H15 dankbaarheid, H16 Compassie Flashcards
Mechanismen
achter de relatie
tussen
dankbaarheid en
gezondheid
Er is enig bewijs dat dankbaarheid op termijn bijdraagt aan de fysieke en mentale gezondheid van mensen. 4 werkzame mechanismen:
1. Positieve emoties. Als we dankbaarheid voelen in reactie op de beleving dat we iets goed hebben ontvangen, ervaren we positieve emoties. Positieve emoties verruimen onze aandacht en focus→ leidt tot meer verbondenheid en sociale steun. We worden creatiever in denken/gedrag → leidt tot meer probleemoplossend vermogen
2. Coping. Op langere termijn zijn strategieën waarbij iemand actief met een probleem of gevolg omgaat effectiever. Dankbare mensen maken vaker gebruik van actieve copingstrategieën.
3. Positieve geheugenbias. Hoe actiever we met een gebeurtenis bezig zijn, hoe beter we deze opslaan in en ophalen uit het geheugen. Als we met dankbaarheid terugdenken aan een gebeurtenis en onze dankbaarheid uiten, zijn we actief bezig en krijgt hij een betere plek binnen ons geheugen. Dit proces heet amplificatie: het goede wordt versterkt (draagt bij aan stabiele identiteit en positieve stemming). Bij mensen met een depressie werkt het juist andersom. Dankbaarheid kan tot betere opslag in het geheugen leiden door meer bewustzijn van voordelen.
4. Positieve relaties. Dankbaarheid ervaren en uiten draagt bij aan het vormen en versterken v positieve relaties wat belangrijk is voor gezondheid en weerbaarheid
Dankbaarheid en coping
- Dankbare mensen hebben meer oog voor positieve bijdragen van andere mensen en waarderen deze meer
- Zoeken vaker actief steun bij anderen.
- Staan positiever in het leven en zijn optimistischer.
De relatie tussen dankbaarheid en mentale gezondheid verloopt voor een deel via de verschillende copingstrategieën. Dankbare mensen maken meer gebruik van de strategie positief heretiketteren, omdat ze positiever in het leven staan en een ‘alles- inclusief’- mentaliteit bezitten (wanneer men dankbaar is voor het leven en het leven ziet als een gift, zal men tegenslag sneller aanvaarden vanuit het idee dat moeilijke situaties er ook bij horen)
Dankbaarheid dagboek
Opdracht om dagelijks te schrijven over zaken waarvoor men dankbaar is. De controlegroep kreeg de opdracht om te schrijven over dagelijkse ergernissen. Kritiek: De kans is groter dat significante effecten gevonden worden, omdat verwacht mag worden dat mensen in de controlegroep eerder ongelukkiger worden dan gelukkiger door de opdracht zich vervelende gebeurtenissen te herinneren. Het bijhouden van een dagboek in het algemeen bevordert de fysieke gezondheid (hart en darmen) en slaapkwaliteit. Ook effecten t.a.v. emotioneel en psychologisch welbevinden en protectieve effecten t.a.v. psychopathologie. Dagboekinterventies in het algemeen lijken heilzaam te zijn voor persoonlijke groei, intuïtie, probleemoplossend vermogen, stressreductie en reflectie.
Effecten dankbaarheid interventies
Kleine maar significante effecten op dankbaarheid en psychologisch welbevinden (wanneer controlegroep geen of neutrale interventie kreeg). Geen significante verschillen als controlegroep een actieve psychologische interventie aangeboden kreeg. Volgens Jans-Beken vooral effect op sociaal en emotioneel welbevinden. Interventies kunnen helpen bij doodsangst bij ernstige ziekte, afname van psychische klachten bij suïcidale personen, tevredenheid met het eigen lichaam en bij eenzaamheid en gezondheid van ouderen. Kanttekeningen bij deze onderzoeken:
- De onderzoeken waren uitgevoerd bij gezonde doelgroepen, vooral studenten. Daardoor is er überhaupt weinig ruimte voor verbetering.
- Waren vaak korte interventies van een week.
- Werd vaak vragenlijst gebruikt die dankbaarheid als persoonskenmerk meet. Dit is moeilijker te veranderen dan dankbaarheid als emotie/stemming.
- Beperking meta-analyse: psychologisch welbevinden moet feitelijk als mentale gezondheid worden opgevat, omdat zowel positieve als negatieve aspecten van mentale gezondheid werden samengevoegd in de uitkomst.
Onderzoek van
Universiteit van
Twente
Onderzoek naar meer uitgebreide interventies voor dankbaarheid. 3 groepen:
1. Dankbaarheidsinterventie (6 opdr en elke week kort verslag over hun ervaringen)
2. Wachtlijstcontrolegroep
3. Neutrale interventie (6 weken lang 1x pw 5 positieve dingen voor zichzelf doen).
Mensen in de dankbaarheidsgroep scoorden significant hoger op welbevinden en het ervaren van dankbaarheid als emotie/stemming. De effecten waren duurzaam (tot 6 mnd. Na interventie).
