H6 Flashcards

1
Q

Cognitieve dissonantie theorie (Leon Festinger)

A

Inconsistentie tussen twee overtuigingen (cognities), of tussen cognitie en gedrag. Leiden tot een ongemakkelijke emotionele staat (dissonantie)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Dissonantie verminderen –>

A
  • Verander je gedrag (stop met roken)
  • Verander je cognitie (roken is niet zo schadelijk)
  • Voeg een nieuwe cognitie toe (roken ontspant me en dat is gezond)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Lowballing

A

je gaan in op een deal, daarna komt info waardoor de deal minder aantrekkelijk wordt, maar toch zeg je nogsteeds ja.
Je brein heeft het dan al goedgepraat, dus je doet het alsnog.
Bijv. als mensen vragen onderzoek om 7.00? Dan zegt 24% ja, maar als je vraagt onderzoek? En
daarna past zegt ‘het is wel om 7.00’ dan zegt 56% ja.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

postdecision dissonance

A

dissonantie die optreedt nadat je een
beslissing hebt genomen. Je beslissing wordt makkelijker gemaakt doordat je brein trucjes toepast
om te laten merken dat je de goede keuze hebt gemaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Interne rechtvaardiging

A

het verminderen van dissonantie door iets aan jezelf te veranderen, zoals
houding of gedrag.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Externe rechtvaardiging

A

een reden of verklaring voor dissonant persoonlijk gedrag die buiten het
individu ligt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Contra-attitude gedrag

A

Gedrag vertonen dat in strijd is met jouw eigen attitudes of overtuigingen (bijv iemand helpen die je niet aardig vindt)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hypocrisie-inductie

A

het opwekken van dissonantie door personen uitspraken te laten doen die in
strijd zijn met hun gedrag en hen te herinneren aan de inconsistentie tussen wat zij voorstonden en
hun gedrag. Het doel is om mensen tot verantwoordelijker gedrag te brengen.
Je herinnert mensen aan het feit dat ze A zeggen maar B doen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Zelfbevestigingstheorie

A

mensen kunnen bedreigingen voor hun eigenwaarde verminderen door
zichzelf te bevestigen op gebieden die geen verband houden met de bron van de bedreiging.
Mensen die roken kunnen bijvoorbeeld zeggen: “Ja, het is waar dat ik rook, maar ik ben een
waanzinnige pingponger.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Zelfbevestiging

A

jezelf herinneren aan het feit dat het even minder is maar je het verder heel goed
doet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Terreurmanagementtheorie

A

stelt dat het gevoel van eigenwaarde dient als een buffer, die mensen
beschermt tegen angstaanjagende gedachten over hun eigen sterfelijkheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly