Grammatica Flashcards
De/het
Bepalend lidwoord enkelvoud
De bloem
A
a bromki
Bepalend lidwoord meervoud
De bloemen
Den
den bromki
Onbepaald lidwoord enkelvoud
Een bloem
Wan
wan bronki
Onbepaald lidwoord meervoud
Er zijn geen bloemen meer
Net als in NL wordt er geen lidwoord gebruikt
Bromki no de moro
Deze / dit
Disi
Dati wijst naar iets wat verder weg is dan disi
Altijd achter zelfstandig naamwoord
A lampu disi - deze lamp
Die/dat
Dati
Dati wijst naar iets wat verder weg is dan disi
Altijd achter zelfstandig naamwoord
A sani dati - dat ding
Zelfstandige naamwoorden in ev en mv
Worden niet verbogen
A bromki, den bromki: de bloem, de bloemen
Werkwoorden
Geen verbuiging bij verleden tijd ed, hiervoor zijn hulpwerkwoorden
onvoltooid tegenwoordige tijd ww
Ik loop
Mi e waka
Denk ook aan EN (I am walking)
Voltooid verleden tijd
Ik liep
Onvoltooid verleden tijd
Ik heb gelopen
VOT
Mi ben waka; mi waka
OVT
Mi ben e waka
ww toekomende tijd
Ik ga lopen
Mi sa waka; mi o waka; mi e go waka
Nauwelijks verschil aan te wijzen. Voorkeur spreker. E go is meest populair
Hulpwerkwoorden
Kan in theorie maar in praktijk nauwelijks (mi ben a waka, ik was aan het lopen)
Wel: mi ben sa waka, ik zou lopen
Combinatie a e
Als in a e waka
“Ay waka” wordt gebruikelijk geschreven al a-e waka
‘de’ en ‘na’
De: aanwezig zijn. Lespeki no de moro, er is geen respect meer
Na: drukt gelijkheid uit. Mi sisa na seri-uma, mijn zus is verkoopster.
Voor ‘no’ -> a. A no mi sisa, ze is niet mn zus.
Ook woord benadrukken. Dan voor in zin. Als ww nog herhaling. Na wroko a lantiman disi e wroko, deze ambtenaar wérkt
Bijvoegelijk naamwoord
Als bepaling bij zelfst. nmwrd: tussen eventuele lidwoord & zelfs. nmwrd
Maar in alg niet predictief.
Bijv nmwrd doen ook dienst als werkwoord (a blaka, hij is zwart/hij is zwart geworden/hij is zwart gemaakt
Persoonlijke vnw
Ik
Mi
Persoonlijke vnw
Jij
Yu
Persoonlijke vnw
Hij, zij, het
A
En als lijdend voorwerp
A naki en, hij sloeg hem
Ook als voorzetsel (naar, vanaf) voorkomt
Mi e go na en, ik ga naar hem (of haar)
Persoonlijke vnw
Wij
Wi, unu
Persoonlijke vnw
Jullie
Yu, ook wel unu
Persoonlijke vnw
Zij
Den
Bezittelijke voornaamwoorden
Zelfde als Persoonlijke vnw
Vragende voornaamwoorden
Wat?
San?
Vragende voornaamwoorden
Wie?
Suma?
Vragende voornaamwoorden
Waar?
Ope?, pe?
Vragende voornaamwoorden
Welke
Sortu?
Vragende voornaamwoorden
Wanneer?
Oten?
Eigenlijk combi o ten, hoe tijd)
Vragende voornaamwoorden
Hoe?
Fa? (Bij ww: fa yu e go na foto, hoe ga je naar de stad?; fa a-e go?, hoe gaat het ermee? “Faygo”
O? (Bij bijv nw: O lati yu e kon? Hoe laat kom je?) zo zijn combis temaken o langa, hoe lang.
Vragende voornaamwoorden
Hoeveel
Omeni?
Eigenlijk combi O mani, hoe veel