Onderzoek rumineren
Groep Duitse onderzoekers: onderzoek naar dankbaarheidsinterventie op rumineren.
- Rumineren: herhalend negatief denken
- Dankbaarheid draagt bij aan een positieve stemming die de kans op negatieve gedachten verkleint.
- 5 lessen, zelfstandig m.b.v. e-coach
- Grotere afname van rumineren bij interventiegroep dan bij controlegroep en de positieve effecten namen nog meer toe bij follow-upmetingen. Dankbaarheid heeft dus ook een direct effect op disfunctionele processie die bijdragen aan psychische stoornissen
Positieve
interventies
volgens Parks en
Biswas
- Interventies die primair tot doel hebben om een ‘positieve’ uitkomstvariabelete bevorderen, zoals subjectief welbevinden, positieve emoties of zingeving
- Waarvan empirisch is bewezen dat ze bovengenoemde uitkomstvariabele(n) succesvol manipuleren
- Waarvan empirisch is bewezen dat verbetering van bovengenoemde uitkomstvariabele(n) leidt tot positieve uitkomsten in de populatie waarin de interventie wordt toegepast.
Kritiek Jans-Beken
op interventie
effect
- Kleine onderzoekssamples waardoor de statistische power mogelijk ontoereikend is
- Het niet rekening houden met confounders zoals bijvoorbeeld geslacht, leeftijd en sociaaleconomische status. Vaak zijn vrouwelijke deelnemers oververtegenwoordigd en deelnemers met een lage sociaaleconomische status ondervertegenwoordigd.
- Het studieontwerp waarbij dankbaarheidsinterventie vaak vergeleken worden met een ‘no treatment groep’ waardoor generieke en specifieke interventie-effecten niet van elkaar onderscheiden kunnen worden
- Selectieve drop-out
- Het gebruik van suboptimale meetinstrumenten zoals niet-gevalideerde vragenlijsten of minder valide, betrouwbare vragenlijsten
- Onvoldoende aandacht voor differentiatie tussen groepen (bijvoorbeeld klinische versus niet-klinische) als tussen individuen.
Wat is compassie?
- Armstrong: compassie is de kernwaarde van alle grote religies en wijsheidstradities.
- Heilzame houding m.b.t. lijden in de wereld en een levensweg naar zingeving, welzijn en geluk.
Compassie als emotie
Sommigen beschouwen het primair als een emotie: gevoel dat opgeroepen wordt als je een ander ziet lijden en dat vervolgens een verlangen oproept om te helpen
compassion
focused therapy
(CFT) (Gilbert)
Compassie wordt omgeschreven als de gevoeligheid voor het lijden van onszelf en anderen, en de bereidheid om dit lijden te verlichten en te voorkomen. Motivatie is
het fundament van compassie. 2 mindsets:
1. Mindset gericht op engagement met lijden: ons ernaar toewenden i.p.v. afwenden. Dit wordt ondersteund door kwaliteiten (attributes, bv. sensitiviteit, empathie etc.)
2. Mindset gericht op commitment: het nemen van verantwoordelijkheid om iets aan dit lijden te doen en compassie actief te belichamen. Hiervoor zijn cognitieve, emotionele en gedragsmatige vaardigheden nodig (skills).
4 Hoofd-
componenten van
compassie (Jinpa)
Jinpa definieert compassie als een multidimensionaal construct met 4 componenten
1. Cognitief: bewust zijn van lijden
2. Affectief: meevoelende bezorgdheid vanuit emotioneel geraakt worden door lijden
3. Intentioneel: de wens dat dit lijden verlicht wordt
4. Motivationeel: de bereidheid om zich actief in te zetten voor verlichting van lijden.
Zelfcompassie
a.d.h.v. 3 dimensies
(Neff)
- Self-kindness: een warme begripvolle houding naar onszelf als we lijden
- Common humanity: stress, pijn en lijden horen bij het leven en in ons lijden zijn we verbonden met anderen.
- Mindfulness: niet-oordelend gewaarzijn van ons lijden, waarbij gedachten, gevoelens en fysieke sensaties geaccepteerd worden zoals ze zich voordoen, zonder ons er overmatig mee te identificeren.
Medelijden vs
compassie
Anders dan bij (zelf)medelijden gaat het bij (zelf)compassie om een ruimhartige, belangeloze houding t.o.v. lijden, vanuit een besef van (mede)menselijkheid.
3 lagen menselijk
brein
- Automatische instincten en reflexen, het reptielen brein (hersenstam)
- Emotionele reacties van het zoogdieren brein (emotionele hersenen)
- Bewust gemotiveerde en beredeneerde keuzes vd neocortex of het nieuwe brein
1 + 2 vormen samen het oude brein.
Evolutie brein
Een groot deel v/d neocortex evolueerde t.b.v. sociaal gedrag in steeds complexere samenlevingsvormen. Hoe meer nieuwe-brein-reflectie hoe bewuster reacties verlopen en des te meer mogelijkheden om nieuw gedrag aan te leren. Nieuwe-brein-
processen kunnen tegen het oude brein ingaan en tot verstandiger aanpassing leiden, maar wanneer ze door oude-brein-instincten worden aangedreven kan dat erge
gevolgen hebben.
Tricky brain
(Gilbert)
De communicatie tussen het oude en nieuwe brein verloopt niet harmonieus en kan leiden tot veel extra leed.
Primair vs
secundair lijden
Primair lijden is iets dat ons allemaal overkomt. Veel secundair lijden wordt genegeerd door vaak onbewuste en ongezonde reacties op primair lijden. Het vermogen om bewust deze processen op te merken blijkt verbonden met de jongste delen van het nieuwe brein, zoals de PFC, ook wel het mindful brain genoemd. Oefeningen in opmerkzaamheid brengt zicht op automatische en onbewuste processen. Hiermee kan secundair lijden verminderd worden.
Basale
emotieregulatie- en
motivatiesystemen
- Gevaarsysteem of threat system. Gericht op bescherming
- Jaagsysteem of drive system. Gericht op beloning.
- Kalmerings- of zorgsysteem of soothing system. Gericht op verbinding.
Gevaarsystemen
Gericht op bescherming. Onaangename emoties alarmeren ons bij dreigend gevaar en zorgen voor een flight, fight of freeze reactie. Bij zoogdieren is een 4e stressreactie, namelijk tend and befriend: bij dreigend gevaar wordt omgezien naar kwetsbare anderen en het bijeenhouden van de groep. Het is het oudste emotieregulatie systeem. Bij mensen wordt dit systeem even makkelijk geactiveerd door reële als door ingebeelde dreiging. We gedragen ons volgens principe better safe than sorry.
- Neuroceptie: een onderbewuste sensitiviteit om voortdurend de omgeving te scannen op dreigend gevaar.
- Negativiteitsbias: onze geneigdheid om vooral ‘negatieve’, bedreigende informatie aandacht te geven en te onthouden.
jaagsysteem
Gericht op beloning en bemachtingen van prooi. Reële en ingebeelde behoeften kunnen de trigger zijn. De emoties zijn meestal aangenaam (opwinding, vitaliteit en intense bevrediging). Frustratie en afgunst liggen op de loer
Kalmeringssysteem
of zorgsysteem
(rest and digest)
Aandacht vernauwt zich niet naar wat gevreesd/begeerd wordt zoals bij de twee andere systemen, maar opent zich naar geborgenheid (safeness), met aangename langer durende gevoelens van warmte en tevredenheid.
Verschillen emotie
regulatie systemen
- Het gevaar- en jaagsysteem verhogen het stressniveau door sympathische activiteit van het autonome zenuwstelsel en het vrijkomen van stresshormomen (cortisol en adrenaline). Ze vreten energie en zijn voor kortdurende actie en snel resultaat.
- Het kalmeringssysteem is nodig voor rust, voeding, herstel en groei. Deze wordt ondersteund door verhoogde parasympatische activiteit, waarbij de nervus vagus de hoofdrol speelt.
De drie systemen moeten in balans voorkomen. Voor mensen is het minder vanzelfsprekend om terug te keren naar het kalmeringssysteem, want mensen stellen zich vaak bedreigingen en onvervulde behoeften voor, ook al is aan de basisbehoeften voldaan. Vooral in het huidige digitale tijdperk (veel triggers).
Patronen, modi of
mindsets
Relatief duurzame mentale constructen die houvast en stabiliteit bieden te midden van alle veranderlijkheid.
- Oude patronen worden via het nieuwe brein uitgebreid met mentale beelden en verhalen over hoe we ons tot elkaar verhouden.
- Naast algemene patronen (bv. het streven naar sociale waardering bij de competitiemodus) zijn er ook specifiekere patronen afhankelijk van onze ervaringen en omstandigheden.
- Zelfbewuste emoties: zijn de boodschappers die ons helpen in sociaal verkeer te navigeren, onze positie in de groep te bepalen en ons tegen buitensluiting te beschermen. Wanneer er sprake is van zelfkritiek kan er steeds meer stress ontstaan
en steeds meer in de gevaar- of jaagstand komen.
- Patronen ontwikkelen zich om ons te helpen overleven in complexe sociale situaties. Door herhaling laten ze diepe sporen achter in neurale netwerken waarna herhaling in stand wordt gehouden.