbalans in evenwicht brengen

Intern balanceren

Extern balanceren =/= bandwagoning (kleine landen gaan aanschurken bij een grootmacht)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

VN - Peace making

A

(bemiddelen)

Vijandelijke partijen rond de tafel brengen om een vredesakkoord te sluiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

VN - Peace enforcement

A

(collectieve veiligheid)

Onder hoofdstuk II van het VN-Handvest kan VN-VHR beslissen tot gewapende interventie, zelfs zonder instemming van strijdende partijen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

VN - Peacekeeping

A

(vredeshandhaving)

Sturen van VN-blauwhelmen om toe te zien op vredesakkoord Traditioneel: toezien op vredesakkoord (dus na conflict)

Vuistregels: instemming nationale regering, moeten onpartijdigheid zijn en mogen geen geweld gebruiken

1948-1988: 13 missies

Complex: ook intra-statelijke conflicten, zelfs zonder instemming

Uitgebreider takenpakket: ontwapening, safe heavens, verkiezingen

organiseren, bestuurlijke en politionele taken (“peacebuilding”) 1988-2015: 56 missies

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Economische interdependentie

A

Hoe meer dat landen onderling afhankelijk zijn, hoe minder redenen ze hebben voor conflicten

Vandaag kennen we hoge economisch interdependentie (bv: mondmaskers importeren omdat we zelf de productiecapaciteit niet hebben)

Globalisering midden 19de E - WO I

1846: R. Cobden hield ‘corn laws’ tegen in grootmacht VK zodat er geen protectionistische maatregelen werden ingevoerd voor geïmporteerd graan, dit zorgde voor sterke toename van globalisering

M Norman Angel: “het is een illusie om te denken dat je door oorlog te voeren beter af bent”, door handel te drijven met andere landen ga je kosten van oorlog vergroten en kritische massa (bankiers, handelaars) creëren die de handel vooropstelt op conflicten (democratic peace theory)

Globalisering na WO II

GATT en later WTO

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Kantiaanse Gemeenschap van Democratische Staten

A

Je moet democratieën promoten en laten samenwerken om oorlogen te vermijden

Bv: Duitsland en Japan zijn democratieën geworden na WO II

In het Midden-Oosten democratie doen ontstaan = niet succesvol 

Vredesbeweging en Civil Society

Bv: wereldwijde betogingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Intern balanceren

A

eigen strijdkrachten versterken (wapenwedloop, uitbreiding leger etc, economische groei)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Extern balanceren

A

allianties en bondgenootschappen zoeken om sterker te zijn en fronten te vormen met andere landen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly