H1 Flashcards

1
Q

Seksuologie

A

Interdisciplinaire wetenschappelijke studie die bestudeerd wordt door biologen, psychologen, antropologen en artsen. Het wordt beïnvloed door verschillende vakgebieden en kan resulteren in verschillende onderdelen.
- biologie; anatomie
- psychologie; aantrekkingskracht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Psychologische aanpak seksualiteit

A
  • ontwikkeling
  • persoonlijkheid
  • sociaal
  • klinisch
  • medisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ontwikkeling

A

Hoe ontwikkelt seksualiteit? Vooral gebaseerd op levensloop perspectief, maar ook op het gebied van ouderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Persoonlijkheid

A

Hoe beïnvloed persoonlijkheid het seksueel functioneren? Welke mensen nemen bv de meeste risico op seksueel gebied

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Sociaal

A

Welke mechanismen, bv interactie kunnen een invloed hebben op seksualiteit? Wat zorgt ervoor dat mensen zich op een bepaalde seksuele manier gedragen? Er wordt hiernaar gekeken op basis van scripts, sociale regels en normen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Klinisch

A

Hoe ontwikkelt pathologische seksuologie en hoe kunnen we seksuele problemen behandelen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Medisch

A

Hoe beïnvloed een ziekte of medische behandeling de seksualiteit van de patiënt of partner

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Sekse/geslacht

A

Seksuele anatomie en seksueel gedrag. Mannen en vrouwen worden ingedeeld op basis van anatomie. Echter is er onduidelijkheid over wat seks betekent in termen van gedrag.

99.5% van de mensen vindt dat seksueel gedrag wordt geuit in penile-vaginal intercourse (sanders and reinich 1999)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Gender

A

Het zijn/staat/gevoel van man of vrouw zijn. Onderzoeken van het boek gaan uit van het idee dat gender binair is (enkel man en vrouw).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Seksueel gedrag

A

Veroorzaakt opwinding en vergroot de kans op een orgasme.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Oude Grieken en seksuologie

A

Verklaarde het bestaan van homo en heteroseksualiteit via een mythe over dubbele wezens (2 aan elkaar verbonden), zoals man-man, vrouw-vrouw, man-vrouw. Goden werden bang van deze wezens en besloten ze te splitsen in 2e. De mythe gaat dat als je ooit vrouw-vrouw was, je altijd opzoek zult gaan naar je verloren deel.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

15e eeuw christenen en seksuologie

A

Dachten dat natte dromen ontstonden doordat iemand gemeenschap had met kleine, spirituele wezentjes. Als dit je overkwam en ejaculeerde in de nacht werd je beschouwd als heks.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Moslims en seksuologie

A

Stelde dat seks een van de mooiste plezieren uit het leven was

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

19e eeuw en seksuologie

A

Door geneeskunde kwam het medisch model op, waar vooral gewerkt werd door mannelijke artsen. Ze gingen kijken naar negatieve of bizarre symptomen die ze niet konden verklaren. Ze stelden dat seksuele handelingen die niet bijdroegen aan reproductie, masturbatie bv, zorgde voor schade en waren bang dat dit soort gedragingen zich zouden verspreiden over de mensheid. De attitudes van deze mannen waren biased tegenover vrouwen en dit was zelden positief.

Ook werd er gedacht dat mannelijk zaad de olie van het lichaam was, waardoor ejaculeren slecht was voor je fysieke en mentale gezondheid. Aangezien je functioneringsstof/-energie je lichaam verlaat. Zolang je maar voldoende beweegt en gezond eet, vooral vegetarisch en monotone smaken, zou je mensen genezen van de epidemie van ejaculatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Sigmund freud (1856-1939)

A

Was arts, grondlegger psychiatrie en psychoanalyse. Hij had bijzonder veel aandacht voor seksualiteit en zag dit als drijfkracht voor menselijk gedrag, met name neurose.
In de victoriaanse tijd waren de normen rondom seks erg onderdrukkend, waardoor het erg baanbrekend was voor de tijd om hierover te spreken.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Henry havelock ellis (1859-1939)

A

Was arts in de victoriaanse tijd en schreef studies in de psychology of sex. Hij was de voorloper van het moderne seksonderzoek, zo stelde hij;

  • vrouwen zijn net als mannen seksuele wezens
  • masturbatie is gewoon erg veel voorkomend
  • fysieke en psychologische factoren spelen een rol bij seksuele problemen
  • seksuele deviatie/afwijkingen van de norm zijn helemaal niet zo erg en vaak zelfs onschadelijk.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Richard von krafft-ebing (1840-1902)

A

Psychiater gespecialiseerd in psychische stoornissen en schreef psychopathia sexualis: eine klinisch forensische studie. In deze studie werden seksuele stoornissen geschreven op basis van ervaringen van zijn cliënten.
Hij bedacht de termen sadisme, masochisme, pedofilie, homoseksualiteit en heteroseksualiteit.
Verder definieerde hij de term fetish als de seksuele aantrekkingskracht ten aanzien van fysieke objecten en menselijke delen zoals voeten en tenen. Hij behandelde masturbatie en abnormale seksuele symptomen. Hij zag deze als perversies, ongewone en extreme seksuele drang en gedragingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Magnus hirschfeld (1869-1935)

A

Oprichter van het eerste seksinstituut. Heeft de eerste grootschalige seksenquete opgezet (130 items, 10.000 deelnemers). Erg baanbrekend in deze tijd om zo’n grote vragenlijst te maken en af te nemen. Dit omdat vragen over seksualiteit lastig zijn en altijd te maken hebben met een ethisch instituut. Echter is bijna alles vernietigd door nazi’s.

Hij bedacht de term travestiet

19
Q

Alfred kinsey

A

Zoologist, entomologist (met bijzondere interesse in dieren en insecten), seksuoloog en oprichter van the institute of sex research, waarbij hij de eerste was die mensen bestudeerde terwijl ze seks hadden.

Hij schreef; sexual behaviour in the human male en sexual behaviour in the human female. Beter bekend als kinsey reports. Het begin toen hij cursus seksuologie moest geven op een uni. Hij wist er niks over, dus ging onderzoeken. De kinsey scale meet seksuele geaardheid op een 7 puntenschaal.

20
Q

Masters and johnson

A

Voerden het bekendste observationele seksonderzoek uit, met biologische metingen tijdens seks. 8 jarige studie, ze bekeken 10.000 cycli van orgasmes. Studeerden fysiologie van seksuele responses en seksuele stoornissen, waardoor de seksuele respons cyclus ontstond.
Kritisch op freud.
Schreven human sexual respons en human sexual inadequacy.

21
Q

<1900 seksuologie

A

Religieuze en wettelijke benadering (victoriaanse periode); wat mag wel, wat mag niet

22
Q

1900 seksuologie

A

Psychologische benadering; is het normaal, is het abnormaal

23
Q

1973-2000 seksuologie

A

Constructivisme (sociale psychologie) vs medicalisatie (geneeskunde), opkomst farmaca (viagra en hiv bestrijding)

24
Q

1973 seksuologie

A

Homoseksualiteit verwijderd uit dsm-5

25
Q

> 2000 seksuologie

A

Inclusiviteit, seksuele geaardheid, beperktheid homoseksualiteit op vragenlijsten

26
Q

Media en seksuologie

A
  • cultivation theory
  • agenda setting of framing theorie
  • sociaal cognitieve theorie
  • selectiviteit
  • reinforcing spiral theory
  • differential susceptibility
27
Q

Cultivation theory

A

Men denkt dat de media en tv bv weerspiegelen wat in het echte leven in onze cultuur gebeurd. Wanneer men vaak genoeg blootgesteld wordt aan een bepaald onderwerp wat door de media wordt getoond, gaan ze dit zien als mainstream

28
Q

Agenda setting of framing theory

A

Media geeft aandacht aan bepaalde dingen, maar laat andere dingen links liggen. Dit suggereert hoe we over problemen moeten denken of framen. De media besluit wat belangrijk is door ons dingen te laten zien of niet.

29
Q

Sociaal cognitieve theorie

A

Media geeft ons rolmodellen die we imiteren, maar de media beïnvloed ons gedrag, gedachten en affect/emoties ook door modeling en identificatie.

30
Q

Selectiviteit

A

Men selecteert info en geeft aandacht aan media die ze zelf kiezen en laten het andere links liggen.

31
Q

Reinforcing spiral theory

A

Iemands sociale identiteit en ideologieën voorspellen iemands mediagebruik en mediagebruik beïnvloed onze identiteit en ideeën.

32
Q

Differential susceptibility

A

Niet iedereen reageert op dezelfde manier op blootstelling van media content

33
Q

Individualistische cultuur

A

Independentie, autonomie, individuele rechten

34
Q

Collectivistische cultuur

A

Interdependentie, verbindingen tussen mensen en groep is belangrijker dan individu

35
Q

Eerculturen

A

Face, iemands reputatie, respect of de eer die mensen tonen naar anderen. In een eercultuur is het soms logisch om een vrouw dood te stenigen wanneer ze overspel heeft gepleegd, omdat ze de eer in die cultuur geschonden heeft.

36
Q

Ethnocentrisme

A

Eigen cultuur zien als superieur en daarmee als standaard. Beïnvloed begrip van seksueel gedrag. Meeste mensen hebben alleen ervaring met 1 cultuur en zien dus alleen die gedragingen als normaal.

Afrika; stadia jongens om volwasswn te worden;
- wonen bij moeder
- homoseksuele relatie aangaan
- orale seks geven en ontvangen

37
Q

Verschillen in samenleving; seksuele technieken

A

In westerse culturen is tongen vanuit romantisch gebied normaal, andere culturen doen dit niet of heel anders. Culiningus (beffen) is in westerse en sommige andere culturen heel normaal. In sommige culturen is elkaar pijnigen heel normaal, zoals in iemand wenkbrauwen bijten.

38
Q

Verschillen in samenleving; masturbatie

A

Sommige culturen stimuleren of tolereren masturbatie in de kindertijd, terwijl andere het op iedere leeftijd afkeuren, daarentegen wordt het wel in bijna iedere cultuur gedaan.

39
Q

Verschillen in samenleving; seks voor het huwelijk

A

In sommige culturen wordt seks voor het huwelijk aangemoedigd, terwijl het in andere verboden is.

Siwans in egypte verwijderen de clitoris van een meisje van 7/8, dit zodat seks minder plezierig is en je minder in de verleiding komt om te seksen. Ze trouwen rond 12/13 zodat ze minder in de verleiding komen voor seks voor het huwelijk.

40
Q

Verschillen in samenleving; buitenechtelijke seks

A

Wordt in de meeste culturen niet aangemoedigd of is verboden.

41
Q

Verschillen in samenleving; Seks met partners van hetzelfde geslacht; homoseksualiteit

A

In sommige culturen verboden, terwijl in andere toegestaan of zelfs aangemoedigd. Denemarken nl en zweden meest positieve houding tegenover homoseksualiteit. Kroatie polen portugal meest negatief.
- same gender seksueel gedrag worst bijna universeel gevonden in alle culturen
- het is nooit de voornaamste vorm van seksueel gedrag in volwassenen

42
Q

Verschillen in samenleving; aantrekkelijkheid

A

Culturen verschillen op vlak van welke lichaamsdelen de nadruk krijgen als er gekeken wordt naar aantrekkelijkheid (bv vorm oor of schaamlippen). Een gezonde tint (huidskleur) wordt universeel als aantrekkelijk gezien.

43
Q

Verschillen in samenleving; anticonceptie

A

Hoe hoger opgeleid de vrouw, hoe groter de kans dat ze anticonceptie gebruikt. Hierdoor kun je namelijk langer je opleiding volgen en afstuderen. Iemands sociale klasse beïnvloed sociaal gedrag, maar ook andersom.

44
Q

Seksualiteit over soorten

A
  • masturbatie vind je niet alleen bij mensen, ook zoogdieren, vooral apen.
  • aantrekkingskracht naar hetzelfde geslacht komt ook voor bij dieren
  • flirten ook, door vrouwtjes
  • vreemdgaan kan ook, koolmeesjes gaan vaak opzoek naar de buurman
  • familiebanden spelen ook een rol. Een moeder aap jaagt concurrentie weg, waardoor de zoon meer kans heeft op seks.
  • bij lagere soorten (vissen of knaagdieren) is het seksuele gedrag meer hormonaal bepaald. Bij hogere soorten bepaald het brein (leren en sociale context)
  • omgevingsinvloeden zijn dus belangrijker bij zoogdieren (vooral mensen)
  • deprivatie (jongen weghalen van thuis) zorgt bij muizen (lage orde) niet voor verandering in seksueel gedrag. Rhesusaapjes (hoge orde) raken seksueel verstoord en kunnen zich niet voortplanten.

-bijna alle zoogdier vrouwtjes doen enkel aan seksueel gedrag als het wordt aangestuurd door hormonen, hierdoor zijn ze in ‘heat’ (estrus). Bij mensen is dit echter anders en wordt vrouwelijk gedrag minder aangestuurd door hormonen.
- vrouwelijke dieren kunnen ook orgasmes hebben zonder als doel voortplanten of plezier. Een gevecht kan eindigen in seks met de verliezer. Daarnaast kan seksueel gedrag de hiërachie van een dier symboliseren. Net zoals bij mensen die als doe geld hebben ipv voortplanten of plezier (prostitutie).