H5 Contrasten 2/2 Flashcards

1
Q

Samenvatting contrasten

A

Toetsen met ANOVA om te kijken of populatiegemiddelden verschillen
–> gebruik contrasten om te kijken welke groepen precies van elkaar verschillen (specifieke groepsvergelijkingen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

a priori contrasten

A

Contrast opgesteld voorafgaand aan de data analyse
- geplande contrasten
- Helmert contrasten
- Trendanalyse voor K groepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Post hoc contrasten

A

Contrast opgesteld aan de hand van de data analyse
- Tukey: simpele contrasten (2 groepen)
- Scheffé: complexe contrasten (>2 groepen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Orthogonale contrasten

A

SSb representeert de spreiding van de gemiddelden heeft een dfb van K-1
- contrast verklaart een deel van de spreiding van de gemiddelden (SScontrast) en heeft dfcontrast = 1
–> Kunnen we SSb volledig verklaren met een aantal contrasten?
- SSb opslitsen in K-1 orthogonale contrasten
Orthogonaal: contrasten zijn niet gecorreleerd en elk contrast gebruikt dus unieke informatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer zijn contrasten orthogonaal

A

SOM van c1kc2k = 0 bij gelijke steekproefgrootte per groep (nk)
–> dus c1 x c2 van de eerste groep optellen bij c1 x c2 van de tweede groep en zo door
SOM van c1kc2k/nk = 0 bij ongelijke steekproefgrootte per groep (nk)
–> hetzelfde als de eerste manier alleen hier houdt je rekening met de steekproefgrootte

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Helmert contrasten
- a priori

A

Helmert contrasten worden gecreëerd door elk groepsgemiddelde te vergelijken met het gemiddelde van de volgende groepen
- aantal contrasten altijd gelijk aan K-1
(orthogonaal bij gelijke steekproefgroottes)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Orthogonaal in SPSS

A

Contrast SSb en contrast SSw zijn gelijk aan elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Trendanalyse
- a priori

A

Contrastberekening wanneer het meetniveau van de onafhankelikjke variabele op interval of ratio niveau gemeten is
- SSb wordt verklaard door K-1 orthogonale contrasten die elke een vorm van de relatie testen (lineair, kwadratisch, kubiek of hoger)
(orthogonaal wanneer de steekproefgroottes gelijk zijn)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Lineaire en kwadratische effecten van trendanalyse

A
  • Positief lineair effect: trend voornamelijk toename
  • Negatief lineair effect: trend voornamelijk afname
  • Positief kwadratische effect: effect neemt toe, soms dalparabool zichbaar
  • Negatief kwadratisch effect: effect neemt af, soms bergparabool zichtbaar
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Hypothesen van trendanalyse

A
  1. positief lineair effect
  2. Negatief kwadratisch effect
    –> hypothesen zijn eenzijdig door pos/neg
    - bepaal beslissingsregel (bonferroni correctie)
    - resultaten uit SPSS (polynomial analyse)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Post hoc contrasten

A
  • Zoveel mogelijk contrasten opstellen om te onderzoeken welke gemiddelden verschillen (laat je door de data leiden)
    –> methode nodig om te kans op te type 1 fout laag te houden (tukey of scheffé)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Tukey

A

Toets alle mogelijke paren van gemiddelden met elkaar –> K(K-1)/2 mogelijke paren
- q-waarde berekenen (studentized range statistic)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

q-waarde

A

q = (gemY1 - gemY2)/wortel(MS2/nk)
- kritieke q is strenger dan kritieke t om rekening te houden met de groepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Interpreteren Tukey

A

Homogeneous subset: de gemiddelden van de groepen die niet significant van elkaar verschillen
- p-waarde van een homogeneous subset correspondeert met de laagste p-waarde van alle toetsen in dezelfde subset

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Scheffé

A

Contrast maakt het mogelijk om complexe contrasten te toetsen
–> Zelf kritieke F-waarde nog berekenen
- significant: Fcontrast > (K-1)xFcv

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Kritieke F-waarde bij Scheffé

A

Fcv ANOVA opzoeken in tabel bij vrijheidsgraden
- dfb = K-1
- dfw = N-K
Berekening is dan: (K-1) x Fcv

17
Q

Fcontrast berekenen

A

In tabel: contrast results
F = t^2 = (difference/std error)^2
- kijk dus niet in SPSS naar de sig, maar beslis dit zelf

18
Q

Samenvatting alle contrasten

A

Zie slide 32 van HC5